Jt Achter bij de keuken van Het Hof was een stoepje naar beneden naar de gracht. Dat werd heel vroeger gebruikt voor bevoor rading per boot. De theebladeren uit de kopjes van de 'freule' werden daar ook in de gracht gegooid. In de grote kas van de moestuin verbouwde Adolf zijn tabak- planten. Zijn kleren konden in de oorlog niet meer worden gestoomd, zodat de (in de kas) vuilgeworden boorden van de mouwen hun sporen achterlieten op het witte tafelkleed wanneer hij zat te eten. De zwarte jurken van de freule werden in die tijd in een emmer met zout gewassen, dan fristen ze toch een beetje op. In 1943 moest Het Hof op bevel van de bezetter alsnog ont ruimd worden. De 'freule' en haar broer en Reiny vertrokken naar familie in Rozendaal bij Arnhem. In 1945 kwam de 'freule' weer terug naar Bergen; zij woonde met andere welgestelde da mes in 'Villa Westerwolde' op Eeuwigelaan 10; dat was een gro te villa op een perceel grond van het oorspronkelijke landgoed dat haar broer Jacob ooit had verkocht aan de familie Regout uit Maastricht. Wanneer Annie later met haar dochter José achterop op de fiets naar zee reed, riep ze ter hoogte van Eeuwigelaan 10: "Zwaai maar even naar de freule!". Later paste zij nog wel eens op de kinderen van Dolf van Reenen, de zoon van Henk van Reenen; dan zag ze bij het theedrinken de zilveren lepeltjes die zij vroeger zo vlijtig gepoetst had Bewoners van de boerderij op Het Hof De familie Kaay bewoonde de boerderij van Het Hof van 1935 tot 1949. Daarvoor was het ook al een boerderij, met land aan het Wiertdijkje en achter de Sluislaan, een perceel waar in 1939 enkele vliegtuigen stonden geparkeerd in afgedekte schuren. Siem Akerboom, die het hout leverde voor alle kachels in Het Hof, woonde in een ander deel van de boerderij; dan deed ook nog een deel van de boerderij dienst als koetshuis. Het boerde rijgedeelte van de familie Kaay bevond zich aan de westkant. De huur werd aan de BEM betaald waar L.R. baron Taets van Amerongen directeur was; hij was getrouwd met Agneta van Reenen, zuster van Jacob. In 1945, nadat de Canadezen met hun Jeeps Bergen waren bin nengetrokken, zetten zij hun tentjes op rond de boerderij. Zij werden na een tijdje afgelost door Engelse soldaten die per se in het gebouw zelf wilden verblijven. "Do you know where the key is?", vroegen ze aan de kleine Harry Kaay. Achterin de Jeep gezeten, bracht Harry de captain naar Huize Kranenburgh om de sleutel op te halen bij Jacob van Reenen. De familie de Graaf bewoonde de boerderij van 1949 tot 1964. Tot 1950 woonden aan de grachtkant van de boerderij twee 'dames'. Er werd gefluisterd dat zij niet geheel 'van onbesproken' gedrag waren omdat zij wel eens 'herenvisites' kregen. Soms klopten deze 'heren' per abuis aan de verkeerde deur, de voordeur. Nog altijd is het originele vensterglas (met vertekeningen) in de achterste zijramen bewaard gebleven. In de paardenstal, die zo heette maar als zodanig al geen dienst meer deed, hingen nog ori ginele paardenruiven. Verder zijn nog de dichtgemetselde gaten te zien bij de oude woonkeuken waar het hondenverblijf was. Aan de voorzijde-rechts bevonden zich de koetsdeuren. De stal en de boenstraat waren ingelegd met boerengeeltjes; regelmatig werd daar vanuit de zandbak aan de zijkant van de boerderij, zand overheen gestrooid. Tussen de stal en het koetshuis was een trap naar boven, naar een zolder met gammele planken. Op handen en knieën gingen de kinderen daar de gedroogde appels ophalen. In de Zwarte Schuur verderop stond de grote cirkelzaag in een gat in de grond met zaagsel eromheen. De boomstammen, die tot planken gezaagd zouden worden, werden van achter de schuur naar binnen getransporteerd. Bij gebrek aan ruimte mocht vader De Graaf aan de noordkant, voor eigen rekening, een half open aanbouw maken om landbouwmachines te kunnen stallen. Jacob van Reenen kwam alle dagen op de fiets naar de Zwarte Schuur. Met zijn grote snor en zijn bolhoed op liep hij tussen de mest vaalt en de hooiberg door over het pad en stak het grasveld over. Aan de voorkant liep toen nog geen pad. In de Zwarte Schuur stond een houtdraaibank waar wel grote assen werden gedraaid voor één van zijn windmolens. 40 HISTORISCHE VERENIGING BERGEN NH, THEMANUMMER 11, JUNI 2014 Eén van de windmolens van Jacob van Reenen Bronnen: - Interview met Annie van Dijk-Klinger (mei 2013) en informatie W. Westra-Klinger - Interview met Annie de Vries-Kaay (jan. 2014) - Interview met René Wittebrood, Annemiek Wittebrood en Elly Smit-Schotten (maart 2014) - Interview met Liesbeth en Rineke de Graaf (jan.2014)

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2014 | | pagina 42