digd toen de gebouwen van de erven Van Reenen door de ge
meente Bergen waren overgenomen, en aan de Volkshogeschool
in 99-jarige erfpacht werden gegeven. Ook de 'Zwarte Schuur'
hoorde daarbij. Zowel in- als uitwendig werd deze oude zagerij
en timmerwerkplaats grondig verbouwd. Aan de zuidzijde on
derging het gebouw de grootste veranderingen. Daar verdween
niet alleen de dubbele deur waardoor de boomstammen naar
binnen werden getrokken; ook de complete constructie van uit
wendige steunbalken werd weggezaagd. Alleen de gemetselde
dorpel met natuurstenen poeren bleef gehandhaafd. Aan de
oostzijde is nog te zien, hoe de oorspronkelijke indeling van
de zuidgevel is geweest. Terwille van de lichttoetreding wer
den er vervolgens op het zuiden grote ramen aangebracht, die
met hun klassieke roedeverdeling toch geen massieve indruk
maken. De twee zo ontstane lokalen werden gebruikt voor
alle mogelijke doeleinden: cursussen, volksdansen, muzie
kuitvoeringen, toneel en cabaret, lezingen en wat dies meer
zij. Ook de 'Zwarte Schuur' werd al spoedig een begrip in
Bergen en ver daarbuiten - van Godfried Bomans tot 'Neer-
lands Hoop'. Het gebruik als filmhuis, sinds 1996 onder de
naam 'Cinebergen' vormt in die zin een logische voortzetting
van een traditie.
De beide boerenwoningen van Het Hof behielden langer hun
oorspronkelijke functie. De laatste bewoners van de witte
boerderij, de familie De Graaf, verlieten in 1964 hun huis, dat
daarna grondig werd verbouwd tot logeeraccommodatie voor
cursisten. De boerderij ''t Sluisje" bleef nog enkele decen
nia langer in gebruik, tot ook deze monumentale stolp werd
omgevormd tot woonboerderij. Het was overigens het enige
deel van het oude domein, dat bij de verkoop in 1952 door
de erven Van Reenen in eigendom werd behouden, ten name
van mevrouw Taudin Chabot-van Reenen - dezelfde uit wier
herinneringen we hierboven hebben geciteerd.
De verkoop, noodzakelijk geworden na het overlijden van
Jacob van Reenen op 92-jarige leeftijd in 1951 op Huize Kra-
nenburgh, betekende de voorlopige afsluiting van een langdurig
proces. Een eeuw lang hadden de vaandeldragers van de oude
Heerlijkheid de ontwikkeling van Bergen geïnitieerd, gestimu
leerd en begeleid. Drie generaties hadden met hun privébezit,
maar ook als overheidsdienaar, het beleid bepaald: eerst Jan
Jacob als wethouder, daarna Jacob en diens zoon Henk als bur
gemeester. Gaandeweg was de rol van de gemeentelijke overheid
belangrijker geworden. Dat was al gebleken in de jaren voor de
Tweede Wereldoorlog, toen de gemeente Bergen eerst het res
terende bosgebied in eigendom overnam en tot natuurreservaat
bestemde (1930), en daarna via het eerste Algemene Uitbrei
dingsplan ook de overige bospercelen tot beschermd natuurge
bied verklaarde (1937). Daaronder was Het Hof zelf, maar ook
het Maesdammerhofbos, het Meerwegbos en de Muziektuin
hoorden erbij. Overtreding van het bouwverbod - tijdens de
bezetting door het militair badhuis aan de Sluislaan, daarna
door de bouw van een ambtswoning voor de nieuwbenoemde
burgemeester -kon steevast rekenen op felle discussies onder de
bevolking. Toch verliepen de veranderingen in gebruik, waaron
der bijvoorbeeld ook de komst van een manege en een onder
komen voor de padvinderij op de oude 'Ezelenkrocht', over het
algemeen soepel. Pas tegen het einde van de 20ste eeuw teken
den zich nieuwe ontwikkelingen... en nieuwe problemen af.
Een toekomst voor een kroonjuweel
De voornaamste gebouwen van Het Hof zijn al in een vrij
vroeg stadium onder de bescherming van de Monumentenwet
1961 gebracht. Het ging daarbij niet alleen om het hoofdhuis,
maar ook om de boogbrug, de witte boerderij, de Zwarte
Schuur en de boerderij ''t Sluisje". Later werden de kleinere
elementen daaraan toegevoegd: de slangemuur, de tuinders
woning, de kas, de drie kleinere bruggen, de toegangspoort
35
EEN HOF VOOR EEN HEER
Plattegrond begane grond van Het Hof omstreeks 1930,
getekend door Frits David Zeiler.
Boerderij van Het Hof gezien vanaf de Roodeweg, 1955 Foto van J. Moree.
Collectie Regionaal Archief Alkmaar