ongebruikelijke mansardekap, wel bij de 19de-eeuwse nieuw
bouw behoren. De Zwarte Schuur, waarvan de oorspronkelijke
functie niet anders is gedocumenteerd dan 'schuur of loots', is
in ieder geval vanaf de komst van de Van Reenens als houtza
gerij gebruikt. Voor het grote werk werden stammen uit het
eigen bos gehaald, die in de vijver werden 'gewaterd' tot ze
de vereiste houdbaarheid hadden verkregen. Daarna werden
ze langs een sleephelling, die onder de berm nog aanwezig
is, het gebouw in getrokken en tot planken verzaagd. Op de
zolderverdieping is een zware constructie waarneembaar die
mogelijk de drager is van de zaaginstallatie. Over de vorm van
aandrijving is niets bekend. Waarschijnlijk was het lange tijd
een handzagerij, zoals op veel plaatsen in het land nog tot ver
in de 19de eeuw gebruikelijk is geweest. Over stoom of diesel
is pas uit de tijd van zoon Jacob van Reenen iets bekend, maar
veel vermogen hebben die machines niet gehad. Een interes
sant relict is wel de cilindervormige teerpaal, die tegenover de
huidige ingang te vinden is. Verduurzaamd hout - gewaterd,
verzaagd en door onderdompeling geteerd - is als principe veel
ouder dan we denken!
Hoe oud de huidige tuinderswoning is, valt niet precies
te zeggen. De bouwtrant, een huisje met zadeldak en lage
aanbouw (een zogenaamde luif) werd gedurende de gehele 19de
eeuw nog door dorpstimmerlieden gehandhaafd.
De bouw zal zeker te maken hebben gehad met de aanleg van
een moestuin op het oostelijke eiland; de nog bestaande ronde
kas wordt gedateerd op ongeveer 1890. Het westelijke eiland
werd omstreeks diezelfde tijd tot boomgaard gemaakt. Het
merkwaardigste bouwwerk daar is de aardappelkelder, een
typisch verschijnsel uit de eeuw waarin deze knol tot volks-
voedsel is geworden - ook voor de elite. Tot het einde van
hun verblijf op Het Hof (en in Kranenburgh) hebben de Van
Reenens kunnen 'eten van het eigen domein'.
Pas in 1904, dus later dan elders, werden in de gemeente
Bergen voor het eerst officiële straatnamen vastgesteld.
Het voorstel daartoe was van de hand van Jacob van Reenen,
oudste zoon van Jan Jacob en sinds 1885 burgemeester van
zijn dorp. Een van de oogmerken was de verschillende 'Heere
wegen', onderdeel van het net van hoofdwegen, voortaan van
elkaar te onderscheiden. De weg die vanaf de Ruïnekerk naar
het familiedomein liep, en naast Heereweg ook wel Westdorper
Doodweg of Sparrenlaan werd genoemd, kreeg de naam
Hoflaan. Dat was zeker een eerbetoon aan Jacobs vader, die
Het Hof nieuwe allure had gegeven, en bovendien een nieuwe
entree had gegeven in de vorm van de nog altijd bestaande
poort. Twee gemetselde sierpijlers, daartussen een fraai smeed
ijzeren hek en daarachter een zich door de bospartijen heen
slingerende 'Roode' weg. Het is een klein stukje romantische
landschapsstijl binnen een plantage, waarvan de lanenstructuur
en hun beplanting door de
Van Reenens zorgvuldig in ere zijn hersteld en gehouden.
Een toevoeging aan het oorspronkelijke ontwerp, die al van
lang voor de Van Reenens dateert, is de Ronde Kom - op een
steenworp afstand van die nieuwe inrijpoort gelegen. Op de
kadastrale minuut van 1821 vormt hij onderdeel van de 'vijver
voor vermaak', de oostelijke gracht die later Zwanenvijver zou
worden genoemd. Het was voor wandelaars uit het dorp en
daarbuiten, maar ook voor de eigenaren zelf een geliefd rust
punt. De oudst bekende foto van Bergen is juist daar gemaakt.
En het is Jan Jacobus Henricus van Reenen, die zich bij die
rustieke 'waterkom' in de zomer van 1871 heeft laten portret
teren. Samen met zijn vrouw, Wilhelmina Jacoba Rendorp van
Marquette, hun negen kinderen, een gouvernante en een baker
voor de jongste, die net een paar maanden oud was. Er zouden
nog drie kinderen volgen. In die tijd moet het op Het Hof een
drukte van belang zijn geweest; het bestieren van een omvang
rijk huisgezin, het grootste van Bergen, en het beheer van het
domein vergde vele handen. Net als in de tijd van Studler van
Zurck zal de titulair Heer van Bergen tweehonderd jaar later
de grootste werkgever in de gemeente zijn geweest. Daarnaast
vervulde Jan Jacob vanaf 1865 tot zijn vroege dood in 1883
onafgebroken de functie van wethouder. Publieke en private
belangen gingen hand in hand.
Hoe oud zijn die bomen?
In de meeste afbeeldingen en beschrijvingen van Het Hof ver
vullen de hoge en oude bomen een prominente rol. Dat is al zo
in de 18de eeuw en dat zet zich voort tot in de onze. Maar hoe
oud zijn die linden, beuken en dennen nu werkelijk?
Dat Anthonis Studler van Zurck een voorliefde had voor lin
debomen, is bekend. De in 1973 gesneuvelde 'Dikke Linde' aan
het begin van de Hoflaan gold - terecht of ten onrechte - als de
32
HISTORISCHE VERENIGING BERGEN NH, THEMANUMMER 11, JUNI 2014
De familie van Reenen bij de Ronde Kom, 1871. Familiearchief Van Reenen. De Zwarte Schuur ca.1930. Collectie Piet Mooij bij Regionaal Archief Alkmaar.