en dikte van de afgebeelde bomen schatten we die bij Pronk op
60 tot 80 jaar oud, wat klopt met de gegevens over de aanplant
in de jaren 1640 en de leeftijd van de nog bewaard gebleven
linden op het plein en voor de brug. De bomen op de schets (en
zijn kopieën) zijn hooguit 40 jaar oud. Dat brengt ons tot een
datering van deze 'pseudo-Pola' op kort na 1680.
Crescent neemt meer dan een eeuw later dezelfde positie in, op
de Kijklaan vóór de brug. De poort en de aansluitende muren
met rondelen lijken onveranderd, maar de brug zelf is duide
lijk vervangen door de nog bestaande gemetselde boogbrug,
inclusief de smeedijzeren leuningen met gekrulde uiteinden.
Het linker bouwhuis lijkt te zijn verhoogd met een halve of
driekwart verdieping, de daklijn is spitser oplopend en op
iedere dakhoek staat nu een schoorsteen in plaats van één in
het midden. De aanbouw naar achteren lijkt eveneens forser; de
kopie van Bruinvis suggereert zelfs een vrij stevig gebouw met
wanden van verticaal aangebrachte planken. Ook het rechter
bouwhuis heeft een sterk vergroot middendeel, dat naar het
westen is uitgebouwd, verhoogd met een volledige verdieping
en waarschijnlijk voorzien van een omlopend schilddak. Deze
situatie komt dus min of meer overeen met wat we in het platte
vlak al constateerden bij het bestuderen van de kadastrale mi
nuut uit 1821.
De tekeningen die het huis vanuit het noordwesten tonen,
passen in dit beeld. Slechts één van de zes voorbeelden is als
origineel te beschouwen. Het is een geaquarelleerde voorstel
ling, wel een van de mooiste die van Het Hof zijn gemaakt.
De vervaardiger van dit juweel, dat zich in de collectie Bodel
Nijenhuis in Leiden bevindt, is onbekend. Hetzelfde geldt voor
de wel aan Andries Schoemaker toegeschreven tekening die
in Alkmaar wordt bewaard. Schoemaker was echter copiist en
opdrachtgever. Dit exemplaar is vrijwel identiek aan de voor-
stelling in de door hem samengestelde atlas, waarvan Abraham
Meijling wel als maker is aangewezen. De gegeven datering
(1724) komt in ieder geval overeen. De tekening toont nog een
eenvoudiger brug dan de huidige, een boog in het midden met
een houten plankier naar de beide bruggehoofden toe. Het
rechter bouwhuis heeft reeds zijn forse gestalte, maar de schuur
in de hoek van het eiland vinden we later niet meer terug. Drie
andere in het Regionaal Archief bewaarde anonieme afbeeldin
gen gaan duidelijk terug op deze tekening van 1724. De teke
ning in Leiden dateren we op de tweede helft van de I8de eeuw.
De huidige boogbrug is dan aanwezig, het voorhuis van het
rechter bouwhuis heeft een tweetal uitbouwtjes die ook op de
kadastrale minuut zijn terug te vinden en het forse middendeel
laat een uitgebouwde middenrisaliet zien die we eveneens op de
opmeting van 1821 terug kunnen vinden. Deze prent moet dus
als betrouwbaar en nauwkeurig worden beschouwd.
De zon uit het noorden?
Dit geldt echter niet voor de afbeeldingen, die 'het Huis te
Bergen' vanuit het noordoosten laten zien - misschien op één
na. Die ene is opnieuw een snelle, nogal naïeve schets, maar wel
fraai ingekleurd en terecht gekomen in de 'Atlas Schoemaker'.
We zien een visser met een hengel, twee zwanen in de vijver,
een stenen brug met vier bogen plus een plat houten gedeelte,
het toegangshek met de halfronde muren, en dan ook het linker
bouwhuis op een redelijk natuurgetrouwe wijze afgebeeld. Uit
sluitend het eerste en tweede deel zijn te zien, maar daarnaast
ook de haakse aanbouw met het lage uitbouwtje van de keuken,
geheel zoals Van Breen deze al had weergegeven. Het rechter
bouwhuis is weggelaten. Ook hier zijn de afgebeelde bomen
niet overmatig dik en hoog, zodat we misschien eenzelfde her
komst mogen veronderstellen als van de aan Pola toegeschreven
schets vanaf de voorzijde, en eenzelfde datering: kort na 1680.
27
EEN HOF VOOR EEN HEER
Het Hof aan de voorzijde met toegangspoort, op de voorgrond de stenen brug over de gracht. Foto P Delemarre naar de tekening van J.A. Crescent uit 1804.