zo'n 250 jaar oud zijn. Gezien hun stamomtrek lijkt dit niet waarschijnlijk. De schrale bodem waarop de buitenplaats is aangelegd, heeft zich in de loop der tijd gevormd tot een veel rijkere en redelijk doorwortelbare bosbodem. Bomen hebben het daar nu gemakkelijker dan drie eeuwen terug. Realistischer is om uit te gaan van bomen van ca. 150 jaar oud. De enige manier om de exacte leeftijd vast te stellen is om van een gezonde, gesneuvelde boom de jaarringen te tellen. Overigens is een laanbeplanting van grove den uniek in Nederland. Mogelijk is de boom in het verleden vaker toegepast als laanboom, maar nu vinden we grove dennen lanen nog slechts op enkele plekken (landgoed De Boom in Leusden, Huis te Baest in Oostelbeers). Zeker is dat in 1872 een deel van de lanen beplant was met den en spar. De oude bomen in de huidige laanbeplanting zijn mogelijk al wel de derde generatie bomen op deze plaats. We vinden grove den nen van ongeveer dezelfde leeftijd terug in de voormalige vierkanten in de plantage en op verschillende plaatsen in het Bergerbos. En eenmaal aangeplant, verspreidt de boom zich gemakkelijk via zaailingen. 1821 De eerste minutieuze opmeting van Nederland vindt plaats in 1821. Het Kadastraal Minuut Plan (KMP) dat daarvan het resultaat is, laat een eenvoudige inrichting zien van Het Hof. Kanttekening hierbij is dat deze opmeting niet heel gedetailleerd is uitgevoerd. Na deze eerste opmeting volgen er meer en in de loop van de tijd worden ze steeds gedetail leerder. De topografische kaarten die daaruit voortkomen, laten gaandeweg ook meer details zien. Om de ontwik kelingen van een buitenplaats te volgen in de tijd, zijn de oudere kaarten niet altijd een even betrouwbare bron. Wel zijn uit deze kaarten de globale veranderingen te volgen. Het KMP laat zien dat in grote lijnen de structuur van lanen blijft bestaan, maar dat de invulling van de ruimte tussen de lanen aan verandering onderhevig is. Zo raken de wildbanen begroeid en zal er in de plantage ruimte zijn geweest voor 'bosch tot vermaak' en 'Engelsch plantsoen'; dat laatste be treft sierheesters die werden aangeplant om een wandeling te veraangenamen met bloei, bijzondere bladvormen en kleur. De praktijk leert echter dat dergelijke sierheesters zonder onderhoud geen stand houden en in de loop der tijd weer verdwijnen uit een park. 1877 De topografische kaart uit 1877 toont een aantal veranderin gen ten opzichte van het ontwerp, hoewel er niet veel details zichtbaar zijn. Voor het eerst is de bosbeek ingetekend en ook is het padenpatroon in de plantage gewijzigd. De strak aangeplante vierkante vakken zijn verdwenen net als de wildbanen die naar alle waarschijnlijkheid begroeid zijn geraakt met lijsterbes, eik, inlandse vogelkers, hulst, enz. De Roodeweg is aangelegd en in gebruik als hoofdentree en doorsnijdt de oorspronkelijke, strakke aanleg. Verder valt 18 HISTORISCHE VERENIGING BERGEN NH, THEMANUMMER 11, JUNI 2014 Gëtteiil ITu'jSsis-dl: Topografische kaart 1877. Collectie Regionaal Archief Alkmaar

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2014 | | pagina 20