kocht één van haar werken en besloot het kunstwerk bij haar
thuis op te halen.
De burgemeester schrok zo van haar piepkleine kamer/atelier
dat hij de gedenkwaardige woorden sprak: 'Ik dacht: dat kan
zo niet, hier kan geen enkel talent zich ontplooien'. In 1969
bood hij Ans, na overleg met de wethouders, twee kamers op
de begane grond in Kranenburgh in bruikleen aan, uitsluitend
te gebruiken als atelier.
Lo de Ruiter: 'Veertien dagen later hoorde ik dat Ans met haar
hele hebben-en-houen in Kranenburgh was getrokken.
Ik schreef haar dat dit niet was afgesproken. Zij reageerde niet.
Ik liet de zaak op zijn beloop, hetgeen natuurlijk een stommiteit
was'.
Zij mocht er uiteindelijk blijven wonen en op het huis passen
tot er een definitieve bestemming voor de villa zou worden
gevonden. Deze toezegging veroorzaakte weerstand onder be
staande woningzoekenden en kunstenaars in Bergen. De media
besteedden aandacht aan de kwestie. De onrust nam toe en er
vloog bij Ans zelfs een steen door de ruit.
In het voorjaar van 1970 keerde de rust weer enigszins terug.
Ans knapte de kamers op, verwijderde de schimmel van de mu
ren, het gevelkachels plaatsen en begon voor het eerst in Bergen
het penseel weer ter hand te nemen. Haar eerste schilderij dat
ze in Kranenburgh maakte, schonk zij aan de gemeente Bergen.
Toen de Culturele Raad Noord-Holland in 1971 Kranenburgh
verliet, kreeg Ans de beschikking over een derde kamer, waar
door ze nu ook grotere werken kon produceren. Ge
dreven maakte zij het ene na het andere schilderij en exposeer
de regelmatig door heel Nederland.
Huize Kranenburgh was echter nog steeds dringend aan
degelijk onderhoud toe. Het gemeentebestuur ging naarstig op
zoek naar een koper of huurder, bij voorkeur een non-profit
organisatie die bereid was het gebouw te restaureren. Omdat
de gemeente de villa onbewoond wilde verkopen, kreeg Ans
Wortel tegelijkertijd alternatieve woonruimte aangeboden met
het dringende verzoek hiervan gebruik te maken. Dit aanbod
wees zij echter af.
Uiteindelijk meldde in 1979 de Stichting Therapeuticum zich
als geïnteresseerde koper. De stichting had als doel de antro
posofische geneeskunde te bevorderen, maar zag af van koop
vanwege de hoge restauratiekosten van de villa.
Ook Trainings- en Adviesbureau Bergen B.V. en de heer
H. J. Saai lieten hun aanvankelijke belangstelling varen.
Ans haalde weer even opgelucht adem.
In 1980 toonde de uit Duitsland afkomstige en in Bergen
woonachtige betonindustrieel, de heer Arnfried Pagel, belang
stelling. Naast betaling van de koopprijs van f. 1.200.000,- was
hij bereid de villa op eigen kosten volledig te restaureren. De
koop was inclusief de tuinwoning en 4525m2 grond (dit was
slechts ongeveer één zesde van de oorspronkelijke grondop-
pervlakte). De heer Pagel, die reeds verschillende villa's bezat,
wilde Kranenburgh bestemmen als atelier en tentoonstelling-
ruimte.
Ans Wortel zou er in mogen blijven wonen. Pieter de Weerd
(de zoon van Ans) kon zich de woorden van de heer Pagel nog
herinneren toen deze over Kranenburgh en zijn moeder sprak:
'Ich wil das kooitje kopen met het vogeltje er in'.
Burgemeester en wethouders stelden de gemeenteraad voor om
met de verkoop akkoord te gaan, omdat die zou beantwoorden
aan de wens van de gemeenteraad om aan Kranenburgh een
culturele bestemming te geven. De PvdA was echter kritisch
en wilde dat een commissie alle consequenties van verkoop aan
de heer Pagel in beeld zou brengen. Uiteindelijk is de koop om
onduidelijke redenen niet doorgegaan.
Sloop?
Het CDA wilde daarna laten onderzoeken of er sociale
huurwoningen op het terrein gebouwd konden worden met
eventuele sloop van Kranenburgh als consequentie.
Omdat dit echter een wijziging in het bestemmingsplan zou
betekenen met langdurige procedures in het verschiet maar
ook het verlies zou betekenen van een beeldbepalend karakte
ristiek dorpsgezicht, is van deze optie afgezien.
Wolkbreuk
Achterstallig onderhoud van het pand kreeg vervelende conse
quenties toen er boven Bergen een wolkbreuk losbarstte: het
BERGENSE KRONIEK, APRIL 2014
Brief van Ans
aan de gemeenteraad