Ver vóór Christus al waren er bloeiende centra van handel. De Grieken en Romeinen wisten als geen ander de handel te beheersen. Met de ondergang van het Romeinse Rijk aan het einde van de vijfde eeuw en de invallen van de Mohammeda nen in de tweede helft van de zevende eeuw verdwenen veel steden en daarmee de handelscentra. Het duurde een paar honderd jaar voor de centra weer echt actief konden worden. Veel ontwikkelingen daarna mondden onder andere uit in de ambulante handel bij uitstek: de VOC, Verenigde Oostindische Compagnie. Na 1580 werd de stad Amsterdam hèt centrum van de wereldhandel en dat was aan het veelzijdige marktwezen ook te zien! De gevestigde markt In de loop van de tijd zijn er allerlei markten ontstaan. Vele daarvan hadden te maken met een bepaald artikel: de laken- markt, de eierenmarkt, de vismarkt, de koeien- en paarden markt, de bloemenmarkt, de lappenmarkt, de groenten- en fruitmarkt, en vooral niet te vergeten de vlooienmarkt. Dan waren er nog de jaarmarkten, weekmarkten en dagmarkten. In de Middeleeuwen mocht er zelfs op zondag worden ge markt, op voorwaarde dat het om bederfelijke waar ging en alleen niet tijdens de preek! Later werd de markt op zondag op gezag van de calvinistische predikanten en kerkbesturen verboden, maar weer later, toen het markten een toeristisch aspect kreeg, werden ze weer oogluikend toegestaan; dat wer den de braderieën. Soms duurden jaarmarkten enkele weken. Soms ook werden jaarmarkten, zoals in Deventer in de vijftiende eeuw, vijf maal per jaar gehouden. In Gorinchem gebeurde dat einde zestiende eeuw zelfs negen maal per jaar. In Bergen op Zoom werd de zogenaamde Koudemarkt gehouden, vanaf ongeveer 1 november tot de kersttijd. De markten werden vergeven door de landheer, later door het gemeentebestuur. De standplaatsen werden toegewezen door een marktmeester in dienst van en namens het gemeentebe stuur. Door de jaren heen organiseerde het marktwezen zich steeds beter. Marktmeesters hebben zich georganiseerd in de Ver eniging van Marktbeheerders. De marktkramers hebben zich georganiseerd in het Nederlands Verbond van Ambulante Handelaren, met een verenigingsblad 'De Ambulante Koop man' (1981) en in de Centrale Vereniging van Ambulante Handel, de brancheorganisatie voor de markt-, straat- en rivierenhandel. De brancheorganisaties hebben veelvuldig contact met de Kamer van Koophandel en het Ministerie afde ling Detailhandel, Bedrijfs- en Productschappen en met de Sociaal Economische Raad. Ook de markt in onze gemeente Bergen heeft zich te con formeren aan de gestelde wensen en eisen vanuit de over- heidshoek. Marktmeesters volgden de officiële tweejarige marktmeestercursus op het hoofdkantoor van de Centrale Groothandelsmarkt in Amsterdam, dat is de plaats waar vroe ger veel kooplieden ook al hun handelswaar inkochten. De markt: sociaal, communicatief, nivellerend en commercieel Geleidelijk aan ontstond de beweging dat verkopers zich op een vast punt gingen vestigen. Mogelijke kopers moesten dan naar dat punt toekomen. Dit was het begin van de ontwikke ling van de winkelstand. Om klanten te trekken werden diverse commerciële activiteiten opgezet, zoals reclame maken met behulp van speciale huis-aan-huis-krantjes, -folders en -flyers. Marktmensen vormden winkels, het ging van marktman naar marketeer en van markt naar marketing. Maar toch bleek een aantal producten zich meer te lenen voor een gewone dagmarkt. En bovendien hadden en hebben dagmarkten een bijzondere aantrekkingskracht: grote groepen mensen komen bij elkaar, spreken met elkaar, gaan gezellig op een bankje zit ten en nemen de (wereld-)problemen door. Mede omdat de 'overall-kosten' van een marktkraam bedui dend lager liggen dan die van een winkel, konden de verkoop prijzen aantrekkelijk laag blijven. Zo scheelde dat bijvoor beeld in Bergen voor een fles cola al gauw een kwartje met de gevestigde supermarkt. Ja, inderdaad, het grootwinkelbedrijf kwam op en nam heel graag de typering 'markt' over, maar toch bleef de wekelijkse (zaterdag)markt haar sociale, commu nicatieve, nivellerende en commerciële functie behouden. Ambulante handel in Bergen Feitelijk was de eerste markt in de oude kern van Bergen de Kunstmarkt die die door het KCB werd georganiseerd: de Kunstmarkt Bergen rond het KCB op het Plein. Tientallen nu nog landelijk bekende kunstenaars exposeerden daar hun vroege werk, toen nog als 'broekies in de kunst', met namen als Peter Bes en Leentje Linders. In de jaren vijftig, tot de nieuwe aanleg van het Plein, stonden de groenteboeren Gerrit Schekkerman en zijn collega Heiblom met hun handel wekelijks voor het Sterkenhuis. Om de week wisslden ze van plaats.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2013 | | pagina 9