voortzette, maar dan in Engeland. Cornelius ontvluchtte
in 1685, evenals zo'n 400.000 mede-Hugenoten (Franse
protestanten) Frankrijk, nadat koning Fodewijk in dat jaar
het Protestantisme tot illegale godsdienst had verklaard. In
Fonden zou Gole junior vanaf 1689 veel succes oogsten aan
het hof van onze stadhouder-koning William (of Orange) en
koningin Mary Stuart.
Kabinetten als pronkstukken van de elite
Bij het succesverhaal van Pierre Gole hoort zeker een
omschrijving van de door zijn meubelmakerij afgeleverde
werkstukken. Naast de vele tafels gaat het hierbij om kasten,
beter gezegd: kabinetten. De formaten hiervan lopen erg
uiteen; soms zijn het wel 2 meter hoge, rijkelijk versierde
pronkstukken, rustend op 4 tot 8 stevige kolommen. Er
werden echter ook elegante exemplaren op kleiner formaat
gemaakt.
De kabinetten hebben gewoonlijk een groot aantal binnen-
kastjes en laden, dikwijls met bewerkte of beschilderde
deurtjes. Deze monumentale meubelstukken behoorden in
de 17e eeuw tot de mode van de vorstenhoven, maar ook van
de rijke Europese burgerij.
Van de Parijse kabinetten van Pierre Gole en diens kunst
broeders bestaan verschillende soorten. Zo zijn er ruime
'wapenkabinetten' voor vuur-en steekwapens, 'kunstkabi
netten' met laden om kunstwerken (tekeningen, etsen e.d.)
stofvrij te bewaren en 'rariteitenkabinetten'. Deze laatste
opbergkasten waren bestemd voor exotische verzamelingen
schelpen, veren en bijzondere gesteenten, kortom 'rariteiten'
oftewel zeldzaamheden. Zo leverde Gole de koning bijvoor
beeld twee kabinetten voor diens verzameling bergkristallen.
Nadat Pierre Gole in zijn Parijse beginperiode in een tame
lijk sobere stijl had gewerkt, werden zijn tafels en kabinetten
langzamerhand uitbundiger en kostbaarder. Dit kwam voort
uit de door de maker gebruikte, zeldzame materialen zoals
diepzwart Afrikaans ebbenhout, dat aangebracht werd op
een basisconstructie van Europese houtsoorten.
Voor de versieringen gebruikte Gole vooral verschillende
kleuren houtfineer en daarnaast dure materialen als schild
pad, ivoor, parelmoer, natuursteen, been, tin, messing en
brons. Hiermee bracht hij op het oppervlak van elk kabinet
gestileerde vogels, vlinders en bloemenkransen, alsmede
mythologische en Bijbelse figuren, medaillons en klassieke
vazen, aan. De decoraties zijn op een geraffineerde manier
met elkaar verweven.
Het hierboven beschreven inlegwerk op kabinetten en tafels,
waarvan de creatieve Gole de 'uitvinder' was, staat bekend
als 'marqueterie'. Schoonzoon André-Charles Boulle heeft
4
Het Paleis van Versailles, de koninklijke residentie, waarvoor Pierre Gole een deel van het kostbare meubilair heeft geleverd. Het gebouwencomplex, omgeven door
tuinen en parken, is later vergroot (schilderij door Pierre Patel, 1668, Musée de Versailles).