Burgemeester Lo de Ruiter, man van de rede Een mensenman was de man, die met zijn bezonken toespra ken zo indrukwekkend kon overkomen. Tekenend is dat hij zijn herinneringen aan Adriaan Roland Holst in boekvorm uitgaf. Hij beschrijft daarin hoe hij de dichter steunde, niet als burgemeester, maar als vriend. Een mooie passage is als hij met Roland Holst en de dan debuterende Neeltje Maria Min in de Haagse Bijenkorf komt om haar dichtbundel te lanceren op verzoek van uitgever Bert Bakker. Roland Holst heeft het niet meer, als ze terechtkomen tus sen bakkensnuffelende dames; Lo weet met moeite zijn gezelschap op de vierde verdieping te krijgen en de nasmaak is alleen met een maaltijd te verdrijven. In Frankenstaete, waar Roland Holst in zijn nadagen woont, is Lo dagelijks voor hem beschikbaar. Thuis las hij zijn favoriete dichters en luisterde hij naar muziek. Aan het eind van zijn leven slechtziend, hield hij zijn leesbehoefte via luisterhoeken op peil ('blind is minder erg dan doof'). Een mooi verhaal is het bericht van zijn burgemeestersbenoeming. Hij wou graag naar Bergen, maar kreeg telefonisch te horen dat hij niet de gelukkige was. Hij verwachtte dat heel wat mensen hem zouden komen troosten en reed naar Emmeloord om gebak te ha len. Maar terwijl hij van huis was, werd zijn vrouw gebeld met de mededeling dat hij juist wel benoemd was. Bij zijn terugkomst zei ze: 'Mag ik de burgemeester van Bergen een kusje geven'. Hij vond het maar flauw. Toen drong het bericht tot hem door en het hij de doos met gebak uit zijn handen vallen. In alles wat hij deed koesterde Lo de redelijkheid, natuurlijk in eerste instantie in zijn bestuurlijk werk, altijd in de voorzittersrol. Daarbij was hij mild, maar kon ook heel duidelijk zijn. Over inzet voor je naaste viel met hem niet te marchanderen. Bergenaren j- j j. -ii j i i Lo de Ruiter in 1989 met Onontkoombaar verleden die protesteerden tegen de komst van asielzoekers omdat hun huis ii- 1 i 1 1 (foto: eigendom Olga Scnellekens). daardoor minder waard zou worden herinnerde hij aan de Iweede Wereldoorlog. Voor wie Lo de Ruiter echt wil leren kennen is er de bundel columns die hij schreef voor de Alkmaarsche Courant onder de titel Onontkoombaar verleden. Ze gaan over jeugdherinneringen, voorvallen in de bezettingstijd, zijn klein kinderen en mensen die hij hielp ten grave te dragen. Daar zie je echt zijn diepgang en menselijkheid. Met dank aan Olga Schellekens In de zomer van 2010 stierf Jim de Ruiter, lid van de werkgroep Historisch Onderzoek. Hij was een zoon van oud-burgemeester Lo de Ruiter en heeft zijn vader niet lang overleefd. Bij het uitzoeken van diens nalatenschap had Jim een aantal toespraken van zijn vader gevonden. Jim vroeg me, eind 2008 al, of ik daarvan een artikel wilde maken voor de Kroniek. Ik heb ja gezegd, maar het mate riaal toch een hele tijd onaangeroerd gelaten. Zo boeiend dacht ik niet dat oude burgemeesterlijke toespraken zou den zijn. Maar toen ik zijn toespraken las, moest ik mijn mening bijstellen. Opvallend was de filosofische insteek die hij voor veel van zijn gelegenheidstoespraken koos. Lo was geen dominee geworden (zie de Bergense Kroniek van november 2002, het interview van Trees Bruinsma, voor leven en werken van Lo de Ruiter), maar duidelijk werd dat de diepgang in het leven hem gemakkelijk in die eerder geambieerde richting had gedreven. De filosofische en bijbelse achter- HERMAN GELENS

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2013 | | pagina 25