Honderd jaar Hertenkamp De aanleg van het Van Reenenpark in 1913 'Van alle mooiste en aangenaamste plekken van ons mooie villadorp is zeker de Hertenkamp wel de meest belangwekkende. Ik woon daar nu reeds drie en twintig jaren en het is mij nog een dage- lijksch genot dat liefelijke open veld met zijn omlijsting van goed onderhouden landhuizen te be schouwen. Des morgens vroeg reeds ziet men er boschduiven, roeken, eksters, soms een wielewaal en merel, die in het gras naar wormpjes en torren zoeken en aan het grasveld een vroolijk, levendig aanzien geven, terwijl de herten kalm afwachten wat hun gebracht zal worden.' Zo verwoordde H.C. Prinsen Geerligs aan het eind van de jaren dertig van de vorige eeuw zijn liefde voor zijn dage lijkse omgeving. Als een van de eerste bewoners van het Van Reenenpark (de villa 'Kagok' op de hoek van de Renbaan laan) had hij de wijk zien groeien: steeds weer nieuwe hui zen met een bijzondere architectuur, fraai aangelegde tuinen, laanbeplanting en in het hart daarvan het dierenparkje. Hij was zich sterk bewust van de bijzondere karakteristiek van de wijk waarin hij woonde, ontworpen èn gerealiseerd als het eerste grote uitbreidingsplan van Bergen-Binnen. Dit voorjaar is het precies een eeuw geleden dat de aanleg begon van de wegen en bijbehorende voorzieningen tussen Guur- tjeslaan, Komlaan, trambaan en Breelaan. Hoe is die verlo pen, en wat ging eraan vooraf? Gestage groei In de tweede helft van de 19de eeuw begon het dorp Bergen te groeien. Tussen 1860 en 1880 verliep die groei gestaag, en nog vooral in de vorm van de karakteristieke burgermans- of rentenierswoningen. Daarvan zijn nog verschillende fraaie voorbeelden bewaard gebleven, zoals 'Anna' en 'De Weeg bree' in de Hoflaan. Tussen 1880 en 1900 ging het sneller. Er kwamen winkels en werkplaatsen bij, arbeiderswonin gen en gebouwen met een semi-openbare functie, zoals de nieuwe hervormde pastorie, het eerste postkantoortje en het etablissement 'Het wapen van Brederode' op de hoek van de Fransche Steeg. Deze ontwikkelingen speelden zich vooral af in wat de Kerk- en Molenbuurt werd genoemd, onder anderen langs de 'Grote' Dorpsstraat, de Kleine Dorpsstraat en de Molenstraat. In zijn boek De eeuw van de middenstanders beschrijft Piet Vijn hoe de Molenstraat in die tijd de belangrijkste winkelstraat van Bergen werd. Na de eeuwwisseling ging de ontwikkeling verder, bijvoorbeeld langs de Oude Prins- weg en het begin van de Breelaan - dat laatste vooral na de komst van de tram in 1905. Ieder beschikbaar terrein werd bebouwd, en op een gegeven moment was het dorp vol. Het laatste huis in de oude dorpskern bezuiden de trambaan was het woonhuis met trapgevel Oude Prinsweg 19. Het ver meldt in muurankers het jaartal 1912. Het was duidelijk: het dorp was aan uitbreiding toe. Voor het jonge Bergen aan Zee hadden Springer en Berlage al plannen ontwikkeld in opdracht van bouwheer Jacob van Reenen, en ook hier en daar in Bergen-Binnen hadden particulieren projecten in voorbereiding. Vrijwel tegelij kertijd kwamen er initiatieven voor de Beemsterkrocht, de Stroomerlaan en de weg die nu Adama van Scheltemaweg heet. De Binnenlandsche Exploitatiemaatschappij van On roerende goederen te Haarlem had een plan ingediend voor aanleg van een weg tussen Breelaan en Natteweg, aanvan kelijk 'Nieuwe Weg' genoemd (nu Jan Oldenburglaan en Dokter van Peltlaan), maar de uitvoering daarvan liet nog even op zich wachten. Er diende zich allereerst een prach tige mogelijkheid aan direct ten noorden van het historische dorpshart, waar de terreinen van de voormalige renbaan op een nieuwe bestemming wachtten. De harddraversbaan, die vanaf 1898 wegens zijn professionele opzet een attractie van formaat was geweest voor paardensportliefhebbers en vooral ook voor gokkers, was na de invoering van de Zedelijk- heidswet-Regout (voorganger van de Wet op de Kansspelen) in 1911 geliquideerd. De eigenaar van de grond was dezelfde Jacob van Reenen, grootgrondbezitter, titulair Heer van Bergen en daarenboven ook nog burgemeester en gemeen tesecretaris. In navolging van de in 1908 gestichte Bouw Exploitatie Maatschappij Bergen aan Zee richtte hij voor de plannen in het moederdorp de Bouw- en Bouwgrond- FRITS DAVID ZEILER

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2013 | | pagina 16