VAN BONDA NAAR ROMENY
Openbare Verkooping wegens sterfgeval te Bergen
Mr. J.W. van der Heide, notaris te Alkmaar, is voornemens
om op dinsdag 26 juni 1928 des voormiddags 11.00 uur in
het Oranje Hotel te Bergen in het openbaar te verkoopen,
een woon-winkelhuis met tuin en bovenhuis, gelegen aan
de Oude Prinsweg 11, groot 2.80 A.
In gemeld perceel is door wijlen den heer A.Bonda vele
jaren met succes uitgeoefend een Boek- en fotohandel.
Het pand bracht het zeer acceptabele bedrag op van 11.325,-.
Koper was Jan Rus, aannemer te Heiloo, maar hij deed dat
voor rekening van zijn plaatsgenoot Leendert Schrier. Dezelfde
Schrier verkocht het geheel echter na nog geen drie maanden,
op 8 september 1928, via notaris F.W.A. van Riet te Bergen
alweer aan een nieuwe gegadigde. Die betaalde er het ronde be
drag van 12.000,— voor. Veel winst leverde deze doorverkoop
dus niet op. Was het dan wel een doorverkoop? Of was er iets
anders aan de hand?
Enkele jaren geleden kregen de huidige eigenaren van de
boekhandel, Karien Hilbers en Thomas Swinkels, via een
zomergast contact met de dochter van Leendert Schrier,
mevrouw H.M. Jansen-Schrier in Arnhem. Zij schreef hun
onder meer: 'Mijn vader geboren 18.3.1885, was onder
wijzer aan de Strafgevangenis te Alkmaar. Hij werd in 1928 op
wachtgeld geplaatst en werd in datzelfde jaar eigenaar van de
Bergense Boekhandel. Deze werd publiek geveild. Ik denk,
dat een boekhandel hem op dat moment meer trok dan het
dagelijks met een klapstoeltje van de éne naar de andere cel
gaan om daar de gedetineerden veelal analphabetenhet
aap-noot-mies bij te brengen. Toen hij eens een afbeelding van
een ui voor een gevangene hield en vroeg: wat is dit?, kreeg hij
ten antwoord: da's een zwiebel!'
Mevrouw Jansen voegde bij haar brief een foto van haar
ouders, staande achter de toonbank van de boekhandel op
dezelfde plek, waar hij tegenwoordig (weer) te vinden is.
Ze kijken trots, maar ook wel een beetje bezorgd. Het was
behoorlijk hard werken. Hun dochter zei daarover: 'Wij, mijn
broer en ik, toen 8 en bijna 10 jaar oud, moesten onszelf ver
maken. Alle kisten bleven onuitgepakt en ik herinner mij dat er
in weken niet warm gegeten werd, want Pa en Ma stonden in
de winkel, daar was geen tijd voor!'
De uitkomst laat zich dus al bijna raden. Het boekenvak,
waarvoor je ook toen al dag en nacht in de weer moest zijn,
werd het echtpaar Schrier te zwaar. We laten hun dochter nog
eens aan het woord: 'Na enige tijd kreeg mijn vader bericht
dat hij benoemd kon worden aan de Koepel-gevangenis te
Arnhem. Ik denk dat hij, onzakelijk als hij was, zich reali
seerde dat hij toch maar beter terug kon keren naar het veilige
ambtenarenbestaan. Hij verkocht de zaak dus weer aan de
Het echtpaar Schrier in de boekhandel, zomer 1928 (collectie H.M. Jansen-Schrier).