De keurmeester vertelt*
PIETVIJN
ees Ruijter, geboren in 1923 in Bergen, komt uit een sla
gersgezin en verliet zijn geboorteplaats in 1951. Hij was kort
daarvoor getrouwd met Henny Michels (1926-2004).
Henny's ouders waren de eigenaars van het vroegere horeca
bedrijf De Oude Prins aan de voet van de Ruïnekerk. Cees
heeft een aantal jaren gewerkt in de slagerij van zijn vader
Thomas Ruijter aan de Oosterweg 1. Hij behaalde zijn di
ploma aan de Slagersvakschool en bekwaamde zich tot keur
meester. Na als zodanig een periode in Midden-Nederland te
hebben gewerkt werd hij hoofdkeurmeester, verbonden aan
het slachthuis in Rotterdam. Daarna was hij rijksambtenaar
bij de Veterinaire Hoofdinspectie van de Volksgezondheid in
Den Haag. Cees woont in Rotterdam, maar voelt zich nog
steeds Bergenaar. Hij vertelt graag over de slagers uit zijn
Bergense tijd en over de wijze waarop zij hun ambacht uit
oefenden.
'De slagers waren in die tijd zelfslachtend. Zij kochten het vee
rechtstreeks op de markt in Alkmaar. De varkens, die op de
Alkmaarse maandagochtendmarkt waren gekocht, werden
per auto naar de slagers of naar de slachtplaats gebracht. De
koeien kwamen lopend vanuit Alkmaar naar Bergen. Vaak
werd, uiteraard betaald, gebruikgemaakt van de slachtplaats
van de Gebroeders Hoogvorst aan de Lijtweg. Het vervoer
van de slachtplaats naar het eigen bedrijf ging met een hand
kar. Het assortiment van de slager bestond uit rund- varkens-
en lamsvlees, enkele variaties worst en een zeer beperkt assor
timent vleeswaren voor 'op de boterham'. Het vervoer naar
de klant ging met de transportfiets. De slagersjongens op weg
naar de pensions en de hotelbedrijven waren talrijk en vaak
niet ongevaarlijk op de wegen van Bergen! Koeling was in het
begin van de 20ste eeuw slechts beperkt mogelijk. Daarvoor
gebruikte men staven ijs, die in het slachthuis van Alkmaar
werden gemaakt. De Bergense bierhandelaar Vis zorgde voor
transport en bezorging. Deze staven pasten in de daarvoor ge
maakte ruimten van de te koelen kasten. Uit die tijd ontstond
de vaak gebruikte naam ijskast'! Door de opkomende indus
trialisatie werden koel- en diepvriescellen in de dertiger jaren
enorm verbeterd. Mijn vader was de eerste slager in Bergen
met een luchtgekoelde koelinstallatie met een grote inhoud.
In Bergen was al sinds de 19de eeuw een noodslacht mo
gelijk. Iemand die dat deed noemde men een 'krengenslager'
Rond de eeuwwisseling waren er in Bergen twee. Voor vee
dat aangereden was, of door ouderdom gestorven e.d. gold
een andere behandeling en een andere procedure. Eén van
de krengenslagers was Piet de Waard. Hij woonde op 't Woud
m Bergen. Hij was de vader van de latere Bergense slager
Piet de Waard van de Molenstraat.
TPi
yèsi
De veemarkt op het Hofplein, Alkmaar. De slagers kochten daar bijvoorbeeld een koe,
die nog dezelfde dag werd geslacht voor het vlees van de nieuwe week
(foto: Regionaal Archief Alkmaar).