DE HEREN EN VROUWEN VAN BERGEN ilLLBMtt FLORFNSV iHawineksrVi«u I (Kika.-, tan*,-*»w4i'»v*bvw*.|»it*i ««-'•«■(Vinj «nwk'i.'iii'ts b|MnV*i»t*tfu*«« V ii-UrkUi^ aas *t: V i-vtk* i>Mt.lntr. «W 'ir» k AfcWhn'w *«>*-. w I g tVWi-,v. ig-ktiaaMW^ ..- I Willem II en Floris V naar een 15e eeuwse muurschildering in de kloostergang van het Carmelietenconventte Haarlem; 16e eeuwse kopie (Stadhuis, Haarlem). opkomst der steden en wilde privileges verstrekken aan de vroedschappen, hetgeen verontruste edelen ertoe bracht om hem te vermoorden. Na de vroege dood van Floris' zoon kwam Holland in 1299 in handen van het Henegouwse Huis (1299-1354), waar het slechts een klein onderdeel van hun vele bezittingen werd. De verschuiving van de macht naar het zuiden werd enkele jaren later weerspiegeld in de thuisbasis van de heren van Bergen. De graven van Henegouwen namen deel aan de Europese machtsstrijd, die hen tot in Palestina en Oost-Pruisen bracht en hen tevens meesleepte in de Honderdjarige Oorlog. Ook dit kon alleen bekostigd worden door de steden in ruil voor geld meer privileges te geven. De edelen zagen hun macht nog verder afbrokkelen en bonden de strijd met de hogere machthebbers aan. Onder het Beierse Huis (1354-1433) bleven verschillende partijen elkaar bestrijden - de Hoekse en Kabeljauwse twisten zijn het bekendste voorbeeld. Hieraan kwam pas een einde toen het Bourgondische Huis (1433-1482) via huwelijken de macht over Holland, Zeeland, Henegouwen, Bourgondië, Vlaanderen, Brabant, Limburg en Luxemburg verkreeg. Deze bezittingen kwamen vervolgens in handen van het Habsburgse Huis (1482-1581). Hierdoor ontstond een grootmacht waardoor de locale graven aanzienlijke invloed kregen aan het keizerlijke hof van Karei V. Toen het hof zich omstreeks 1556 met Filips II vanuit Brussel naar Spanje verplaatste, raakten de locale belangen buiten beeld. De inbreng van de noordelijke graven aan het Habsburgse hof werd niet op prijs gesteld, in het bijzonder waar het ging om tolerantie ten aanzien van de nieuwe inzichten op godsdienstig gebied. De graven onttrokken zich vervolgens aan de macht van het Habsburgse hof en keerden terug naar hun thuisbasis, een ontwikkeling die uitmondde in de Tachtigjarige Oorlog en de vorming van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Met de Hollandse graven, kwamen toen ook de heren van Bergen weer naar huis. Op 4 april 1278 bevestigt graaf Floris V (1256-1296) de belening van de ambachtsheerlijkheid Bergen door Simon II van Haarlem, ridder, aan zijn zoon Dirk van Haarlem, die genoemd wordt in oorkonden in 1279 en 1305. Dirk is de tweede zoon uit het huwelijk van Simon met Beatrijs. Getuigen zijn de ridders Gijsbert, heer van Amstel; Nikolaas, heer van Kats; Arnout van Heemskerk en Willem van Egmond. Dirk wordt hiermede verantwoordelijk voor het bestuur en de lagere rechtspraak in Bergen. Dirk is de vader van Jan van Haarlem, baljuw van Kennemerland, die zich Jan van Bergen (P-1318) noemt, nadat hij op zijn beurt de ambachtsheerlijkheid in leen heeft gekregen van Willem III, graaf van Holland. Jan trouwt met Jutte Persijn, de dochter van Jan Persijn III, heer van Waterland en Marken. Ook de Persijns behoren tot de aanzienlijkste edelen in Holland. Jan en Jutte krijgen geen zoons, maar wel een dochter, Goede. Na de dood van Jan van Bergen in 1318 wordt zijn weduwe Jutte Persijn (?-na 1328) vrouwe van Bergen, waar grote armoede heerst tengevolge van enorme slagregens, misoogsten en epidemieën, waaraan veel mensen en vee zijn gestorven. Jan van Bergen bezat vermoedelijk een huis in Bergen: in 1376 is er sprake van een behuizing in de ban van Bergen, genaamd de 'Jans Werff van Bergen', waarvan de fundamenten in 1915 werden gevonden aan de Kerkedijk bij het Russenmonument. In Zeeuwse handen: Van Haemstede (ca. 1328-1450) Omdat Bergen een onversterfelijk (aan het geslacht verbonden) leen is dat, zonder tussenkomst van de graaf, ook op dochters mag vererven, wordt Goede van Bergen (ca. 1300-ca. 1377), na de dood van haar moeder Jutte, vrouwe van de heerlijkheid. Goede van Bergen is in 1327 getrouwd met Floris I van Haemstede (ca. 1280-1345), de zoon van Witte van Haemstede en Agnes van der Sluijs, een dochter van de heer van Montigny. Door de vererving van zijn vrouw mag Floris zich na 1328 heer van Haemstede, Montigny en Bergen noemen. Van ca. 1328 tot 1450 blijft Bergen in het bezit van deze familie Van Haemstede, een befaamd Zeeuws geslacht. Tijden van voorspoed volgen onder hun bewind. Floris I van Haemstede wordt door graaf Willem III 'neef' genoemd en is een van de voornaamste raadslieden van zijn opvolger, graaf Willem IV. Floris neemt deel aan de oorlog tegen de stad Utrecht in de zomer van 1345 en vervolgens aan de krijgstocht tegen de Friezen. Hij sneuvelt op 26 september 1345 bij Stavoren. Het wapen van het geslacht Van Haemstede.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2010 | | pagina 11