ft.
//J? pJrt ->
^e\,/e Hti^./x
^//4 f r\ t h. S
ci'-vt ut eéjjtéj Out*-
s/rtei
£6 Met it Mh. t-C f Ml A i~Ai~
frUViV-_
t r A t& <-> MfftfV 'Ac ft
Aiifdiir elicit ét in féiMi^
Ec*~ fcitv\ t
tn ^t£r /u tit**- A Va*
ffUine -
UtAyt* t <k fMAèh/ i £üm~ (if
telt ft Jtbmr ef\t ft it hi ft^ciu it
let ffh 71 Ckf y tif
if eft iMk <*t kfShrlt
oic^r l'~\ r li'
■fv-i Alvci t
Ma 4r aki SU dei UI- L)l
sit) fd^t hi tick ajtf lit
»U(? a,Ï/ ehhh"~(h fa flu
tu ft i>tcta* <k i//tf
WtMt Syyupaffi't
die ft f ltd fdè f
rv\a n
ic-icei ftfUhl o/i Aty *i
(ti<k/J,if ^«vr JtKti if-
nxkf^\
Toespraak door Herman H. Plomper ter gelegenheid van de
opening van het gemeentehuis Elkshove
foals u ziet, dames en heren, hangt hier een aantal werken
van de schilder Henri ten Holt. Heel in het kort wil ik iets
over hem zeggen, over zijn werk echter zal ik niet spreken,
omdat ik me zeer wel bewust ben dat spreken over kunst
mijn vak niet is.
Allereerst mijnheer de burgemeester gaan ook mijn
felicitaties naar ons nieuwe gemeentehuis, en ik kan wel
zeggen als ik om me heen kijk, annex museum.
Ik heb in mijn leven het geluk gehad enkele
bijzondere mensen te mogen ontmoeten, van wie Ten
Holt er een was. De hechte vriendschap die tussen ons is
ontstaan in de vele jaren dat wij elkaar kenden, bood mij
de mogelijkheid een aantal werken van hem te kunnen
verzamelen, waarvan er enkele hier te zien zijn. Echter zijn
levenswerkhet grote drieluik dat indertijd in het Stedelijk
Museum in Amsterdam te zien is geweest, heeft tot nu toe,
onbegrijpelijk, nog geen bestemming gekregen.
Naast andere grote werken schilderde hij vaak
eenvoudige motieven, zoals een stilleven, een zelfportret
of een boom. Ten Holt werkte moeizaam, niet gericht op
ijdelheden of faam, maar met groot kunstenaarsschap.
Hij zei mij op een keer: 'Het natuurlijk oog moet een
geestelijk oog worden. De gewone werkelijkheid moet
getransformeerd worden op het doek'. Hij deed dat door
modulerend te schilderen, zodat er een geestelijke ruimte
kan ontstaan door de kleur.
Hij heeft bijna zestig jaar in Bergen gewoond en
gewerkt en is op 17 maart 1968 overleden. Het verheugt mij
dan ook, mede ter nagedachtenis aan hem, dat zijn werk,
hoewel zeer beperkt, nu hier op deze plaats kan worden
getoond.
Ik dank u.
Over Herman Plomper
Onze oud-burgemeester Lo de Ruiter, schrijft in zijn
column in de Alkmaarsche Courant naar aanleiding van de
opening van het gemeentehuis in 1980 het volgende:
Verhuizer
Vijf keer ben ik verhuisd, waarvan driemaal binnen één
gemeente. Ik hoop van harte dat ik in mijn laatste stal
ben aangeland. Alleen al de gedachte nog eens te moeten
verkassen, maakt me moe. Als ik maat en rijm kon vinden,
zou ik een loflied schrijven op hen, die die onmenselijke
taak op zich nemen. Verhuizer is niet zo maar een beroep,
het moet ook een roeping zijn. De lasten van anderen
dragen, versjouwen en verplaatsen, geeft het vak een
evangelisch trekje. De rekening die voor de verleende
diensten wordt gepresenteerd, maakt er weer een aardse
zaak van. Wie zoals ik verhuizen als een zwart gebeuren
in het leven ondergaat, mag van geluk spreken wanneer
hij in goede handen valt. Bij mijn eerste verhuizing had
een kwieke, wat schraal ogende man de leiding. Met
een niet te stuiten trippelpas liep hij door het huis. Hij
taxeerde maten en hoeveelheden en gaf rappe bevelen.
1 2.C" At/"/ /,J „y
it C^VK
t/ K 4 1st, j
aük tie Van
Ar*
-v
A/t c/ LCdki^U (/*tf
Brief van Simeon ten Holt naar aanleiding van de schenking.