Kunstwerk Op het ruime plein voor de conciërgewoning werd op 7 mei 1953 in tegenwoordigheid van de leden van de gemeenteraad, het KCB-bestuur en de commissie van Sociale Kunstopdrachtcn, door burgemeester dr. W. Huygcns, een beeldhouwwerk onthuld van mevrouw Jeanne Kouwenaar-Bijlo. Het beeld stelt een levensgroot kind voor, dat zit te spelen met merels. (Merletten uit het wapen van Bergen). Uiteraard zijn daar de nodige gesprekken aan vooraf gegaan, zowel met mijn schoonouders als met de woningbouwvereninging. Zelfs Henks werkgever (hij was toen typograaf) moest toestemming geven om, indien nodig bij ernstige situaties op het hofje, naar huis te mogen. Vanaf ons huwelijk in augustus 1967, wonen wij in bij mijn schoonouders. En per 1 januari 1968 is het zover dal wij officieel als echtpaar de taak van huisbewaarder op de Merelhof vervullen. Het duurt echter nog tot eind 1968 dat vader en moeder Dijs kunnen verhuizen, omdat de woning die hen was toegewezen niet eerder vrij kwam. Voor mij was dat een leerzame periode, waarin ik goed werd ingewerkt. Huisbewaarderstaken De taken van de huisbewaarder omvatten onder meer: het stoken en bedienen van de centrale verwarmingsinstallatie. De huisbewaarder is verplicht diners, tegen betaling, te verstrekken en aan de woning van de besteller te bezorgen. De huisbewaarder is gehouden er op toe te zien dat de voorschriften omtrent de bewoning, alsmede het uiterlijk van de woningen, deel uitmakend van de Merelhof, door de bewoners in acht worden genomen. (Zo moesten bijvoorbeeld de vitrages uniform hangen.) De huisbewaarder zal de bewoners voorkomend behandelen en hun redelijk van hem te verwachten hulp en diensten verlenen. Ook behoorde het onderhoud van de tuin en het knippen van de afscheidingshagen tot de taken. Tot zover enkele gedeeltes uit de overeenkomst zoals deze in 1949 is opgesteld. Het belsysteem Citaat uit een artikeltje in een krant van 1960 'iedere slaapkamer heeft een elektrische schel om in geval van nood direct verbinding te hebben met de familie Dijs. Bij dag en bij nacht staan zij klaar als er geholpen moet worden. In het begin was er geen belsysteem, maar was er de afspraak om een krant voor het raam te zetten als men hulp behoefde. Al gauw merkte men dat dit niet werkte en kwam er een belsysteem. In de dienstwoning hing een bord, waarop, als men belde, het huisnummer tevoorschijn kwam. Van iedere woning had de beheerder een reservesleutel en waren in geval van nood de mensen altijd te bereiken. In die tijd waren er nog maar weinigen die telefoon hadden en wanneer er gebeld moest worden naar huisarts of ziekenhuis gebeurde dat meestal bij de huisbewaarder. Het belsysteem heeft zeker zijn nut bewezen. Coby Huibcrs-Dijs: 'Zo herinner ik mij dat er 's nachts gebeld werd en Henk er naar toe ging. Wat bleek? Een mevrouw was uitgegleden over een matje voor haar bed en daarna gevallen. Zij kon gelukkig met haar wandelstok bij het belletje. EI enk heeft haar overeind geholpen, terug in bed gelegd en het matje opzij gelegd. EI enk was amper terug in bed toen er weer werd gebeld. Hetzelfde nummer. EI enk ging er weer naar toe. GEMEENTEBESTUUR VAN BERGEN (NH). De overeenkomst tussen het gemeentebestuur en de eerste huisbewaarder. Mevrouw was uit bed gegaan om het matje terug te leggen en daarna weer uitgegleden. Zij werd weer geholpen - gelukkig had zij zich niet bezeerd en niets gebroken - maar het matje werd onder het bed geschoven. Het was voor ons nooit vervelend om er 's nachts uit te moeten als er gebeld werd. Je wist dat je nodig was. Het gaf ons altijd een goed gevoel iets voor de bewoners te kunnen betekenen. Winteravonden In de winter werden, meestal om de 14 dagen, gezellige avonden georganiseerd. Om alle bewoners, zo'n 23, te kunnen ontvangen werd de keuken ingericht met lange tafels van schragen met daarop planken, gedekt met wit damastpapier. De stoelen werden geleend of men nam een eigen stoel mee. Later beschikten wij zelf over stoelen. De avonden werden belangeloos verzorgd, door o.a. de lieren Schuil, Pastoor, Velink, Alphons Leijsen en de familie Grootes. Dit zijn enkele namen die ik mij herinner. Zij vertoonden hun dia's of films of gaven een lezing. Ook was er een gezamenlijke kerstavond. Bij deze gelegenheid was de keuken dan wel te klein, en werd de kamer ook ruim gemaakt. Op de tafels stonden kaarsen en kerstgroen. In de woonkamer de versierde kerstboom. Kerstliederen werden gezongen door een sextet van het brandweervrouwenkoor toen o.l.v. mevrouw Corrv Moree- Dol. Het kerstverhaal werd meestal gelezen door mevrouw Panbakker of door een van de bewoners. Na de koffie met banket, was er aan het eind van de avond altijd bowl. Het waren sfeervolle avonden. Later, in de jaren '70 hadden de meeste bewoners televisie en moesten wij bij het plannen van een avond toch rekening houden met de series die toen op de tv waren, vooral

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2008 | | pagina 23