Bijenpark 'De Linde' in Bergen
ROOSANNIE KROMHOUT
0
tr
1 Van een van onze lezers kreeg ik een fotokopie van de ansicht Het Bijenpark 'De Linde' te
Bergen N.-H. met de vraag waar dit bijenpark zich ooit bevonden had. De briefkaart had als
X
poststempel 14 augustus 1912.
mdat ik pas sinds 1958 in Bergen woon en van de tijd
daarvoor weinig of niets weet, heb ik de vraag voorgelegd aan
Piet Mooij, die niet alleen de ansicht uit zijn onuitputtelijke
archief tevoorschijn toverde, maar die in zijn jeugd ook zelf
nog het bijenpark bezocht had en daarover aardige details wist
te vertellen.
Dit romantisch aanziende parkje bevond zich achter de stolp
Karei de Grotelaan 33, waarop - ook nu nog de naam 'De
Linde' prijkt. In de tijd dat het park werd ingericht, begin
1900, was er ten noordoosten van de Karei de Grotelaan nog
geen bebouwing. Waarschijnlijk was de trambaan (nu Dreef)
nog net niet aangelegd en ook de Dokter van Peltlaan bestond
nog niet. Het was in dit open, zonnige gebied dat Chris F.
Blankendaal, bewoner van De Linde, zich ging toeleggen op
de bijenteelt en zijn tuin inrichtte als 'bijenpark', benaming
voor een plaats waar bijen worden gehouden, al dan niet met
bezoekmogelijkheid.
Hoewel de aanleg van de stoomtramlijn Alkmaar-
Bergen in 1905 en het doortrekken van het traject naar Bergen
aan Zee in 1909 de rust in het bijenpark misschien wat heeft
verstoord - de baan liep pal achter de tuin - zal het toenemende
toerisme door die stoomtram ook gunstig geweest zijn voor de
bezichtiging van het bijenpark en dus voor de inkomsten van
imker Chris Blankendaal.
In de Bergenscbe Bad-, Duin- en Boschbode van
1909 wordt geadverteerd met de verkoop van 'uitsluitend
gegarandeerd zuiveren slingerhoning, 70 cents per flacon'
en kan het park dagelijks vrij bezichtigd worden. In de
advertentie van vijfjaar later, 1914, blijkt er een toegangsprijs
van 'tien cents' gevraagd te worden. De bezoekers konden dan
ook het gedrag van de bijen nader bekijken. Door een deurtje
in de hoge toren midden in het park te openen zag men achter
het glas van de observatiekast de bijen op de honingraat bezig.
Het is voor imkers belangrijk te weten of er voldoende
bloemen en planten in de buurt van de bijenvolken staan; het
liefst 'drachtplantcn', die veel nectar (grondstof van honing)
en stuifmeel leveren, het voedsel voor de bijen. Het vliegbereik
van bijen is ongeveer 3 km, dus er was in het toen braakliggend
terrein achter bijenpark De Linde een grote variatie aan
voedsel uit bloemen beschikbaar: weilanden, brem, bos en
heide.
Maar ook in de naaste omgeving bevonden zich tuinen met rijk
Chris F. Blankendaal woonde met zijn gezin in 'de Linden' aan de Karei de Grotelaan
33, foto genomen vanuit het westen. (Fotocollectie H.J.Min).
Karei de Grotelaan 33, foto genomen vanuit het zuiden. (Fotocollectie H.J. Min).
bloeiende planten. De moestuin op de hoek van de Oosterweg
en de Oude Bergerweg, die behoorde bij het daartegenover
liggend huis Zuilenhof, zal door de bijen wel druk bezocht
zijn geweest. Zo ook de grote moestuin en boomgaard van het
kloostercomplex aan de Loudelswcg.
Chris Blankendaal, van beroep meester-metselaar, had nog
veel andere werkzaamheden, of misschien kunnen het beter