leiding van het kamp over de huisvesting van deze Duitse
problccmdeserteurs.
Protest
Het gemeentebestuur van Bergen stond bepaald niet te juichen
bij het voornemen om een extra kamp in Bergen te vestigen.
Op 5 april 1917 oordeelde de gemeenteraad unaniem dat een
dergelijk kamp in Bergen onwenselijk was op grond van de
volgende bezwaren:
1. De grond waarop het kamp gebouwd zou moeten worden
zou nog hard nodig zijn om de voedselvoorziening op peil te
houden.
2. De gemeente Bergen was in de zomermaanden een
druk bezochte badplaats. De komst van nog meer
vreemdelingen zou eveneens een probleem vormen voor dc
voedselvoorziening, ook al omdat er in de zomer 2000 extra
inwoners (badgasten) bij zouden komen.
3. In het nieuwe kamp zouden 'personen van minder allooi'
worden ondergebracht; ondanks het feit dat deze personen
bewaakt zouden worden, zou dit geen aanwinst zijn voor de
gemeente.
4. Dc rust in de gemeente zou verstoord kunnen worden door de
komst van dit kamp.
Dit protest had geen invloed op de besluitvorming door de
regering'. Op 2 juli 1917 verordonneerde dc minister van
Binnenlandse Zaken dat het kamp in dc gemeente Bergen op
korte termijn zou worden betrokken. Begin juli 1917 werd
op ruime afstand van het bestaande Duitse interneringskamp
het 'Depot voor Duitsche Deserteurs en andere buitenlanders'
opgericht.
Al in april van dat jaar was men in voorbereiding om
het kamp op te richten. Onderdeel van deze voorbereiding was
het vinden van een geschikt terrein te Bergen. Toen majoor Ter
Cock, die de leiding had over het kamp voor Duitse militairen
aan de Russcnweg - Kerkedijk te Bergen, een geschikt terrein
had gevonden dat ver genoeg van het andere Duitse kamp
was gelegen, moest hij het nog verwerven. Dit was niet de
gemakkelijkste opgave, aangezien de eigenaar van dc te huren
grond ook burgemeester van Bergen was. Dc burgemeester
had eerder namens de gemeente Bergen al aangegeven tegen de
oprichting van het kamp te zijn. Nu moest de majoor zaken met
deze man doen.
Uit het begeleidend schrijven aan zijn meerdere
(generaal Onnen) dat de majoor bij een kopie van het
huurcontract had gevoegd, kunnen we opmaken dat het geen
gemakkelijke opgave is geweest het terrein te huren van de
burgemeester. Hij schrijft onder andere dat het na veel moeite'
gelukt is om het terrein te verkrijgen. Ook schrijft hij dat dc
huur van het terrein hem 'zeer boog voorkomten hetzou
alle aanbeveling verdienen indien bet terrein kon worden
gevorderd"'. Het terrein werd niet alleen voor een flinke som
geld verhuurd, dc huur werd ook voor een beperkte termijn
gesloten. In principe huurde de militaire leiding het terrein
voor 12 maanden, met een maximale verlenging van nog eens 12
maanden7.
De samenwerking rondom werkverschaffing
Dc toestand waarin de geïnterneerden moesten leven was
deplorabel. Ze hadden niets te doen, de barakken waren
Op een weiland tegenover het Russisch Monument - de Ziekenweid - worden door
Belgische militairen barakken gebouwd voor een paar honderd voornamelijk Duitse
deserteurs en andere staatsgevaarlijken, voorjaar 1918.
Luchtfoto van het interneringsdepot; op de voorgrond de groentetuintjes van de
bewoners. Het huis op de achtergrond is pension 'Simmerwille' aan de Vinkenbaan,
1916.
De kantine van de hogere militairen in het interneringskamp.