De 100 jarige VVV gaat op
in regionale organisatie
HENK JELLEMA
Het eerste deel van dit artikel is opgenomen in de Bergense Kroniek van november 2007. Daarin
wordt de periode vanaf de oprichting van de VW-Bergen op 7 november 1907 tot en met de eerste
ledenvergadering na de Tweede Wereldoorlog, op 24 september 1945, beschreven. Dit tweede deel
behandelt de periode 1945-2007, waarin het toerisme in Bergen en Bergen aan Zee en het werk
van de VW eerst weer op gang en vervolgens tot bloei komen. Tevens worden in dit gedeelte de
veranderingen in de VW-structuur zowel te Bergen en Bergen aan Zee als in de regio beschreven.
In 2002 ging de vereniging op in de Stichting VW Schiereiland Noord-Holland Midden.
Vakantie in eigen land
Begon de vereniging in 1945 met 423 leden, in 194S was dat
aantal reeds gegroeid tot 7S5. Het was een periode van de
recente Nederlandse geschiedenis waarin alles in het teken
stond van de 'wederopbouw'. In het land werd hard gewerkt
en wettelijk geregelde vakanties werden mogelijk voor een
brede laag van de bevolking. Omdat er nog weinig gelegenheid
was een buitenlandse reis te maken, werd de vakantie veelal
in eigen land doorgebracht. De aantrekkelijkheid van ons
kustgebied met zijn stranden, duinen en bossen scoorde,
evenals vóór 1940, uitstekend.
Niet alleen de vraag naar logiesmogelijkheden was
groot, ook het aanbod van 'bedden' was in die naoorlogse
jaren enorm. De bewoners van Bergen en Bergen aan Zee,
van oudsher vertrouwd met de komst (per stoomtram!)
van toeristen, ontvingen de duizenden zomergasten
met open armen. Dat deden niet alleen de professionele
logiesverstrekkers zoals hoteliers en pensionhouders, maar
vooral ook de particulieren. Bij de VW-Bergen behoorden ze
tot de categorie 'gemeubileerd verhuur'.
De Bergense duinen en bossen dragen nog lang na de Bevrijding
(1945) toeristonvriendelijke littekens van de oorlog, zoals deze
Duitse bunkers bij restaurant Duinvermaak (tekening, 1946, Dirk Vis,
Provinciale Atlas, Haarlem).