Nederlandse botanici verblijd werden met een bijzondere
vondst.... Het aantal exemplaren - zesentwintig bij de eerste
waarneming - liep op tot boven de honderd, kelderde in de
twintiger jaren na kaalkap van dc bosjes, en nam af tot één
exemplaar in 1942. Na de oorlog, in 1946, ging H.A.S. Bijlcveld
tevergeefs op zoek naar deze zeer bijzondere plantensoort:
Men kan dit artikel dan ook beschouwen als een necrologie
van de koraalwortel (Gorteria 15 (5), 1962). Opvallend was
de rol van de familie Van Reenen, waarover Bijlcveld sr. in De
Levende Natuur van 1936 schrijft: ....nog steeds verheugen in
't voortbestaan van deze allermerkwaardigste orchidee....hel
doeltreffende toezicht....wij denken met groote dankbaarheid
aan de eigenaars van deze terreinen, de familie Van Reenen,
die, waar het in haar vermogen lag, terdege het hare tot deze
instandhouding heeft bijgedragen!
Het is opnieuw A.H. Bijlcveld, nu in 1926, die de
aandacht vraagt voor nog een bijzondere orchideeënsoort in
onze duinen: In het land van Neottia (De Levende Natuur
jrg 31, 1926). Hij beschrijft in dit artikel hoe hij al in 1900
aan Heukcls bekend maakte dat dc vogelnestorchis, zoals
dc Nederlandse naam luidt, in onze duinen voorkomt.
Is de koraalwortel in ons land al lang uitgestorven,
de vogelnestorchis komt tot op de dag van vandaag in de
omgeving van Bergen aan Zee voor. Het zijn dc belangrijkste
Nederlandse groeiplaatsen!
De orchideeënrijkdom van de duinen rondom Bergen aan Zee
was legendarisch en tot in het Parnassiapark kon men genieten
van een groot aantal soorten. G. Blokhuis, verder onbekend in
natuurkringen, beschreef deze rijkdom in De Levende Natuur
van juli 1911. Hij noemt de welriekende nachtorchis en van
de harlekijnorchis vermeldt hij: Ze komen in Bergen in groote
massa's voor, in 1906 waren de weilanden met een paars kleed
overtrokken. De breedbladige orchis, de grote keverorchis,
de slanke sturmia (groenknolorchis), de grote muggenorchis:
allemaal kwamen ze in groten getale rondom ons dorp voor.
Deze situatie lijkt nu voorgoed voorbij....
We wandelen nog heel even mee met Heimans. Samen met
R. Schuiling stelde hij een serie boekjes en wandplaten samen
onder de titel: Nederlandsche landschappen: handleiding bij
de aardrijkskundige wandplaten van Nederland (Noordhoff,
Groningen). We raadplegen deel twee uit 1912, waarin het
duinlandschap bij Schoorl wordt beschreven. Er worden ook
uitstapjes gemaakt in de richting van Bergen en Bergen aan Zee
en daar gaat het opnieuw om orchideeën als sturmia, harlekijn
en moeraswespenorchis. Even later, dc schrijvers wandelen dan
naar Bergen aan Zee en langs de Zeeweg naar De Franschman,
noteren ze dc vogelncstorchis, muggcnorchissen, grote
keverorchis en op de bocht van den weg bij den Franschman
staat het wit van Daslook en geurt het daardoor sterk naar
uien, net zoals we het nu nog kennen. Opvallend is de
aandacht die wordt besteed aan de vele natte valleien en de daar
groeiende zonnedauw.
Cees Sipkes: plantenliefhebber en 'natuuradviseur'
Een man die bijzonder lang actief is geweest in en om Bergen
aan Zee was Cees Sipkes (1S95 - 1989). Na het gymnasium
volgde hij een opleiding aan de tuinbouwschool om in 191S
te Overvecn een wildeplantenkwekerij te beginnen. Tot 1945
hield zijn kwekerij 'De Teunisbloem' stand. Eén van de eervolle
opdrachten die hij ontving was in 1925 dc verzorging van
de beplanting met inheemse gewassen van Thijsse's Hof te
Blocmendaal.
In 1917 verscheen van hem, in twee afleveringen in
De Levende Natuur, Landschap en plantengroei van de Berger
duinen. Na een korte beschouwing over de verschillen in zand
rondom Haarlem en Bergen aan Zee, besteedt Sipkes vooral
aandacht aan de vele orchidceënsoorten in onze omgeving. De
gevlekte orchis, de vleeskleurige orchis, dc harlekijnorchis, dc
welriekende nachtorchis, de dennenorchis, de vogclnestorchis
en de grote keverorchis: hij noemt aantallen variërend van
veertig tot ca. duizend stuks. Deze ongekende rijkdom werd
toen ook al bedreigd: En tot slot nog een waarschuwing aan
p/antenzoekers. Wie hier komt om met een bus of rugzak vol
orchideeën of zeedistels naar huis te gaan kan wel thuis blijven.
De provinciale verordening, die het plukken van genoemde
planten verbiedt, wordt hier streng gehandhaafd voor het
behoud van de flora van deze prachtige duinstreek. Dc eigenaar
kent de waarde van een ongerepte natuur in zijn bezittingen en
zoo zijn er niet veel.
Sipkes adviseerde tot ver in de vorige eeuw vele
kustgemeenten over het openbare groen in het weerbarstige
klimaat en op meestal zeer vocdselarme en droge bodem. Dc
huidige beplanting van het Parnassiapark en een deel van de
beplanting van het Russenduin is mede op zijn advies tot stand
gekomen. Tot in 1987 voelde hij zich betrokken bij de flora in
Vogelnestorchis