TENTOONSTELLING ARTHUR VERBEECK, ARTHUR VERBEECK, RECONSTRUCTIE VAN ZIJN LEVEN EN HERONTDEKKING VAN ZIJN WERK de val van Antwerpen slaat één miljoen Belgen op de vlucht naar het buitenland. Samen met 50.000 Belgische militairen vluchten Anna en Arthur bij Kieldrecht over de grens met achterlating van al hun vrienden en geliefden en.... zijn gehele kunstcollectie. Zoals later blijkt een definitief afscheid van hun land en een keerpunt in hun leven. Ballingschap in Harderwijk Via Rotterdam vluchten zij naar Harderwijk. Evenals vele gevluchte landgenoten worden zij eerst opgevangen in de in alle haast opgerichte interneringskampen voor Belgische vluchtelingen. Later betrekken zij een woning in de Vijhe- straat in Harderwijk. Nog datzelfde najaar 1914 dienen Arthur en Anna bij de autoriteiten een schriftelijk verzoek in om terug te mogen keren naar Antwerpen. Onduidelijk is of de Duitse bezetters dit verzoek hebben afgewezen. Zeker is dat bevriende relaties adviseren hiervan af te zien, gezien eerdere uitingen van Arthur over het Duitse Rijk. Ze kunnen niet terug en blijven in Nederland. Twee volle zomers kan Arthur zich volledig toeleggen op het schilderen. Rond Harderwijk vindt hij weer zijn ver trouwde rietland, de polders en de uitgestrekte horizon langs lange stranden. Hij werkt hier graag zonder andere invloed dan het onderwerp zelf. Zijn kleurpalet blijft - onaangetast door nieuwe stromingen - Vlaams, zijn kleuren worden zelfs nog lichter en levendiger dan voorheen. Vanuit Harderwijk neemt hij deel aan exposities zoals in Bellevue in Amsterdam waar veel bekende Bergense schilders hun kunst exposeren tijdens een kostuumfeest van de vereniging De Kunst (1915), en bij de kunsthandel SALA in Leiden (1916). Ook neemt hij deel aan een liefdadigheids- tentoonstelling van Belgische schilders op de Herengracht te Amsterdam (1916) ten bate van gevluchte landgenoten. Tussenstation Amsterdam Bij het naderen van het einde van de Eerste Wereldoorlog vertrekken Arthur en Anna rond 1917 naar Amsterdam. In een artikel in de Wereldkroniek geeft Arthur aan dat hij Nederland een prachtig land vindt om te werken en Amsterdam een pret tige stad om in te leven. In deze periode maakt hij het prachtige schilderij van de beroemde Nederlandse revue artiest Jo Buziau. Evenals zijn periode in Harderwijk is ook zijn verblijf in Amsterdam productief en financieel succesvol. Hij heeft een groot aantal tentoonstellingen waarvan één in Huize Chante- clair in Bergen (1919). Vooral zijn schilderijen 'Gezicht op het verdronken land van Saeftinge' en 'Afscheid van het vrijge- zellenlevcn' trekken de aandacht. Regelmatig verschijnt zijn naam in de pers (NRC, Het Vaderland, De Wereldkroniek, de Alkmaarschc Courant) met recensies over getoond werk. Zijn succes maakt het mogelijk dat hij in 1919 een riante villa kan laten bouwen aan de Studler van Surcklaan in Bergen in de stijl van de Amsterdamse School: Villa Flandria! Hiertoe heeft hij een ontwerpwedstrijd uitgeschreven die ge wonnen wordt door de Belgische, in Amsterdam woonachtige, architect John Detert Wildebocr. Bloeiperiode Bergen Als zijn villa Flandria in 1920 gereed is, vertrekt hij naar Ber gen. Zijn vrouw Anna verhuist wel mee naar Bergen maar trekt niet bij hem in. Ze leeft verder van hem gescheiden. De wereld oorlog heeft haar leven ingrijpend veranderd en ze heeft zich als actrice nooit meer aan een gezelschap verbonden. Met voor drachten zet zij zich in voor het lenigen van haar door nood getroffen landgenoten. Hiervoor wordt zij in 1920 door koning Albert geroemd en ontvangt zij van koningin Elisabcth van België een hoge onderscheiding. De rest van haar leven blijft zij in en rond Bergen wonen. Anna overlijdt op 2 februari 1952. In villa Flandria beschikt Arthur Verbeeck over een grote expositieruimte om zijn werk tentoon te stellen. Op 3 juli 1920 wordt er daadwerkelijk een expositie geopend in huize Flandria. Hij is in de bloei van zijn leven en richt zich volledig op zijn liefde voor de kunst. Hij geniet van de Noord- Hollandse natuur en trekt er dagelijks met de ezel op uit. De duinen, bossen, de zee en de uitgestrekte weilanden inspireren hem enorm. Flij raakt goed ingeburgerd en onderhoudt goede contacten met de plaatselijke bevolking. Hij verdiept zijn literaire kant met het schrijven van twee manuscripten over Huize Flandria naar een ontwerp van John Detert Wildeboer, 1920 Foto: Bergensche Kunsthandel. Advertentie in de Bergensche Bad-, Duin en Boschbode, 23 augustus 1919 van werken van den Schilder in Huize Chanteclair, Studler van Sucrklaan te Bergen. Dagelijks open van 10 tot 5 uur. INKOM 10 CENT.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2008 | | pagina 11