|c: tt A DE FAMILIE MASCHMEIJER EN 'ZUILENHOF' De Van Borselenlaan hoek Dorpsstraat in het begin van de 20ste eeuw. (bron: Piet Mooij) opdrijven van de prijs. Na de biedfase ging men over tot het mijnen, de verkoop bij afslag waarbij de echte verkoopprijs werd bepaald. De eerste die 'mijn' riep was de gelukkige koper. Een dag na de veiling, op 5 maart, komt EJ. Theissling weer bij de notaris. Elij meldt dat hij Het Wapen van Bergen voor zichzelf heeft gekocht voor 2700. De Vriendschap heeft hij gekocht voor en ten behoeve van August Maschmeijer, koopman te Amsterdam. Deze Maschmeijer was een vroegere werknemer van Theissling. 'De Vriendschap' verbouwd tot 'Zuilenhof' Nadat August Maschmeijer in 1884 eigenaar van de herberg was geworden ging hij voortvarend te werk. Hij liet het pand tot een riant woonhuis verbouwen. Op de cementen vloer van de kolfbaan het hij een houten vloer aanleggen (behalve in de provisiekamer, waar de baan nu nog steeds zichtbaar is en als vloer dienst doet) en hij deelde de ruimte in meerdere grote kamers in. Eén daarvan, de donkerste, was de muziekkamer, waar 's avonds na het eten werd gemusiceerd. August Maschmeijer in zijn jonge jaren. (bron: mevrouw Eisma-Bor) - h^ML' De Kooren-beurs op het Water staande ten Suyden de Oude Brug, P. Schenck. Ao 1627, (bron; Gemeentearchief Amsterdam) Buiten breidde hij het huis uit met twee veranda's, waarvan de daken ondersteund werden door zuilen die hij in Amsterdam op de kop had getikt. Ze hadden behoord tot de Korenbeurs, in 1617 aan het Damrak gebouwd en in 1884 gesloopt bij het dempen van het Damrak. Kennelijk kocht Maschmeijer de sloopmaterialen. Het transport van de zuilen liet hij per schuit verzorgen vanaf het Damrak tot Koedijk, waar ze op een wagen werden geladen. De aannemer wist met de zuilen twee aanbouwen te bouwen, die het huis de huidige aanblik aan de tuinzijde hebben bezorgd, wat Maschmeijer er toe bracht de woning 'Zuilenhof' te noemen. Tijdens de verbouwing brak er brand uit in het pand. Dat kwam doordat Jan Groenland, de timmerman, een lucifer waarmee hij zojuist zijn pijp had aangestoken in de houtkrullen had gegooid. August jr. en zijn broertje Rudolf werden aangekleed en naar buiten gebracht, maar de brand zette niet door. Tiet was later Rudolfs oudste jeugdherinnering. Toen het huis klaar was en bewoond, was het niet alleen een prachtige villa, het had ook een prachtig uitzicht. Maschmeijcrs zoon Rudolf schrijft daarover als hij in de jaren veertig van de vorige eeuw zijn jeugdherinneringen vastlegt: Van onze zitplaatsen aan dot ontbijttafel in de tuinkamer zagen wij dus in de winter de zon opkomen en bij gunstige belichting zagen wij de zeilen van door het kanaal passerende schepen. Dat hij het Noord-Hollands kanaal bedoelde dat toen vrij vanaf Zuilenhof zichtbaar was, is nu nauwelijks voorstelbaar. Aan de achterzijde van het huis, richting Loudelsweg, was er veel bos; volgens Rudolf een gevolg van het feit dat daar de grond voor tuinderij erg slecht was: droog, stoffig, kalkarm. Eén van de liefhebberijen van August was het jagen op de kraaien en Vlaamse gaaien die in de achtertuin in de zware holle iepen nestelden op de grens van bosje en boomgaard. Als het avond was schoot hij vaak de Vlaamse gaaien uit de bomen.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2008 | | pagina 5