DE FAMILIE MASCHMEIJER EN 'ZUILENHOF'
burgemeester trad daarbij zelf op als projectontwikkelaar, en
met een duidelijke visie. Hij stelde eisen aan de bebouwing,
maar ook aan de personen die grond van hem mochten
kopen. Voor Bergen aan Zee gold zelfs een duidelijke
ballotage die pas laat is opgeheven. Uit één van zijn hobby's
ontstond de Zwarte Schuur. Zijn 'nalatenschap' is onder
andere terug te vinden in de zogenaamde welgestelden-
wijken.
Maschmeijer zat er heel anders in. Zijn grond was
belegging. Hij verdiende zijn geld elders. Hij kocht, maar
exploiteerde niet. Hij zorgde wel dat de waarde behouden
bleef; bijvoorbeeld: geen waardevermindering door de
nabijheid van een begraafplaats! Af en toe verkocht hij, om
kunstvrienden een plezier te doen. De enige panden die
hij in Bergen bouwde waren de Witte Schuur (al lang weer
afgebroken) en Van Borselenlaan 14.
Daarnaast stichtte hij een fabriek, een mislukt
project. Als industrieel mislukt, als koopman meer dan
geslaagd. Zijn zakentalent werd geërfd door zijn oudste
zoon. Maar die was Amsterdammer, geen Bergenaar. Zijn
jongste dochter koos voor een bestaan buiten Bergen, zijn
tweede zoon en zijn oudste dochter bleven in Bergen, maar
dat waren geleerden, geen zakenlui. Zo kwam het dat na
Maschmeijers dood zijn land niet zakelijk beheerd werd.
Het onderhoud werd aan de pachters overgelaten. Van
gerichte exploitatie of ontwikkeling was geen sprake.
Na de Tweede Wereldoorlog kreeg de gemeente
belangstelling voor de grond om huizen te realiseren. De
Maschmeijers werkten hier loyaal aan mee en verkochten
hun land voor schappelijke prijzen. Op die grond verrezen
de nieuwe Bergense wijken. Geen villa's voor welgestclden,
maar wijken voor gewone Bcrgenaren. Huizen die in de
jaren 1950-80 voor velen in Bergen bereikbaar werden. Dat
vormde als het ware de 'nalatenschap' van Maschmeijer.
De aandacht voor de kunsten was een andere activiteit van
Maschmeijer die niet door zijn nazaten als erfenis werd
voortgezet. Gelukkig namen Piet Boendermaker en Dirk
Klomp de vaan over. Zou De Bergense School zonder de
initiatieven van Maschmeijer zijn ontstaan? De gemeente
profiteert nog steeds van het imago als kunstenaarsdorp dat
kort na de eeuwwisseling van 1900 ontstond.
Je zou kunnen zeggen dat de gewone man en
de kunstenaar van de rijkdom van Maschmeijer hebben
geprofiteerd. Met het beeld dat een studie van zijn leven
en werken heeft opgeleverd kun je concluderen dat hij niet
anders gewild zou hebben.