Toen Maschmeijer in 1898 in de Gemeenteraad kwam, werd er vergaderd in het Rechthuis, hier op een foto uit ca 1895. Het was tevens de gemeentesecretarie waar Jacob van Reenen, die burgemeester en secretaris was, zijn bureau had. (bron: Gemeentearchief Bergen NH, archivaris: Ron Wessels) worden legt August contacten met financiers en speelt hij een belangrijke adviserende rol. In diezelfde periode speelt een mooie affaire. De gemeenteraad beslist dat de veldwachter de beschikking krijgt over een rijwiel. Het mag ongeveer 125 kosten. Pikant detail: omdat men bang is dat de veldwachter zijn fiets tegen geld aan anderen verhuurt, wordt voorgesteld dat hij 1 boete moet betalen als zulks gebeurt. Op dit punt is August degene die zorgt dat de boete niet 1 maar 2,50 gaat bedragen; die fiets mag geen handeltje worden. In de volgende vergadering komt de aap uit de mouw: er was, zegt August, toch besloten dat het om een Adam Opel rijwiel zou gaan? Nee, stelt de burgemeester, en de andere raadsleden steunen hem, dat was niet besloten. Er wordt een fiets gekocht bij de plaatselijke handelaar Reiniersce, voor de prijs van 167,50. Voor dat geld zitten er wel een kaarslantaarn, spatschermen en echte vital banden op... Zijn collega's gunnen Maschmeijer kennelijk de vermenging van privé en gemeentebelang niet. Deze zaak speelde in juli 1900. Op 24 december van dat jaar om 11.00 uur wordt er ook vergaderd. Tijdens de rondvraag (je kan je voorstellen dat iedereen naar huis wil om de Kerst te gaan voorbereiden) verzoekt Maschmeijer of de Loudelsweg niet verlegd kan worden, zodat die niet pal langs zijn huis loopt. Hij zal zelf alle kosten op zich nemen. Kennelijk heeft niemand op dit moment de puf om er tegenin te gaan. In de volgende vergadering vraagt de burgemeester schijnbaar belangstellend of Maschmeijer al het nodige terrein heeft machtig kunnen worden, hetgeen ontkennend wordt beantwoord. Verkoper is namelijk niemand anders dan zijn moeder, jonkvrouwe Rendorp van Marquettc, douairière Van Reenen. August weet toch tot een ruiling te komen (zie kader). Nog steeds sluit hier de Oostcrweg niet recht op de Loudelsweg aan! Als het raadhuis (het voor-voormalige raadhuis, nu 't Oude Raethuvs) moet worden gebouwd, geven de financiële mannen van de raad een negatief advies: Maschmeijer en Oldenburg vinden het plan te duur naar verhouding van de ruimte die het oplevert. Ze stellen voor ook de onderwijzerswoning af te breken om het perceel te vergroten en dan een groter raadhuis met onderwijzerswoning te bouwen. Aldus wordt besloten. De verhouding tussen burgemeester Van Reenen en August Maschmeijer wordt nog eens treffend geïllustreerd door het volgende voorval, opgetekend uit de gemeenteraadsnotulen van 30 mei 1901: De voorzitter maakt den heer Maschmeijer de opmerking dat hij zijn hek te ver heeft gezet en dat het behoort te staan midden op de bestaande wal. De heer Maschmeijer bestrijdt zulks op grond dat hij het hek even ver uit het paardenpad heeft gezet als zijne buren. De voorzitter antwoordt dat sinds onheugelijke tijden de nog bestaande wal de scheiding geweest is en dat deze op de helft gemeten de grens aangeeft, welke geëerbiedigd moet worden. De Raad verenigt zich hiermede en de voorzitter stelt voor om het hek voor rekening der gemeente op de juiste plaats te stellen waardoor den heer Maschmeijer kosten en moeite bespaard worden. Begin 1902 dient August een aanvraag in voor een vergunning voor een smalspoor ten behoeve van de kalkzandsteenfabriek aan de Kogendijk die hij in oprichting heeft. Het tracé zou een paar honderd meter ten noorden van de Kogendijk door de weilanden moeten lopen naar een laad- en lossteigcr aan het Noord-Hollands Kanaal. Als het onderwerp in de raad besproken wordt, ontbreekt de aanvrager. In de volgende vergadering beklaagt hij zich dat hij de oproep voor de vergadering niet 2 x 24 uur voor aanvang had ontvangen, zoals dat behoort. Burgemeester Van Reenen belooft

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2008 | | pagina 12