28 Uzelf deed de winkel-annex-lunchroom? x Herinnert u zich daar nog aardige voorvallen van? 2 Nou, het zijn maar kleine voorvallen maar ze zorgden toen o wel voor wat hilariteit, zo heb ik ze ten minste onthouden. Het ene voorval had met mijn gebrekkige Duits te maken: S -Wat is er van uw dienst, mein Herr? g -Frau Meyer, bitte ein Asbach. -Kijk eens meneer, hier is uw asbak. g -Nein, nein, bitte ein Glaschen Asbacb-Uralt (een bekend s Duits merk cognac). Met mijn Duits is het later natuurlijk wel beter gegaan, want het de gasten in de bar naar de zin maken, dat ging mij goed af. Ook het drinken wel; maar goed, dat is misschien een ander verhaal. Nóg een voorval uit het begin van de winkel dat ik me nu herinner. Het kwam natuurlijk door de drukte dat ik me zo versprak: -Verkoopt u ook appelmoes? -Jawel, blikken appelmoes. - Nou, dat liever niet, want dan smaakt het misschien naar blik. -Niks ervan, wij verkopen Goudmerk. Dat smaakt helemaal niet naar appelmoes! Ik weet ook nog goed, dat veel Duitse 'Gaste' in die beginjaren aan het eind van hun vakantie graag nog wat verse melkproducten en eieren 'mit nach Hause' namen. Maar dan vroegen ze toch altijd eerst nog even - Zijn ze vers, uw eieren, Frau Meyer? En dan moest ik wel een min-of-meer serieus antwoord geven, dus dan werd het antwoord op den duur: - Zeker weten hoor, de kippen weten zelf nog nauwelijks dat ze ze gelegd hebben! Was uw lunchroom in Bergen aan Zee ook niet een trefpunt voor het dorp en bewoners? Ja, dat kun je wel zeggen. Daarbij: mijn lunchroom had een B-vergunning voor zwak-alcoholische dranken, maar in Bergen aan Zee was toen verder geen echt café, dus werd er op verzoek voor vaste klanten ook wel clandestien sterke drank geschonken. Je moest dan vragen naar 'Weisse Martini' en dan kreeg je in zwak-alcoholische Martiniglazen je genevertje geschonken. (Zelfs Duitse politieagenten-op-vakantie deden hier graag aan mee). Nu we het erover hebben: met die 'Weisse Martini' is het toch een keer uit. de hand gelopen. Dat ging zo: een stel Duitse gasten logeerde elders, maar at iedere dag in mijn lunchroom. Dan maak je een praatje en dan leer je ze wat beter kennen natuurlijk. Toen hun vakantie bijna voorbij was, wilden ze beslist ten afscheid samen met ons in de lunchroom eten. Zo gezegd, zo gedaan. Er kwam ondertussen nog wat meer volk aanwaaien, dagelijkse vaste klanten had je natuurlijk ook, en de 'Weisse Martini' ging vrolijk rond. Te gek kon dat nooit, worden, dat wist ik zeker, want er was maar anderhalve fles in de zaak aanwezig en met zoveel mensen kon dat weinig kwaad, tenminste, dacht ik dus. Maar timmerman Niek Leijen (die bij ons regelmatig als kelner bijsprongwas bij ons in huis zó goed bekend, dat de voorraadkasten voor hem geen geheimen meer hadden. Wij dachten: ach, die anderhalve fles. Maar Niek zorgde steeds voor nieuwe flessen. Dus van het eten is toen niet alles meer terechtgekomen Over 'trefpunt' gesproken, vaste bezoekers waren natuurlijk ook de bus chauffeurs. Die zag je iedere dag en die dronken gratis koffie bi) ons, keerpunt Bergen aan Zee. Die brachten natuurlijk ook het nieuws en de verhalen uit de regio mee. En....ze wasten geregeld af wat er aan afwas op het aanrecht stond. Helemaal geen tegenslagen, zo in al die jaren, dat u nog weet? Och, er was altijd wel watmaar dat loste je op de een-of-andere manier altijd wel op. Niks wat we niet aankonden eigenlijk. Ja, toch, ik herinner me nu een echt probleem, heel iets anders, was toch echt wel een naar verhaal. Het speelde toen we begonnen met verbouwen, daar kwam het eigenlijk door. Bij de eerste verbouwing in 1958 van wat toen nog de lunchroom was, was er puin in de schoorsteen y'rt N*j mÊÊÊÊjÊÊtÊgÊttr iMnHK/ va'/'/W" ■li ^m/ JMMLJBy yr?r ".v 'Slfjurf/Kf

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2007 | | pagina 30