Van de redactie
Door het overlijden van onze trouwe vormgever Gustaaf Verburg zal voor de redactie het werk aan de
Bergense Kroniek niet meer hetzelfde zijn. In een 'Ter herinnering' komen we hieronder terug op het
enthousiasme en op de unieke verdiensten van Gustaaf voor onze Kroniek.
In de Kroniek die voor u ligt, de najaarskroniek 2006, treft u weer een keur aan onderwerpen aan,
waarbij we ook de verdeling over de drie perioden min of meer recht hebben kunnen doen.
Wat aan de inhoudsopgave op zal vallen is een bijdrage van Adriaan van Dis. Het is de tekst van een
toespraak die hij op 3 mei hield ter gelegenheid van de opening van de zomertentoonstellïng in het
Gemeentemuseum Het Sterkenhuis en we zijn blij dat we u (dankzij de welwillende medewerking van
Het Sterkenhuis) deze tekst integraal kunnen presenteren.
Ru Waalewijn besteedt aandacht aan 'Misdaad Mobiliteit' in vroeger tijd, en gaat daarin na over
welke mogelijkheden in ruimte en tijd mensen vroeger kennelijk beschikten. Marijke Kirpensteijn en
Ru Waalewijn bespreken de bewoners van Rampenbosch. PietVijn presenteert de geschiedenis van
het tennis in Bergen, een verhaal waarvan een klein en passend deel al voorkwam in de jubileum-
Kroniek over Bergen aan Zee.Trees Staarink-Bruinsma stelde onze inmiddels beroemde Bergense
componist Simeon ten Holt vragen over zijn leven en zijn werk. In de nieuwe serie 'In Bergen staat
een huis' vindt u een bijdrage van mevrouw Sieuwtje Steenis-Blokker.Tot slot bespreekt Els
Schoonderwoerd-Savenije 'Badkleding vroeger en nu'.
Ter herinnering aan Gustaaf Verburg
Gustaaf Verburg, vormgever van de Bergense Kroniek, is op
28 juni 2006 plotseling overleden. De redactie treurt over het
heengaan van deze bijzondere, begaafde lay-outman, die de
Kroniek een eigen gezicht wist te geven.
Vanaf het eerste nummer, in 1994, streefde Gustaaf binnen
het vaste stramien van de Bergense Kroniek, naar eigenheid
van elk nummer. Als ondergrond voor de omslag nam hij de
Ruïnekerk. In de jaren die volgden vulde hij dat basisontwerp
aan, eerst met, zoals Gustaaf het noemde, 'aankeilers',
vermelding van de inhoud op de kaft. Later kwam er een
treffende foto van een van de artikelen bij. Gustaaf was altijd
bezig met vernieuwing en verfraaiing. Zo gebruikte hij in
themanummers extra kleuren, passend bij het onderwerp.
Dat was bij het nummer over de Rustende Jager wijnrood,
indirect verwijzend naar de kleur van de stoffering in vroeger
tijd. Bij de laatste twee nummers die Gustaaf maakte, Polders
rond Bergen en Bergen aan Zee 100 Jaar, wist hij door het
gebruik van een steunkleur de sfeer van respectievelijk de
grasgroene polders en het hemelsblauw boven het zonnige
Bergen aan Zee op smaakvolle wijze op te roepen.
De redactie mist in Gustaaf een creatief en begaafd
medewerker. De Bergense Kroniek draagt nog steeds zijn
stempel, maar ludieke indelingen en achtergrondillustraties
zoals Gustaaf ze ontwierp, zullen we in de komende nummers
moeten missen, evenals de prettige samenwerking met deze
vriendelijke en zachtaardige man.