DROGE VOETEN Bijzonder van de Bcrgermeer is dat de ringdijken geen verkeersfunctie meer hebben. Als de alom bekende kaart van Blaeu met de situatie van omstreeks 1640 (uitgegeven in 1662) wordt bezien, zijn ze wel begaanbaar geweest. Vooral in de beginperiode waren ze belangrijk voor de onderlinge verbindingen in een nog zompig gebied. Het merendeel van de bebouwing is ook langs de ringdijken opgetrokken. De voor bebouwing benodigde aanvoer van materialen en de afvoer van agrarische producten uit de polder naar de markt in Alkmaar over water, was in die dagen het meest economisch, temeer daar de factor tijd haast geen rol speelde. Toch werd in het plan voor de drooglegging een verbindingsweg (thans de Bergcrweg) vanuit westelijk Alkmaar naar het Oostdorper veer opgenomen en ook uitgevoerd. Eveneens werd een westelijke aftakking door de Bergermeer aangelegd (thans Groeneweg), die uiteindelijk gericht was op Crancnbergh. Literatuur H.S. Danrier e.a., die water keert, 800 jaar regionale dijkzorg in Hollands Noorderkwartier, Alkmaar/Edam 1994 Herman Lambooij, Getekend land; Nieuwe beelden van Hollands Noorderkwartier, Alkmaar, 1987 Jan Nobbe en Tom Borst (red.). Heerlijk Bergen!?; Bergen, Bergen aan Zee, Bergermeer en binnenduinrand: terugblik en toekomst, Schoorl, 1995 J.J. Schilstra, In de ban van de dijk; de Westfriese Omringdijk, Hoorn, 1982 H. Schoorl, Zorgen over Bergen en de Bergermeer. De nalatenschap van Hendrik van Brede rode, 1568-1611 in: Kennemer Historie, deel 7 van de Alkmaarse Historische Reeks, Zutphen, 1987 J. Westenberg, Kennemer dijkgeschiedenis, Amsterdam, 1974 Frits David Zeiler, Hoog en Vrij, Schoorl 1986 Kunstwerk uit 1603 Als we thans fietsen over het pad langs de Sluispoldcr, is vóór de golfbaan aan de rechterzijde in de berm een duikerkolkje te zien, afgezet met een hekwerk. Voor het ontstaan hiervan moeten we teruggaan naar 1603. In die dagen was de Alkmaarse poorter Willem Harmensz Roswinkel eigenaar van de Bergerham, een poldergebiedje oostelijk van het fietspad en heden ten dage nog herkenbaar door de vage bedijking. Roswinkel kreeg via een proces, op bepaalde voorwaarden, permissie tot de aanleg van een duiker onder de ringsloot door, om te kunnen uitwateren op de Bergermeer. Eén van die voorwaarden was, dat niet geloosd mocht worden tot veertig dagen na Allerheiligen (1 november). Dit waren de regenmaanden november en december. Dat het vertrouwen door het proces danig geschonden was, bleek uit het feit dat hij zelfs de sleutel van de duikerdeur gedurende die veertig dagen moest inleveren bij de molenmeester van de Bergermeer. Deze duiker was een huzarenstukje in die tijd en functioneert dus al ruim 400 jaar. Zo is Bergen, gelegen aan de duinvoet en omringd door een tiental polders, met veel inspanning ontworsteld aan de grillen der elementen. Daardoor kunnen wij Bergenaren de voeten droog houden. SV2 ySi Zó zou een kaarttekenaar omstreeks 1250 liet grondgebied van Bergen kunnen hebben weergegeven. Kaartje in 1986 getekend door Frits David Zeiler bij zijn artikel 'Er is een dijk gelegd', in Hoog en Vrij, uitg. Pirola, Schoorl.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2006 | | pagina 7