lr,^, 4 INTERVIEW MET ONDINE GRAVEMEIJER De fretjes Daisy en Freki. Tekening Ondine Gravemeijer. daar is in mijn leven weinig van gekomen Ze laat me haar bijzondere garderobe zien, opgeborgen in een oude kast van rozenhout, voorzien van knoppen om kozakken- laarzen aan te hangen. Be wonderend kijk ik naar de oude stoffen die ze zelf her stelt en borduurt. Ook de vele sieraden die op de kleding zit ten maakt Ondine vaak zelf; de kalpak (het hoofddeksel) zit vol broches en versie ringen met bovenop het oog en het kruis van Christus. De knopen op haar kleding zijn net kleine schilderijtjes. Door een licht geboorte- letsel kon ik minder goed lerenmaar ik was wel erg creatief; daarom heb ik op speciale opleidingen gezeten. In mijn jeugd woonde ik in Baarn en heb daar de school van de bekende pedagoog Kees Boeke bezocht. Daarna heb ik aan het Legermuseum in Leiden een opleiding voor polychromeur gedaan. Deze opleiding bestaat nu niet meer, maar was de enige opleiding in Nederland waar je kon leren museumcollectie restau- kennen. Aan de kleur en de geur van de aarde kun je een hoop afleiden. Trots ben ik op de 14' eeuwse beukenhouten drinkbeker die ik bij een opgraving in 1995 op het Brederodeveld heb gevonden. Daar heeft een verdedigings kasteeltje tegen de Westfriezen gestaan. Samen met Marion Eisma en Nan Duinmaijer hebben we ook heel wat gevonden op de plek waar het oude Slot Ramp stond (nu Wiertdijkje 11), maar echt succesvol waren we op het land van Jan Zwakman (Wiertdijkje 5), waar een boerderijtje uit de 16' eeuw had gestaan. Je vindt natuur lijk vooral scherven van kapot serviesgoed, maar met wat geluk kun je dat dan weer gedeeltelijk restaureren en daar doe ik graag aan mee. In Bergen hebben we vooral roodgebakken aardewerk, majolica tegels en borden, en wat glas gevonden. Natuurlijk gaat alles van waarde naar Het Sterkenhuis, waar ik ook vondsten uit de duinen en bij zondere dingen van rommel- Dmjy cn Jr-eLi ov&r^. cMeM-e*-1 rateur te worden. Je kreeg bij voorbeeld les in het restaure ren van stoffen en in het lij men en lakken van aarde werk. We kregen daar vooral materiaalkennis en kleuren leer en ik heb daar ook fijn- schilderen geleerd. Goede her inneringen heb ik aan mevrouw Koekoek, die als kunstenaar en vrijwilligster aan het museum verbonden was. Zij heeft mij allerlei materialen leren mengen, waardoor ik haast onzicht baar kan restaureren, daar heb ik later veel profijt van gehad. Daarna heb ik tien jaar op de restauratieafdeling van het Legermuseum gewerkt en werd ik ook regel matig aan het Oudheidkundig museum in Leiden uitge leend Dat brengt ons op haar activiteiten voor Het Sterkenhuis en de Archeologische Werkgroep Bergen. 'Ik heb aan allerlei opgravingen hier in Bergen meegedaan. Door mijn werk bij de musea weet ik aardig wat van geologie en kan de verschillende aardlagen her- De rijk versierde kalpak (hoofddeksel).

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2004 | | pagina 23