Interview met Gar Woudstra-Leering
A. Roland Holst opent de Tortilla-bar aan de
Breelaan, 1964. Op de achtergrond de muur
schilderingen van een aantal Bergense schilders.
Links: mevrouw G. Woudstra.
Woudstra verder.
'Nadat het grind op het terras ver
vangen werd door tegels kwam er om het
hotel een muurtje in plaats van het hek.
Het hotel was toen nog 's winters geslo
ten. Er werd tevens een brandtrap aange
bracht.
Op de vergunning voor de overkap
ping van het terras heb ik negen jaar
moeten wachten. Artikel 19 staat nog in
mijn hoofd gegrift'. (Artikel 19 van de
wet Ruimtelijke Ordening heeft betrek
king op de vrijstelling van de bepalingen
van het geldend bestemmingsplan voor
het kunnen verlenen van de bouwvergun
ning.)
'In 1986 werd de nieuwe vleugel aan
de kant van de Stationsstraat aange
bouwd.
Hotelsterren
'Mede door de verbouwingen werden de
sterren aan het hotel verleend.
De 1' ster kregen we vanwege het aan
tal kamers met koud en warm water.
De 2' ster aangezien we meer kamers
met douche (6) en douches op de overloop
hadden en nog twee extra toiletten.
p)ne sterren werden ons toegekend
nadat bijna alle kamers douche en toilet
hadden.
Qmc{at de nieuwbouw voorzien was
van een lift en brandtrap en de intercom
's nachts als nachtportier fungeerde, kre
gen we de felbegeerde vier sterren.
De horecabond komt vaak onver
wachts controleren. Sinds de brand in
Volendam is de controle op de brandver-
gunningen aangeschopthier sta ik volle
dig achter. Ook zijn er herhaaldelijk
58
'legionella-controles'De laatste jaren zijn
er veel voorschriften bijgekomen; we heb
ben een groot archief met vergunningen
en wetten.
Er is een groot verschil tussen de
hotelreserveringen van vroeger en nu;
men reserveerde vroeger voor een langere
periode en een lange tijd van tevoren: nu
wordt er op het laatste moment gebeld
voor een kort verblijf.
Nederlands Studenten Orkest
Vanaf 1962 nam het Nederlands
Studenten Orkest (NSO) gedurende vijf
en dertig jaar in de maand januari zijn
intrek in het Parkhotel.
'Ongeveer negentig studenten huisvestten
we. Al het meubilair uit de kamers werd
dan op de gang gezet. Er sliepen veel op
een kamer, we hadden echter wel op de
slaapkamerdeuren een mannetje of een
vrouwtje geplakt: 's nachts om één uur
moest het stil zijn, wat niet altijd lukte. Ik
heb zeven dirigenten meegemaakt. Het
was een vreselijk leuke tijd. 's Avonds
werden er veel sketches opgevoerdhet
was net één grote familie waarvan ik de
moeder was. Ze noemden mij dan ook
Moeke Woudstra. Ik was in die tijd twee
keer blij: als ze kwamen en als ze vertrok
ken. Sinds vier jaar repeteren ze in het
zuiden van het land. De studenten heb
ben mij tot eremoeder van het orkest
benoemd; ik krijg nog altijd een uitnodi
ging voor de concerten, waarvan ik dank
baar gebruik maak.
Nare gebeurtenissen
'In 1973 ben ik bestolen door zeven
zigeunerinnen; een geldkistje met vijfdui
zend gulden hadden ze uit het hotel mee
genomen. Ze kwamen binnen en vroegen
of ze even naar het toilet mochten. Ik had
een geldkistje, gevuld met loonzakjes voor
het personeel, geld voor de bank en leve
ranciers bij me op tafel staan; nadat ze mij
afgeleid hadden pikten ze de inhoud uit
het kistje en waren er snel mee verdwe
nen. Ik was er ondersteboven van; mijn
familie en vrienden hebben toen een inza
meling gehouden om de schade wat te
verzachten. Lief van ze allemaal!
In 1975 hadden zeven krakers
bestaande uit twee gezinnen) het pand
naast ons aan de Breelaan (waar nu het
Griekse restaurant inzitgekraakt. Nadat
ze weggestuurd waren kon ik het niet
aanzien dat ze op straat stonden en bood
hen onderdak aan. Ze mochten van de
gemeente in het Parkhotel slapen. Het
hoofd van de maatschappelijke dienst had
toegezegd dat de gemeente mij een ver
goeding zou betalen. De gemeente krab
belde echter terugdit haalde destijds de
krant. Gelukkig kreeg ik nadat ze een
week in het hotel hadden geslapen toch
mijn geld.
'Terugkijkend op mijn leven vind ik het
jammer dat ik nooit tijd gehad heb voor
sociaal werk: mijn taak was vier kinderen
opvoeden en verzorgen. Weet je, af en toe
begrijp ik nog niet dat ik na zo'n druk
leven nog gezond ben en goed kan den
ken. Daar ben ik erg dankbaar voor. Ik
probeer elke dag even naar de Herten
kamp te lopen om in beweging te blijven.
Ik heb nu wat meer vrije tijd omdat mijn
zoon Leo en Peter Glashouwer in de
directie zitten en kan daardoor meer van
mijn zeven kleinkinderen genieten.
Teruglopend van haar appartement naar
het restaurant komen we door de hotelin
gang aan de Stationsstraat. In de toe
gangshal is een gedenksteen gemetseld
met de tekst:
GEBOUWD MET DE
INSPIRATIE EN VOLHARDING
VAN MEVROUW
G.C. WOUDSTRA-LEERING
MEI 1986
'Kijk' zegt mevrouw Woudstra: 'Dit is
een inspiratiebron voor mijn kinderen'.