Mevrouw M.J. Diesfeldt-Scholten
brengt De Rus in woord en beeld
Miriam Scholten, geboren en getogen in
Bergen en in 1946 getrouwd met Jan
Diesfeldt (hij overleed in 2001) kent het
complex van weleer als geen ander.
Immers, samen met haar man heeft zij
ongeveer 25 jaar het multifunctionele
bedrijf geleid. Haar verhalen zijn dankzij
twee lange gesprekken, mede aan de hand
van brieven, fotoalbums, folders, menu
kaarten en krantenknipsels hieronder
opgetekend.
Uit een brief van Jan Diesfeldt van 24
februari 1998, waarin hij de geschiedenis
van De Rustende Jager in het kort be
schrijft, citeren wij: 'In het begin was een
en ander een Naamloze Vennootschap
'De Rustende Jager' te Bergen met de
heer A.J. Peeck, burgemeester van
Schoorl, als grootste aandeelhouder. Een
zekere Veenhuijsen, zwager van deze bur
gemeester, pachtte 'De Rustende Jager'.
Na Veenhuijsen werd de zaak overgeno
men door de heer Peeters, een restaurant
houder uit Rotterdam. Deze verkocht in
1922 De Rustende Jager aan G.N.Th.
Diesfeldt, die eveneens uit Rotterdam
kwam, waar zijn ouders een tiental café's
hadden.
Onder leiding van de heer (Bert) Dies
feldt en zijn vrouw Jeanne Diesfeldt-
Pieterse kreeg De Rus grote bekendheid
en werd het bedrijf - in de zomer en in de
winter - het centrale punt van het culture
le leven in dit snel groeiende dorp.
In 1920 stond in de tuin een grote
muziektent waarin in de zomer concerten
werden gegeven door de Bergense
Harmonie. Later verhuisde deze muziek
tent naar de hoek Komlaan/ Eeuwigelaan.
Achter in de tuin stond een houten
toneelzaal, waarvan de wanden van het
toneel volgeschreven waren met handte
keningen van spelers van verschillende
amateur-toneelgroepen. De accommoda
tie was bepaald niet geweldig; want wan
neer 's winters de felle oostenwind door
spleten en kieren van dit houten gebouw
blies, was het voor de spelers moeilijk
zich zo te concentreren in hun rol dat de
kou werd vergeten. In 1925 ontstond er
een felle brand in de toneelzaal. De
Berger brandweer onder leiding van com
mandant Smit, die spoedig ter plaatse was,
stond voor de onmogelijke taak de brand
te temperen, want de brandslang, ergens
Jeanne en Bert
Diesfeldt aan tafel in
hun restaurant. Foto:
collectie M. Diesfeldt-
Scholten.
aangesloten bij het Raadhuis in de
Raadhuisstraat, was van miserabele kwali
teit, kleine fonteintjes spoten over de
gehele lengte uit haar omhulsel, zodat de
spuitgast moest constateren dat er veel te
weinig druk was om een behoorlijke
straal water te geven. Helaas waren er
door het springen van koolzuurcilinders
een dode, de 16-jarige Simon Met uit
Alkmaar, en enkele gewonden te betreu
ren. Kort daarna, in 1927, werd een nieu
we - volgens de destijds gevraagde nor
men - schouwburgzaal in gebruik geno
men. Een en ander naar de plannen van
architect Jan Leijen die ook de RK. Kerk
aan de Dorpsstraat had gebouwd.' Einde
citaat.
Miriam vertelt mede aan de hand van vele
foto's: De nieuwe toneelzaal voorzag in
een grote behoefte en er werd door
toneelgroepen, gym- en zangverenigingen
dankbaar gebruik van gemaakt. Ook ten
toonstellingen en b.v. danswedstrijden
werden gehouden. Het complex werd
steeds verfraaid en gemoderniseerd en
kreeg zelfs landelijke bekendheid. Het
terras werd doorgetrokken en kreeg een
langgerekte vorm parallel aan de Breelaan.
De taxistandplaats van Jaap Volkers werd
ingepast tussen terras en de Bellospoorbaan.
Hoewel Nederlandse- en Duitse mili
tairen voor en tijdens de oorlog 1940-'45
de zalen hebben gebruikt (Han Diesfeldt
verhaalt daar ook over) is er nog een
voorval. Jan Diesfeldt, de oudste zoon
van Bert en Jeanne, was verzetsman en lid
van de Binnenlandse Strijdkrachten (B.S.).
In De Rus werden tegen het einde van de
oorlog op de kamer van Jan geheime
gesprekken gevoerd door de verzetsgroe
peringen en Georgische officieren die op
Texel gelegerd waren en een opstand
tegen de Duitsers wilden beginnen.
Helaas werd deze opstand een groot
drama.
In 1946 namen Jan en Miriam de bedrijfs
leiding over en gingen in het woonhuis
van De Rustende Jager boven het café/
restaurant en de Taverne wonen. Jan had
zijn baan opgezegd en met het diploma
Hogere Hotelschool op zak heeft hij met
Miriam de zaak verder uitgebouwd onder
het toeziend oog van zijn vader. In de
toneelzaal kwam een groot aantal optre
dens van bekende Nederlandse artiesten,
onder anderen Toon Hermans, Ko van
Dijk, Heintje Davids, Connie Stuart en
Albert van Dalsum. Zij toonden zich
enthousiast over de accommodatie. Zij
traden vooral op voor leden van De
Kunstkring. Ook Godfried Bomans
bezocht De Rus regelmatig voor een optre
den en een fikse borrel.
Miriam herinnert zich dat Janie
Roland Holst een graag geziene gast was
en met de Bergense kunstschilders
Matthieu Wiegman en Jaap de Carpentier
zijn er heel wat leuke uurtjes doorge
bracht.
Miriam wijst op de vele foto's van
verschillende orkesten die zijn opgetre
den, zowel op het toneel als in de voor
zaal. Muziek was er vrijwel altijd en met
name tijdens wijnfeesten en carnaval.
Uiteraard valt dan ook weer de naam van
populaire entertainer/pianist Pirn Tholen
die samen met violiste Rita Salfano en een
bassist altijd erg veel publiek trokken.
Landelijk bekende orkesten hebben De
Rus opgevrolijkt zoals John Kristel and
his band, The Rambling Serenaders onder
leiding van Wout Polder (een beroemd
orkest met de befaamde violist Dave
Swaab) en de band van Freddy Huil.
Foto's van in die tijd bekende artiesten
passeren de revue en ook de inhuldiging
van burgemeester H.van Reenen is vast-
In 1948 is de toneelzaal, die al enkele
De voor de heer en
mevrouw Diesfeldt-
Pieterse in 1957 op
het terrein van De
Rustende Jager
gebouwde woning.
Na overname van De
Rus door de familie
Schrama heeft die er
nog jaren gewoond.
Foto Trees Staarink-
Bruinsma, 1999.
19