De interieurs van Huis Rampenbosch en het Hof te Bergen
O 7 L~y/
Raadselachtig Rampenbosch opgenomen.
Zie: Geraadpleegde bronnen en litera
tuur.)
In het groot salet bevindt zich een
grote verzameling porselein dat op 'een
witte gemarmerde porseleijn kas' uitge
stald staat. In deze verzameling vindt men
flessen, potjes, een spoelkom en een groot
aantal kopjes en schoteltjes. Ook komt
men hier chocoladekopjes tegen.
Chocolade drinken was nog altijd een
bezigheid van de bovenklasse. In deze
boedel komt men meer koffieserviesgoed
tegen dan theeservicsgoed. Er zijn 24
kopjes met bijbehorende schotels voor
koffie en niet meer dan 12 kopjes met
schotels voor de thee en 6 chocoladekop
pen. Verder zien we in de keuken twee
theeketels en een 'blicke koffi kan'. Uit
een onderzoek van Hans van Koolbergen
over de materiële cultuur in Wcesp en
Weesperkarspel in de zeventiende en
achttiende eeuw is gebleken dat het drin
ken van thee vanaf het begin van de acht
tiende eeuw niet langer alleen aan de
meest welvarenden was voorbehouden.
Het drinken van koffie bleef, in tegenstel
ling tot het drinken van thee, een bezig
heid van de bovenklasse tot het midden
van de 18'' eeuw.
In het groot salet wordt verder een
bijzonder mooi bed genoemd: 'een wit
damast linde ledicant met vergalde bolle
het beste beth, peltte, en vier kussens,
bedde kleet, chitse deken, en een witte
Spaense deken'. De kans is groot dat er
niet in dit bed geslapen werd, maar dat
het als een pronkstuk in de kamer was
gezet. De nieuwe trend bij de meer wel
gestelde families in de achttiende eeuw
was dat er niet langer in de openbare ver
trekken geslapen werd, maar in aparte
slaapkamers, en dit is in de boedel van
Rampenbosch duidelijk te zien. In bijna
elke kamer was wel een bed aanwezig,
met het bijbehorend beddengoed, dekens
en kussens. Op de kamer van de knecht,
die naast de torenkamer lag en dus zo ver
mogelijk van de heren van het huis van
daan, vindt men alleen '2 bedde, slegte'
(slegte gewone) en een klein aantal kus
sens en dekens. Zijn Spartaans ingerichte
kamer staat in contrast tot de andere
kamers van het huis waar blijkbaar geld
noch moeite gespaard was bij het inrich
ten.
In alle kamers van het huis stonden
stoelen in veel soorten en maten. Er
waren bijvoorbeeld veel rusleren stoelen,
vooral in de openbare ruimten, zoals het
groot salet en het achterliggende eetsalet.
Ook stoelen met armleuningen, en stoe
len met hoge rugleuningen komen veel
vuldig voor. Zeker in de kamers waar
bezoekers kwamen, in het voorhuis, het
groot- en eetsalet en in de twee kamers
die boven de eetkamer en het salet waren
gelegen, is aan de beschrijving duidelijk te
zien dat de stoelen er luxueuzer uitzagen
dan de stoelen die in de slaapvertrekken
stonden. In deze kamers waren de stoelen
kleurrijk gestoffeerd en lag er op elke
stoel een kussen. Door de mooiste stoelen
in de openbare ruimten te plaatsten, kon
de familie Ramp duidelijk aan de bezoe
kers laten zien dat ze welvarend waren en
over een goede smaak beschikten..
Een andere indicatie van de rijkdom
van de familie Ramp zijn de twee boeken
kasten met boeken die in de eetkamer en
in 'P.Megens Sal's kamertje' stonden.
Helaas staat niet vermeld welke boeken er
in de kasten stonden. Als men er van uit
gaat dat een modale zeventiende eeuwse
familie vaak alleen een bijbel en misschien
een psalmboekje in bezit had, wil het wat
zeggen dat de familie Ramp zoveel boe
ken had dat ze er twee kasten mee kon
den vullen. Een boekenkast was een meu
belobject dat in deze periode zelden voor
kwam. Omdat de meeste mensen niet veel
boeken bezaten, was het voor hen niet
nodig om er een aparte boekenkast voor
aan te schaffen.
Wat ook opvalt aan de boedel van de
familie Ramp is het grote aantal schilde
rijen. In het groot salet alleen hingen 38
schilderijen en in de andere kamers hin
gen ook veel schilderijen, portretten en
kaarten aan de muur. Het schilderijenbe-
zit van de Hollanders was in de zeven
tiende en achttiende eeuw sterk toegeno
men, en niet alleen bij notabelen. Iedereen
had wel schilderijen aan de muur hangen,
al was het aantal bij de meer welgestelde
huishoudens veel groter dan bij de burge
rij. Maar alleen al uit het grote aantal
schilderijen is te concluderen dat de fami
lie Ramp zeker tot de bovenklasse hoorde.
Een vergelijking tussen de twee inboedels
Als men de boedelinventaris van het Hof
te Bergen vergelijkt met die van Rampen
bosch valt meteen een aantal verschillen
op. Vergeleken met Rampenbosch lijkt de
boedel van het Hof niet volledig. Reden
daarvoor kan zijn dat de boedelbeschrij
ving van het Hof werd opgemaakt voor
een boedelverdeling tussen twee erfgena
men. De boedelbeschrijving van
Rampenbosch werd opgemaakt om de
staat - lees waarde - ervan goed te kunnen
inschatten vanwege de op handen zijnde
verkoop. Als men de reconstructie van
Rampenbosch bekijkt, gemaakt door
Alders, Eisma-Donker en Zeiler aan de
hand van archeologische vondsten, is de
begane grond van het huis ongeveer 20
caayt (yn -Ut') i 'is txmJJ ert?,
vrt- ewJJ t c/ffl (AA é^t CWt- ff ft) Jföxm pc /V /ar!
ycAxerLC/ csrL
j&ecrt woJpJe., toren Je J/JJe.yffr-a
Vtr~yci( Je_jL(Z2érr
OJ cry /ccS)rsci- Je
P
(CAL AA CL C .JC gf( £/PtJJt-n /7M-L <U (er'P JcsP-t de r/7:ot
„Oen. U f-y.
Cec?t CeLc/r~1t~. cu fftsye. ffef ,a€:- <V asnU ovrryj ff/ivt eon jw,r
w - - -- - V- r v y -
vk Jvt /wt /urf Ajayn. cf&J '-'k-, - V ;v
ccn. /fotCyyfJJf(.e. ffxjyt ce/et jtA>ayr?j.i.
^ay
^0-dJoc /TXArt: OJ tyryy c/jJ)c- éJ/uy?tJ
£ot vLt/rtoesrc'-JJ
'Staat ende inventaris van den inboel ende
meubelen op Rampenbos gevonden'.
(Archief familie Heereman van Zuydtwijck
1360-1880. Inv. nr. 502).
6