Het Zeehuis te Bergen aan Zee
Adieu, wij moeten elkander groeten,
Adieu, vaarwel, tot wedcrzicns.'
Bespiegeling
Het historisch vleugje is reeds lang ver
vlogen. Alleen de ecuwig brekende
Noordzeebranding te Bergen aan Zee
koestert - in haar gekristalliseerde brui
send witte opspattingen - nog herinnerin
gen aan de prille Zeehuisjaren van weleer.
Fragmenten uit de jaren 1914 - 1945
- De militaire bezetting van het Zeehuis.
WO-1, 1914-1918.
Tijdens WO-I werd het Zeehuis een paar
maal gedurende de wintermaanden door
marinepersoneel van de Kustwacht bezet.
Het stormde toen een keer zo hard, dat
een raam klapperend openvloog. Dona
schreef hierover aan Haringman: '...een
matroos vertelde mij, dat hij het raam met
een stuk touw had vastgezet...'. Het
BWH Amsterdam kreeg later een keurige
bedankbrief van de Commandant van de
Kustwacht te Velsen, over de verleende
huisvesting in het Zeehuis. Dona werd
speciaal bedankt.
- Vanaf 1923 werd het Zeehuis jaarlijks
voor 4000,—, met toestemming van
Gedeputeerde Staten van Noord-
Holland, door het Centraal Genootschap
voor Kinderherstellings- en Vakantie
kolonies (CG) gehuurd van het BWH
Amsterdam.
- In 1931 functioneerde het Zeehuis nog
steeds onder auspiciën van het CG.
Directrice was toen mej. Güthard. Mej.
Ober, een lief Pools meisje, dat later in
Duitsland woonde, kreeg in dat jaar via
het CG een seizoenbaan als dienstbode in
het Zeehuis. Ze moest daar tezamen met
Urkermeisjes goed aanpakken. Zij herin
nerde zich nog dat toen zij in het vroege
voorjaar van 1931 daar aankwam, het
steenkoud was in het Zeehuis. Na al die
jaren was er nog steeds geen centrale ver
warming aangelegd. Het meisje Ober
werd later mevrouw Min-Ober. Zij heeft
nu de leeftijd der sterken bereikt en
woont nog steeds in Bergen.
- Het Zeehuis begin 1939.
Op een koude winterdag in januari 1939,
maakte de veldwachter - op de fiets - zijn
ronde in Bergen aan Zee. Tot zijn verba
zing zag hij daar in hartje winter, licht
branden in het Zeehuis en hoorde hij
Duitssprekende kinderstemmetjes. Toen
hij directrice Güthard daarover aan de
tand voelde, toonde zij hem een brief van
de heer H. Sieperda, Regeringsgevol-
machtigde voor Vluchtelingenzaken van
het Departement van Binnenlandse
Weeshuismeisjes
naast het Zeehuis,
1910.
I. Daatje van
Munster, 2. Jet
Brinkman, 3. Lous
Bostdorp, 4. Corry
de Jong, 5. Stien de
Jong, 6. Jo Kort
Hagen, 7. Directrice
mej. Tine Dona,
8. 9. Zuster
10. Grietje Oord,
II. Lena Seeler,
12. 13. Mina
Smaal, 14. Sophie
Versteeg, 15.
16. Jannetje Roos,
17. Corry Meijer.
Zaken. Uit die brief bleek dat dit Duits-
Joodse vluchtelingetjes waren die abso
luut niet in Bevolkingsregisters mochten
worden opgenomen. Dit was in strijd met
de geldende wetgeving. Het waren in
totaal 89 Duits-Joodse kinderen van 3 tot
16 jaar die onder auspiciën van het CG in
het Zeehuis verbleven. In een brief van 12
januari 1939 gericht aan de Procureur-
generaal fungerend directeur van politie te
Amsterdam, stelde de burgemeester van
Bergen: Waar op grond van het
bepaalde in de circulaire, d.d. 31 Mei
1938, no. 514 VD van den Administrateur
voor de Grensbewaking en Rijksvreemde-
lingendicnst, door mij, ook aan deze
vreemdelingen een voorlopige verblijfs
vergunning dient te worden verleend en
deze gesteld moet worden op het pas
poort of ander identiteitspapier, terwijl
mij ter zake geen nadere instructies
gewerden, verzoek ik U. E. G. A. beleefd
mij te willen berichten, hoe in deze dient
te worden gehandeld
De Duits-Joodse vluchtelingetjes
werden door het CG in Nederland behal
ve in het Zeehuis, ook in diverse andere
CG-vakantiekolonies ondergebracht.
Daarna werden zij successievelijk bij bur
gers ondergebracht, of naar het vrije bui
tenland vervoerd. Op de dag van de capi
tulatie (15 mei 1940) werd op het nipper
tje een groep Duits-Joodse kinderen van
het BWH Amsterdam naar IJmuiden ver
voerd. Zij vertrokken per boot naar het
veilige Engeland.
- Het Zeehuis in 1940-1945.
Tijdens WO-II werd het gebouw met tus
senpozen door Duitse militairen bezet.
Na de bevrijding waren militairen van het
Militair Gezag Nederland een periode in
het gebouw gehuisvest. Daarna organi
seerde het CG - dat het Zeehuis nog
steeds van het BWH Amsterdam huurde -
jaarlijks weer vakantie- en herstellingsac
commodatie voor bleekneusjes in het
Zeehuis.
- In 1961 werd het NIVON (Nederlands
Instituut voor Ontwikkeling Natuur-
vriendenwerk) eigenaar van het Zeehuis.
30