Herinneringen van een Bergense natuurliefhebber De jonge fazant die me bijna het leven kostte. Kluut jaagt bergeend weg. Noordkaap, Nieuw Zeeland en Canada. Thuis aan de Loudelsweg kreeg ik heel wat kinderen die een zieke vogel of erger afgaven... soms met nog amper veren. Uit het nest gevallen van de honger als de oude vogels waren geschoten, het geen in Bergen wel eens in de broedtijd gebeurde. Soms was de vogel al dood en nam ik die toch aan... een week later kwam het kind weer en moest ik een smoes verzinnen: 'ik weet niet meer welke van jou is, maar kijk maar even'. De allerlaatste vogel die ik kreeg was van een boer die op de fiets met een jonge lepelaar onder zijn arm kwam aanzetten. Of ik die even kon opknappen! Maar we hebben het gered! Wij brachten de vogel naar de Hertenkamp en hadden oude Bart Hof op het hart gedrukt de vogel niet te kortwieken. Samen met een ploeg jongens zijn we een week lang heen en weer, op de fiets, naar Camperduin getogen voor voedsel uit de brakwatermeertjes. Met heen en weer slingerende snavel zocht de vogel daaruit wat van zijn gading was. De herten in de Hertenkamp vonden dat vreemde witte beest in hun omgeving maar gek en als de vogel met zijn snavel begon te maaien schrokken de herten zich een ongeluk en sprongen met vier poten tegelijk de lucht in... wegwezen hier. Na een week kwam oude Bart met een 'slech te mededeling', hij zei: 'Jan, ik móet het je wel vertellen, je vogel is weg... weggevlo gen'. 'Fantastisch man, dat was ook net de bedoeling'. Zo bracht en brengt men in Bergen de inwoners en gasten met lezingen en excursies veel bij van de mooie natuur rond Bergen en in 2001 vertelde me hier in Drenthe iemand dat zij 50 jaar geleden een keer met ons was meegeweest op excursie. Hebben we toch wat bereikt als het zó lang blijft hangen. Trouwens, de Bergenaren hebben vogels altijd in ere gehouden. Op een oude prentbriefkaart met de Ruïnekerk er op staat nog een kist met een ooievaars nest. Jaren later kreeg iemand van de Gemeente het in zijn hoofd om weer eens een paal voor de ooievaar neer te zetten. Zo gezegd, zo gedaan: in de Hertenkamp kwam een paal met een wiel er op en een namaaknest. En waarachtig, drie jaar later kwam er één kijken en het jaar daarna nog een keer, maar telkens één exem plaar... en toen ging men puzzelen hoe dat toch kon komen. Was het niet goed genoeg... enfin de tijd ging door. Op een ochtend enkele jaren later. Lange Arie Vrasdonk stond met nog iemand buiten de Hertenkamp te kijken naar een stel

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2003 | | pagina 18