P.C. Baltus I De Laan waarin wij woonden
De Ruïnelaan
Het was juni 1939, toen mijn moeder, sinds 1927 weduwe, besloot met haar vier kinderen,
ik was de jongste, vanuit Amsterdam naar Bergen te verhuizen. In de Eerste Wereldoorlog
had zij in de Karei de Grootelaan gewoond en haar beste herinneringen lagen in Bergen.
Op een zondagmiddag ging mijn moeder met mijn zuster naar makelaar C.Nap in de
Jan Oldenburglaan. Met het aanbod van huizen was het in tegenstelling tot nu heel
anders gesteld. Zij had de keuze uit vele leegstaande huizen. In de Dr. Van Peltlaan stond
het huis De Bergenaar te huur, aan de Breelaan twee huizen en ook aan de Meerweg kon
zij iets huren. Op de hoek van de Ruïnelaan en de Beemsterlaan stond huize Liana leeg.
Dit huis had onze voorkeur. Er werd dan ook direct een huurcontract opgemaakt. De huur
prijs was 6 gulden in de week!!! Het huis was in 1918 door aannemer W. Stroomer
gebouwd, in opdracht van de dames Heukers en Blommendaal, twee dames afkomstig uit
het voormalig Nederlands-lndië, en de laatste bewoonster was mevrouw Blad.
Dat het huis was gebouwd tijdens de Eerste Wereldoorlog, was te merken aan de
zogenaamde revolutiebouw. De binnenmuren waren van riet, bepleisterd met gips
(Brabants werk). Het plafond beneden was de plankenvloer van de eerste verdieping,
betimmerd met karton. Volgens de toen geldende voorwaarden van de gemeente mocht
het huis geen rieten dak hebben. Toch had het huis een bepaalde aantrekkingskracht die
mijn moeder deed besluiten het te huren.
Ik kon als Amsterdams jongetje mijn lol niet op. Voor het eerst hadden we een eigen
tuin. Ik was er niet uit vandaan te slaan. Na enkele dagen in ons nieuwe huis moest ik
naar school. Het werd de Sint Adelbertusschool; in de klas van meester M.C. van de
Klundert. Toen ik de klas werd binnengebracht, waren de eerste woorden van meester:
'ga maar zitten naast dat jongetje, die in zijn neus zit te peuterenHet bleek de latere sta
tionschef en raadslid Frans Proost te zijn. Omdat ik nu zijn vriendje was, mocht ik van
hem na schooltijd een keer op zijn kosten zweven in de zweefmolen op de kermis, die elk
jaar in juli op het gemeenteveldje in de Karei de Grootelaan werd gehouden. Onze vriend
schap is tot nu toe gebleven, hoewel er in de loop der jaren heel wat is gebeurd.
13e Ruïnelaan*, waar ik het over wil
hebben, is niet meer zoals hij vroeger was.
En nu gaat mijn terugblik nog maar over
60 jaar geleden! We beginnen bij het
poortje van de Ruïnekerk en zien dan de
rechte laan tot aan de Studler van
Surcklaan.
Het pand nummer 1, links, was een
pakhuis en behoorde bij de kruideniers
winkel van Jb. Dapper op de hoek van de
Raadhuisstraat en de Ruïnelaan.
Daarnaast op nummer 3 was de elektrici-
teitswinkcl van C.Meyer, waar voorheen
A.Greuter woonde. Waar nu de slagerij
Het huis waar wij
kwamen te wonen,
Huize Liana,
Ruïnelaan 19 hoek
Beemsterlaan (foto
collectie Piet Mooij,
Bergen NH).
De Ruïnelaan heette vroeger
Schoolstraat, naar de openbare school
zoals die op de hoek met de Dorpsstraat
was gesitueerd huidige garage Smit).
Na de opkomst van het toerisme werd
door enkele pensionhouders uit de
Schoolstraat het verzoek gedaan om de
benaming 'Schoolstraat' te wijzigen. Zij
waren bang dat deze naam hun gasten het
idee kon geven dat hun pension was
gevestigd in een onrustige buurt met joe
lende en wellicht ook baldadige school
jeugd. Zij hadden er alle belang bij om er
voor te zorgen dat hun rustzoekende pen
siongasten niet op dergelijke gedachten
zouden kunnen komen.
12