De kermis in Bergen
tussen 1914 en 1920
Steven de Wit
Kermis, Kermis moet er wezen,
Kermis moet ook zijn geprezen,
Want de ware kermisvreugd
Maakt den mensch eerst regt verheugd!*
De kermis in Bergen is ook vandaag de
dag een veelbesproken onderwerp.
Ons dorp kent een kinderkermis maar
een gewone kermis is er op het
moment niet. Bergen heeft het ook
in de jaren rond de Eerste Wereldoorlog
een aantal keren zonder kermis moeten
stellen. Elke tijd kent zijn argumenten voor
en tegen het houden van een kermis.
Tussen 1914 en 1920 is er veel geschreven
en gesproken over de kermis.
Een deel van de kermisattracties uit 1916 op het
terrein waar nu de winkels van Wokke en De Pee
staan. Links een zgn. 'cakewalk' (fotoarchief Piet
Mooij, Bergen NH).
0f er 'n de gemeente Bergen een kermis
gehouden kan worden is een beslissing
van de gemeenteraad. In 1914 en 1915
besloot de raad de kermis niet door te
laten gaan vanwege de tijdsomstandighe
den, te weten de Eerste Wereldoorlog
(1914 - 1918). Maar in 1916 is men een
andere mening toegedaan en kan er wel
een kermis georganiseerd worden. De
kermis moet gehouden worden in augus
tus op de zondag het 'naast aan St.
Bartholomeus en de beide volgende
dagen'. Deze dagen stuitten op bezwaren
vanuit de bevolking omdat de kermis
'eene storende uitwerking heeft' op de
rust in de gemeente tijdens het drukke
badseizoen. Daarom wordt besloten de
kermis op een ander tijdstip te houden en
wel op de vierde zondag in september en
de twee daaropvolgende dagen. Met het
oog op de staat van beleg waarin de
gemeente verkeert moet bovendien toe
stemming verkregen worden van de com
mandant van het interneringsdepot. In
een schrijven van 4 september 1916 vraagt
de burgemeester of voor de kermis toe
stemming van de commandant, majoor
C.A. ter Cock, verkregen kan worden.
Uit het antwoord blijkt dat een vergun
ning moet worden aangevraagd en dat de
burgemeester de betreffende kermisex
ploitanten op deze verplichting moet wij
zen. Dan zal wel toestemming verleend
worden. De kermis kan doorgang vinden
en de kermistenten worden in hoofdzaak
geplaatst op het terrein van caféhouder
Van 't Sant aan de Dorpsstraat, waar we
tegenwoordig dorpshoeve Marijke vin
den, en op het grasveld nabij pension
Hanca op de hoek van de Breelaan en de
Nieuwe Weg (Jan Oldenburglaan) onge
veer waar tegenwoordig de herenmode
zaak van De Pee staat.
Een jaar later gaat er wederom een
aanvraag naar de commandant van het
interncringsdepot. Het blijkt nu dat het
houden van een kermis niet in strijd is
met de toen opgelegde beperking van
licht en levensmiddelen. De vergunning
wordt verleend met dien verstande dat er
geen vergunning wordt gegeven voor het
plaatsen van kramen binnen of nabij het
rayon voor de geïnterneerden dan wel
nabij het depot voor Duitse deserteurs en
andere buitenlanders. De kermis van 1917
gaat dus door.
Maar in 1918 besluit de gemeenteraad
dat de kermis in dat jaar, gezien de tijds
omstandigheden, geen doorgang kan vin
den.
Op 16 mei 1919 wordt een voorstel
gedaan door burgemeester en wethouders
om ook in dat jaar de kermis niet door te
laten gaan. 'De gemeente verkeert nog in
staat van beleg, en het detachement mili
tairen, welke het Deserteurkamp bewa
ken zijn nog aanwezig. Het gehalte der
Hollandsche militairen is er zeer zeker
niet op vooruitgegaan, en voorts trekt elke
kermis dat soort elementen, waarmede de
laatste jaren ons land is overstroomd,
welke in deze Gemeente niet gewenscht
is. Ook zijn kermissen vaak een bakermat
van besmettelijke ziekten, en waar de
schurft allengs met succes wordt bestreden
en de vlektyphus gelukkig in deze
Gemeente nog niet is voorgekomen, moet
al het mogelijke worden gedaan om de
gezondheidstoestand te bevorderen.
Hiermede meenen wij U voldoende het
groote gewicht te hebben aangetoond, dat
het houden van kermis niet in 't belang
kan zijn van de Gemeente, en weegt het
belang van enkele ingezetenen niet op
tegen het algemeen belang'.
Ondanks het voorstel van burge
meester en wethouders gaat de kermis
::"Enkhuizer Almanak, 1999
«Vv-:
16