winterperiode was verdeeld in twee helf ten; vóór nieuwjaar konden we nog spul len uit Bergen aan Zee ophalen en na nieuwjaar gingen we langzamerhand weer alles er naar toe brengen. "Welke gebeurtenissen zijn u uit uw kin dertijd bijgebleven?" We hadden in de zomer een meisje als oppas, omdat mijn ouders de hele dag door het werk in het hotel in beslag wer den genomen. Eén zomer, ik was toen zes jaar, was dat Truus Ruiter uit Huiswaard. meirijk (Bergenaar) was onze rectorhij wist zijn leerlingen voor ieder onderweip te boeien. Met zeventien jaar behaalde ik mijn diploma. Aan de Universiteit van Amsterdam deed ik in het eerste jaar twee studies tegelijk, scheikunde en rechten. Na een jaar koos ik definitief voor de rechtenstu die, die ik in 1936 heb afgerond. "Bent u toen meteen in de advocatuur gaan werken?" "De zuster van mijn moeder was met een overgenomen, waar ik in totaal eenenzes tig jaar heb gewerkt. Op 4 mei 1942 ben ik door de Duitsers opgepakt en naar St. Michielsgestel over gebracht. Door de Brabantse tabaksfabri kanten werden er o.a. pakjes sigaretten uitgedeeld; alvorens ik deze naar huis stuurde, haalde ik er de middelste rij siga retten uit en stopte er een briefje in. Zo had ik ongecensureerd contact met thuis en met mijn verloofde Jeltje Kouwenaar, dochter van de journalist Kouwenaar. (We mochten namelijk eens per week Mr. Zeiler: "Eén bijvak ben ik bij mijn studie vergeten en dat is waarzeggen." Van haar heb ik in die ene zomer heel veel geleerd, haast meer dan in vele vol gende jaren. Zo leerde ze mij heel veel over plantkunde, een vak waarvan ik later op school vrijwel niets heb opgesto ken. We wandelden in de duinen, geïnspi reerd door het album van ]ac. P. Thijsse. Ze vertelde mooie verhalen, we zongen liedjes en ze gaf raadsels op. Dit vergeet ik nooit meer. Een spannend gebeuren waren de noodlandingen op het strand van de vlieg tuigjes opgestegen vanuit vliegveld De Kooy bij Den Helder. Mijn MULO-tijd aan de Beemsterlaan was een fijne tijd", vertelt Mr. Zeiler enthousiast, "meester Baretta was een bezielende leraar. Zijn werk was zijn roe ping, deze man zou met een sterretje onderscheiden moeten worden! Na de MULO ging ik naar het Mur- melliusgymnasium in Alkmaar. Dr. J. He- De geëvacueerde familie Zeiler in Baarn in 1939. Frits in het midden tussen zijn ouders. Links naast zijn moeder broer George, gestorven in 1991, en zus Nettie. Rechts naast haar vader Emmie, overleden in 1979. Amerikaanse advocaat getrouwd en mede hierdoor heb ik Amerikaans recht gestu deerd aan de Colombia University in New York en heb ik stage gelopen op het advocatenkantoor waar mijn oom werkte; er werden vooral zeeverzekeringszaken behandeld. Ik heb daar veel geleerd, maar wat ik in Amerika miste was de zee wind, tenslotte ben ik een kind van de zee. Begin 1938 kwam ik in Nederland terug en ging 'volontairen(voor weinig of geen loon werken om praktijkervaring op te doen) bij de Noordhollandse Brand waarborg Maatschappij in Oudkarspel. Je kunt wel begrijpen dat het van New York naar Oudkarspel een enorme overgang was. Na deze periode startte ik mijn advo- catenloopbaan bij het advocatenkantoor Judell in Alkmaar. In de oorlog moest Judell (hij was jood) zijn praktijk neerleg gen en na de oorlog heb ik zijn praktijk legaal een brief schrijven, maar die werd gecontroleerd). Van thuis kreeg ik even eens ongecensureerde brieven die verstopt waren in de schone was die mijn moeder me iedere week stuurde. 'Piet-Hein-brie- ven' heette zulke correspondentie in het kamp St. Michielsgestel. In 1944 kwam ik vrij en toen zijn we getrouwd in Baarn, waarheen zowel mijn familie als die van mijn vrouw waren geëvacueerd. Door de evacuatie heb ik een jaar in Amsterdam gewoond en in de hongerwin ter reed ik dikwijls op de fiets heen en weer van Amsterdam naar Bergen en Alkmaar. Ik was, en ben nog, een actief fietser, maar in die barre winter met slecht materiaal nam de rit wel 5'h uur in beslag. Spoedig na de bevrijding, in juli 1945, kwamen wij in het Nachtegalenlaantje te wonen. Voor mij was dat een aparte erva ring, op één vaste plek wonen en niet

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 1999 | | pagina 15