Bergen moet deze fournituren op huurba-
sis afnemen. Op 4 september 1806 komt
er een rekening van de eerste commissaris
voor de Franse troepen in het Koninkrijk
Holland, en wel voor de periode van 13
maart 1804 tot en met 31 juli 1806 (geto
taliseerd 124 weken en 3 dagen). Geleverd
zijn: '60 matrassen en 60 peluwen, 60
stroozakken, 120 wolle dekens, 120 paa-
ren bedlakens'. Voor de huur over deze
periode wordt een bedrag in rekening
gebracht van 3635.7.102'7 (3635 guldens,
7 stuivers en 102/7pcnningen).
In 1808 (op 29 september en 28 no
vember) wordt Bergen gemaand door de
minister van Oorlog uit Amsterdam, om
de huur van de fournituren te betalen of
de fournituren over te nemen. Deze
minister denkt slim te zijn, want Bergen
mag voor logiesgelden van de barak per
kwartaal 400.-.- declareren. Maar vanaf
nu kan Bergen voor de komende acht
kwartalen oftewel twee jaar geen logies
gelden meer declareren (totaal is dit dus
3200.-.- in het voordeel van Bergen).
Nieuwe bedragen voor geleverde four
nituren vallen in het voordcel van Bergen
uit. De twee rekeningen van 4 september
1806 en 28 november 1808 zijn in tabel 1
samengevat.
Zelfs op 21 februari 1809 zijn de be
talingen voor de fournituren nog steeds
niet ingelost. Er komt bij de municipali-
teit weer een brief van de minister van
Oorlog binnen. Dc inhoud spreekt voor
zich: de declaratie van de municipaliteit
(datum onbekend) groot 123.16.-
wegens inkwartiering van troepen en stal
ling van paarden over het vierde kwartaal
1807 wordt door de Rekenkamer gekort
op de overgenomen fournituren. Er blijft
een schuld aan 'den lande' van 3107.4.-.
Maar in Bergen is men ook slim. De
kazernemeesters moeten rekening en ver
antwoording afleggen over de uitgaven en
inkomsten van de barak. Op 9 maart 1811
worden Dirk Peperkamp en Dirk Nierop
Jzn. gehoord over de periode van
27 januari 1807 t/m 25 december 1810.
De uitgaven bedragen 667.14.-, terwijl
de inkomsten uitkomen op 709.5.8. De
barak heeft een winst gemaakt van
41.11. 8. Hoe kan dit? Peperkamp en
Nierop Jzn. verhuren weer fournituren
door aan Egmond en Schoorl omdat dc
barak bijna nooit 60 militairen huisvest.
Deze rekening en verantwoording wordt
op schrift gesteld en getekend door twee
getuigen, te weten: Dirk Houtkooper en
Klaas Noordwest en natuurlijk de secre
taris J. Ivangh.
Verplichte transporten tegen betaling
Diverse Bergenarcn moeten na 1799 nog
steeds in opdracht van het bewind werk
zaamheden verrichten in de vorm van
transporten. Zo ontvangen op 25 februari
1801 Cornelis Mooij, Cornelis Kager,
Dirk Punt, Jan Mooij, Isaac Godijn, Arie
Zeeman en Dirk Molenaar van de munici
paliteit 75.-.- voor vrachtloon. Zij heb
ben de bagage van het Bataafse le batal
jon infanterie naar Hoorn vervoerd en de
bagage van een detachement jagers naar
Den Helder. Op 9 juni 1803 moeten twee
Bergenaren (namen onbekend) naar
Tabel 1
rekening
rekening
Geleverde fournituren
04.09.1806
28.11.1808
60 matrassen/60 peluwen
60 stroozakken
120 wolle dekens
120 paaren bedlakens
1864. 5.11 3/7
- 186. 8. 9 1/7
- 466. 16 6'7
- 1118.11. 6 6/7
1500.-.-
- 194.-.-
- 780.-.-
- 756.-.-
Totaal
f 3635. 7. 10 2/7
f 3230.-.-
Verschil in het voordeel
van Bergen
0
01
O
Tabel 2. Buitengewone inkwartiering, 5 t/m
11 augustus 1810
wijk
woningen
manschappen
officieren
A: Kerkbuurt/
1 t/m 53
61
5
Oudtburg
B: Oostdorp en
54 t/m 79
66
-
Zanegeest
C: Westdorp en
80 t/m 129
105
1
't Woud
D: Bergermeer
14
55
-
Totaal:
143
287
6
Hoorn met paard en wagen om scherpe
patronen op te halen (2944 pakken a 52
scherpe patronen). Zij ontvangen elk
9.-.- voor deze werkzaamheden.
Medio 1809 is er een toename van
transporten. Troepen worden van noord
naar zuid en van zuid naar noord getrans
porteerd. Op 4 augustus 1809 beveelt de
stad Alkmaar, namens de landdrost van
het departement Amstelland, het dorps
bestuur 25 wagens, 50 paarden en 25
voerlieden te leveren. De volgende dag,
zaterdagmorgen, moeten zij zich om
07.30 uur op de Paardenmarkt in
Alkmaar melden om een deel van de
twaalfhonderd militairen van een trans-