door de aristocratie verlamde 'gebouw'
opnieuw kracht te geven.
Na de staatsgreep van januari 1798
(waarover later meer) kwam aan de
invloed van de Sociëteit op het dorpsbe
stuur een eind. Het nieuwe bewind wens
te geen discussieclubs waarin de staats
greep en latere ontwikkelingen uitvoerig
werden besproken. Dat zou haar gezag
maar ondermijnen. Op 28 februari 1798
ontving men dan ook in Bergen een brief
waarin werd bepaald dat 'alle sociëteiten 't
zij Orange gezindte, 't zij quasi onder de
naam van Gemeene best gezinden, waer
teegen de Vrijheid word onderstookt uit
malkander moet gaan'. Daarmee was aan
de directe volksinvloed op de alledaagse
bestuurszaken een einde gekomen.
Bergen en de nationale politiek
Zoals al even ter sprake is gekomen kon
den naar de Vergadering van Provisionele
Representanten van het Volk van Holland
(de vroegere Staten van Holland en West-
Friesland) in Den Haag ook vertegen
woordigers van plattelandsgebieden afge
vaardigd worden. Bergen, met in 1796
een bevolking van 558 inwoners en een
dorpsbestuur van zes leden, was finan
cieel en personeel niet in staat iemand
naar Den Haag af te vaardigen. Dorpen in
de omgeving kampten eveneens met dit
probleem. Daarom besloten de municipa-
liteiten van Heemskerk, Castricum,
Heiloo, Limmen, de Egmonden en Uit
geest hun krachten te bundelen. Bergen
sloot zich bi) dit samenwerkingsverband
aan. In het raadhuis van Castricum kwa
men begin maart 1795 afgevaardigden uit
de municipaliteiten bijeen. Uit hun mid
den werden twee mensen gekozen
(gecommitteerden) om in de Vergadering
van Provisionele Representanten van het
Volk van Holland zitting te nemen en
'meede te werken ter bevordering der
algemeene belangen van het Volk van
Holland, verbonden aan die van het
geheele Bataafscbe Volk overeenkomstig
de rechten van den Mensch en Burger en
gevestigd op de algemeene Burgerlijke
Vrijheid en Gelijkheid'.
De steeds wisselende gecommitteerden
brachten in de vergaderingen van de
zeven dorpen verslag uit wat er in Den
Haag ter sprake was gekomen en ten uit
voer was gebracht, hetgeen door de afge
vaardigden weer aan hun municipaliteit
werd doorgegeven. Toch bleef het zenden
van gecommitteerden naar Den Haag -
zelfs omgeslagen over inmiddels negen
dorpen - een dure zaak. Berekend was dat
van begin februari tot eind mei 426:-:-
was uitgegeven, inclusief briefporto, con
ciërge en kosten voor het opmaken van
stukken.
De samenwerking tussen de dorpen
duurde voort totdat 1 maart 1796 een
nieuwe vorm van vertegenwoordiging in
de gekozen Nationale Vergadering haar
intree deed in het Nederlands bestel.
De Nationale Vergadering
In januari 1796 werden verkiezingen voor
leden van een Nationale Vergadering uit
geschreven. Deze Vergadering zou de
plaats van de Staten Generaal (waarin
vanouds alle gewesten van de Republiek
waren vertegenwoordigd) innemen en dan
het hoogste regeringslichaam zijn.
De Nationale Vergadering werd geko
zen door stemgerechtigde burgers boven
de 20 jaar, zonder onderscheid van gods
dienst, die niet bedeeld werden en die een
eed van afkeer van het stadhouderschap
(dit betekende de uitsluiting van orangis
ten) en van de aanvaarding van de volks
soevereiniteit hadden afgelegd.
De verkiezingen vonden plaats volgens
een getrapt stelsel. Er werden 126 kiesdis
tricten gevormd, elk van circa 15.000
inwoners. De districten werden verdeeld
in 30 grondvergaderingen van gemiddeld
500 inwoners die elk één kiezer of afge
vaardigde moesten aanwijzen. Deze 30
kiezers kozen één afgevaardigde met
twee plaatsvervangend afgevaardigden in
de Nationale Vergadering.
Met de voorbereiding van de verkie
zing was in Bergen al in juni 1795 begon
nen. Op 8 juni kwam tijdens de vergade
ring van de municipaliteit in Bergen een
plan van de Provisionele Representanten
ter sprake tot het formeren van een
Nationale Vergadering. Op 2 oktober
daaropvolgend stuurden de Provisionele
Representanten van het Volk van Holland
een rondschrijven waarin verzocht werd
een nauwkeurige telling te doen van alle
De Nationale
Vergadering op het
moment dat Pieter
Paulus trechts mid
den) deze voor
gevestigd verklaart.
Bijeenkomst
I maart 7 796 in Den
Haag. In deze zaal
zou later de Tweede
Kamer vergaderen.
IEts door R. Vinkeles,
1800. Foto Gemeente
Archief Alkmaar).
ê<k'_/