Piet Mooij I Van ziekenbarak tot ijsclubgebouw
veel meer
IJspret in de jaren 30
(foto collectie Sport
centrum De Beeckl.
Ruim twee jaar geleden stond het er nog,
het langgerekte, dichtgespijkerde gebouw
aan de Kerkedijk, direct links van de oprij
laan naar de algemene begraafplaats. Nu
een leeg perceel grond met daarop nog
onder meer een aantal oude dennenbo
men. Bijna aangrenzend het Sportcentrum
De Beeck op het terrein van de voor
malige ijsbaan. Het gebouwtje, bij veel
Bergenaren en regiobewoners bekend als
het ijsclubgebouw, was echter niet voor
de schaatsliefhebbers gebouwd! Voor zijn
eerste bestemming moeten we terug naar
de jaren 1914-1918.
In de eerste wereldoorlog kwamen ook in
gemobiliseerd Nederland vrij veel be
smettelijke ziekten voor zoals difterie en
roodvonk. Patiënten met dergelijke ziek
ten moesten geïsoleerd worden. In een
gemeentelijk schrijven van 6 juli 1915
werd aan het Witte Kruis te Amsterdam
gemeld dat er in Bergen enkele gevallen
van difterie waren geconstateerd. Een
zaak van zorg 'met het oog op een dui
zendtal vreemdelingen dat zich in deze
gemeente bevindt'. Op verzoek van de
gemeente stelde de Centrale Gezond
heidsraad te Utrecht een houten noodba-
rak beschikbaar. Maar al op 29 september
1915 werd aan deze raad meegedeeld dat
zich in Bergen geen gevallen van difteritis
meer voordeden.
Dat de noodbarak wel is gebruikt valt
af te leiden uit een lijstje dat de namen
van veertien patiënten vermeldt, opgeno
men tussen 17 juli en 20 augustus 1915.
Het zijn gevallen van zeer lichte aard
geweest, die geen epidemisch karakter
droegen. Toen de laatste patiënt op 23
augustus ontslagen was, gaf dokter Van
Pelt opdracht tot ontsmetting. Motor
schipper Kleverlaan bracht de onderdelen
retour naar Alkmaar, alwaar de vracht
verder per spoor naar Utrecht werd
getransporteerd.
Waar deze noodbarak precies heeft
gestaan kan uit de beschikbare gegevens
niet worden opgemaakt. Omdat in die
tijd de Nesdijk voor gemeentelijke pro
jecten nogal eens in beeld was, is het aan
nemelijk dat de barak daar, dichtbij de
Bergerweg, heeft gestaan.
Permanente ziekenbarak
De Inspecteur voor de Volksgezondheid
te Utrecht deed korte tijd later het voor
stel dat Bergen zelf een permanente zie
kenbarak zou bouwen ten behoeve van
eventueel toekomstige besmettelijke-ziek-
tegevallen. De raad nam dit voorstel over
en burgemeester J. van Reenen meldde de
inspecteur op 22 november 1915: dat de
raad dezer gemeente in zijne vergadering
van 8 november l.l. heeft besloten tot den
bouw eener inrichting voor het afzonde
ren en verplegen van lijders aan besmette
lijke ziekten'.
Eind 1915 ontving de Bergense archi
tect J.C. Leijen de opdracht het gebouw
te ontwerpen. De gemeente wilde het
ontwerp echter toetsen aan andere in
Nederland verrezen ziekenbarakken,
zodat wederom - mede om financiële
redenen - advies aan de inspecteur werd
gevraagd.
Wonderlijk is dat genoemde architect
28