Vijftig jaar Bergens vrijwillige brandweer
Dick P. Beeldman
In de Bergense Kroniek van mei
jongstleden werd het Bergens
brandweerwezen van de vroegste tijd
tot 1947 beschreven. In genoemd jaar
besloot burgemeester Huygens
het bestaande korps, dat sterk
verouderd was, te ontbinden. Het echte
elan, nodig voor vrijwilligers met een
belangrijke gemeenschapstaak, was na
de oorlog niet voldoende herleefd en
bovendien moest met verouderd
materiaal worden gewerkt.
Er kwam reorganisatie en verjonging.
Van de vijftig jaren die sindsdien zijn
verstreken en waarin veel gebeurde,
volgt hier een kort overzicht met
enkele hoogtepunten.
In 1953 werd door mevrouw E. Blauw 'De
Travaat' ten doop gehouden, een commando
wagen met de eerste) hoge-drukspuit. Op de
foto van links naar rechts: Cor Houtenbos, Teun
v.d.Meyden, Jan Wittebrood, Jan Ivangh, Cor
van Eyk, Jan Smit, Nic Volkers en Piet Smit.
1947: Een nieuwe start van Bergens vrij
willige brandweer onder leiding van com
mandant Jan P. Blauw. Chris Meijer, een
oud-gediende, was ondercommandant; de
korpssterkte bedroeg dertig man, waaron
der veel nieuwe en jongere leden. De alar
mering gebeurde door een sirene, ge
plaatst op het dak van het politiebureau
aan de Karei de Grotelaan.
Het materieel bestond in die dagen uit
een Fordson 'bellenwagen' (een omge
bouwd Rode-Kruisvoertuig voor man
schappen en onderdelen) en een Engelse
motorspuit op een aanhanger met twee
wielen, die de door de Duitse Wehrmacht
weggevoerde motorspuit verving. Vanaf
1947 werd de spuit getrokken door een
dumpjeep en al in juli 1948 kon het korps
voor 1600 een Homelight motorpomp
met toebehoren aanschaffen. Eenmaal per
maand werd met het materieel geoefend.
Het jaarverslag over 1947 vermeldt dat
er gemiddeld twintig keer per jaar werd
uitgerukt voor een brand. Daarvan kwa
men er tien voor rekening van Bello, die
met het opstoken van de ketel veel bos-
brandjes veroorzaakte. In 1950 ontstond
brand in een villa aan de Eeuwigelaan: de
bliksem was in de rieten kap geslagen. De
brand was aanleiding om een brandweer
auto met mistblusinstallatie aan te schaf
fen. Bij deze blusser wordt water onder
hoge druk als mist verspoten, waardoor
er weinig waterschade ontstaat. Boven
dien verdringt de nevel de voor brand
noodzakelijke zuurstof. De installatie
kwam pas in 1952, maar intussen waren
er nóg twee rieten kappen in brand
geraakt, een van de woning van Charley
Toorop aan de Buerweg en een aan de
Lijtweg. Rieten daken blussen werd wel
haast een specialisatie van het korps. In
1955 mochten alle vaardigheden en blus
middelen niet helpen: de Oudburger-
molen op de hoek Zuidlaan/Schapenlaan
brandde volledig af. In de verslagen
wordt vermeld dat zich in kap en omhul
sel veel scherpe munitie bevond, door de
Duitsers opgeslagen, die door de hitte
ontplofte.
Een sprong naar 1965. Opperbevel
hebber is - sinds 1959 - burgemeester L.J.
de Ruyter. Jan Blauw is nog commandant
en Nic Volkers waarnemend comman
dant. Het korps is 36 man sterk en kent
opleidingen voor hoofdbrandwacht,
brandwacht le en 2e klas en perslucht-
maskerdragen.
In januari 1969 verlaat Jan Blauw de
brandweer en draagt het commando over
aan Nic Volkers. Diezelfde maand wordt
een ladderwagen overgenomen van Alk-
maars brandweerkorps. In 1971 krijgt het
korps met de komst van burgemeester J.
Ritsema een nieuwe opperbevelhebber.
Nevenactiviteiten
Voordat het overzicht wordt vervolgd,
moet iets verteld worden over het sociale
en recreatiegebeuren dat bij de vrijwillige
brandweer altijd een grote plaats heeft
ingenomen. En niet alleen bij de spuitgas
ten zelf, maar ook bij hun ega's. In 1948
werd voor de eerste keer een 'uitje' met
de dames georganiseerd en in 1951 richt
ten laatstgenoemden een Brandweer
vrouwen Vereniging op, een vereniging
die nog steeds actief is. Ook was er een
brandweervrouwenkoor.
In 1949 kwam de brandweer uit het
Belgische Ronse voor enkele dagen op
bezoek en daarop volgde uiteraard een
tegenbezoek. De brandweer nam deel aan
de bloemencorso's, de bevrijdingsoptoch
ten en vele andere evenementen. Ook
werd er menig uitstapje gemaakt en het
brandweerzangkoor trad op in bejaarden
huizen en voor de televisie.
Modernisering
Terug naar 1971, naar de professionele
verrichtingen. Wat materieel betreft
komen er talloze vernieuwingen. Om er
enkele te noemen: mobilofoons in de
voertuigen (1970), nieuwe persluchttoe
stellen (1971), hoge/lage-drukvoertuigen
(1973 en 1975), een draadloos alarme
ringssysteem (1974), portofoons (1981)
en nieuwe verbindings- en alarmeringsap-
paratuur (1990).
Het cursusaanbod wordt breder. Het
accent wordt vooral op hulpverlenings-
gebied gelegd. In 1982 wordt voor de eer
ste keer een verkeersslachtoffer uit een
42