Ingezonden brief namen op -by (nederzetting) zijn populair geweest; op dit kleine stukje Norfolk vond ik er al veertien, waaronder de pal aan de kust gelegen dorpjes Scratby en Hemsby. Ook eerdere veroveraars heb ben trouwens hun sporen achtergelaten. Het al genoemde Caister-on-Sea ontleent zijn naam aan een Romeins fort of cas trum, dat later verbouwd is tot een slot voor de plaatselijke machthebber. On danks de naamsovereenkomst is er geen verband met 'ons' Castricum, dat immers niet terug te voeren is op Romeinse legionnairs. Toch bleef ik tijdens mijn drieëneen half uur durende wandeling speuren naar parallellen tussen de west- en oostkust van de Noordzee. Uiteindelijk leverde het landschap er de meeste op; de aanwezig heid van zand en zee leidt overal ter wereld tot eenzelfde soort menselijk ge bruik. Mijn eindpunt Winterton-on-Sea gaf daarom weer volop aanleiding tot be spiegelingen. Heette de hoofdstraat niet Zwarteweg op z'n Engels, oftewel Black Road? Stond de forse kerktoren niet als een baken voor de zeelieden die verrader lijke zandbanken moesten passeren, zoals ook verteld wordt van de oude kerk van Bergen - al is dat verhaal waarschijnlijk niet waar? Lag er niet iets meer landin waarts, bij het zusterdorp East Somerton, een kerkruïne? Waren de duinen hier niet ook de breedste van de gehele kust, en riepen ze niet de sfeer op van het Pirola- vlak of het Zuider Achterveld? En stond niet tussen de jongere bebouwing van het vriendelijke dorp nog hier en daar een visserswoning van het type, dat J.J. Schil- stra ooit betitelde als 'het huisje met een luif'? Bij de plaatselijke kruidenier kocht ik een serie prentbriefkaarten om die naar de overkant te versturen, en ik liet er een achter met een panorama van Bergen aan Zee. De volgende dag, terug in Norwich, kon ik de hand leggen op een gedetailleer de kaart van de Engelse topografische dienst. Toen bleek, dat de berekening die mijn vader destijds had gemaakt niet nauwkeurig genoeg is geweest. Op 52°3940", de positie van Hotel 'Nassau- Bergen', bevindt zich niet Winterton-on- Sea, maar een strandbad met de onver wachte naam California. En omgekeerd, de overzeese collega van de vriendelijke kruideniersvrouw heet niet Folgers of Feijen, maar is de strandexploitant van Hargen aan Zee. Ondanks die ontnuchtering bleef de poëzie van die onalledaagse en toch zo vertrouwde zwerftocht door mijn hoofd zingen. Is het dan werkelijk toeval dat de dichter in zijn motto refereerde aan het duindorp aan de overzijde, of moeten we ook hier denken aan een of andere vorm van een fata morgana? Eenzelvig uren lang volgde ik oude duinpaden in lang niet meer in zwang zijnde gedachten... A. Roland Holst, Een winter aan zee Noot Voor de historische en topografische infor matie werd gebruik gemaakt van de kaarten van de Engelse topografische dienst (Ordnance Survey) 1 50.000 no. 134 en 1 25.000 no. 884, alsmede van de boekjes Great Yarmouth: history, her- rings and holidays' door Charles Lewis (North Walsham 1988) en 'Claimed by the sea' door Chris Sar ah Weston (Salhouse 1994) - (Alle foto's: F.D. Zeiler). Naar aanleiding van ons themanummer Bergen '40-'45 ontving de redactie een brief van de heer A.J. Leijen, hoogleraar aan de Koninklijke Militaire Academie te Breda. Daarin doet hij een oproep voor onderzoek naar een aantal aspecten van de luchtoorlog en de positie daarin van het vliegveld Bergen. De brief volgt hier onder. De redactie neemt deze suggestie graag over en roept belangstellenden op zich aan te melden. Uw reacties graag aan het redaktieadres Irenelaan 10, 1862 EB te Bergen NH. In de volgende aflevering van de Bergense Kroniek komen wij hierop terug. "In het themanummer 1 van de Bergense Kroniek wordt enkele malen gesproken over het Vliegveld Bergen. Het lijkt me de moeite waard dat er ook over dit vlieg veld wat historisch graafwerk verricht wordt om zo een verbinding te kunnen leggen tussen de plaatselijke geschiedenis en de grotere historische verbanden. Enkele tips voor zulke verbanden. In 1940/41 werd er door de Duitsers een ver dedigingssysteem gebouwd tegen gealli eerde, aanvankelijk alleen Engelse, lucht aanvallen op Duitsland. Dit systeem had de naam Himmelbett. De eerste linie er van was een lange verdedigingsketen van af Denemarken langs heel de kust van West-Europa. Tot die verdedigingsketen behoorde de vliegbasis Leeuwarden. Het vliegveld Bergen was daarvan een voor post. Het specifieke van het 'Himmelbett- verfahren' was de luchtverdediging in de nacht. (In die tijd waagden Engelse bom menwerpers zich hoofdzakelijk slechts 's nachts boven het Europese continent). De verdedigingslinie langs de kust van Europa was de eerste. Dieper landin waarts, d.w.z. in Duitsland zelf, volgden er nog twee. De verdedigingslijn bestond uit radaropsporingsapparatuur, zoeklich ten en sterke luchtafweer (Flak). Boven dien waren de jachtvliegers speciaal ge traind voor nachtvliegen. Rond 1943 is de hele zaak opgedoekt. Daarvoor zijn verschillende redenen. Allereerst werd veel materiaal ingezet aan het Oostfront en rond de grote steden in Duitsland. Ook gingen de geallieerden met meer vrijheid bombarderen, omdat er een effectieve tegenmaatregel was ontdekt tegen radaropsporing: het uitstrooien van reepjes zilverpapier. De uitvoerder van het plan was de Generaal-Majoor van de Luftwaffe Kammhuber. Van 1956-1962 was hij nog Inspecteur-Generaal van de Luftwaffe van de Bundeswehr. Het zou mijns inziens aandacht ver dienen om de relatie te leggen tussen het luchtverdedigingssysteem en het wellicht grote aantal neergestorte vliegtuigen rond Bergen en gesneuvelden van de R.A.F tot aan 1943 die begraven liggen op bet mili tair kerkhof in Bergen. Bovendien zou onderzocht kunnen worden vanaf welk moment het vliegveld niet meer werd ge bruikt (in mijn herinnering is dat na een grondig bombardement in 1942 of 1943). Voor historische vorsers: Er is een Afdeling Krijgsgeschiedenis van de Ko ninklijke Luchtmacht in Den Haag". A.J. Leijen Hoogleraar KMA, Breda 20

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 1996 | | pagina 22