I 1°
h.j. min Perikelen in de duinen omstreeks 1720
Vroeger Het de adel de konijnenjacht in de duinen over aan een 'duinmeier', die er zijn broodwinning van maakte. De
duinmeierswaren pachters van de duinen van de toen rechtmatige eigenaren. Het gebied dat aan een duinmeier werd
verpacht heette een 'warande'. Konijnenvellen werden in die tijd nog verwerkt tot bontjassen, dit gebeurde o.a. in Alkmaar.
Maar ook het konijneboutje zal er zeker wei ingegaan zijn. Eerst een stukje voorgeschiedenis van de verschillende pachtterrei
nen rondom Bergen.
Wimmenummerduinen
Deze duinen waren van oudsher grafe
lijk bezit. In 1682 kwam de hoge en
vrije heerlijkheid Wimmenum in han
den van Jan Six, die het kocht van de
familie Van Coeverden, de latere erf
genamen gingen de naam Six van Wim
menum voeren. Onlangs is aan dat
bezit een eind gekomen, 1 november
1992 werd het duingebied bij inschrij
ving van de hand gedaan, drie eeuwen
lang was het in handen van een parti
culier en als zodanig één van de laatste
duingebieden die niet aan de Provincie
toebehoorden. Sinds 1 januari 1993 is
de Provincie Noord-Holland eigenaar
van de Wimmenummerduinen, die een
oppervlakte hebben van 368 hectare.
Eindelijk zullen de Wimmenummerdui
nen opengesteld worden voor het pu
bliek en zullen ze deel uitmaken van
het Noordhollands Duinreservaat.
De duinen van Bergen
Dit duingebied behoorde van oudsher
aan de Heren van Bergen. Het heeft
aan verschillende geslachten toebe
hoord. Tot 1464 het geslacht Van Haa
mstede/Van Borsselen, tot 1568 het ge
slacht Van Brederode, van 1568 tot
1641 aan de graven Van Holstein-Sc-
haumburg, tot het jaar 1707 het ge
slacht Studler van Surck, tot aan 1797
de Graven van Nassau Bergen, tot
1815 het geslacht Mulert, daarna en
tijdens de invoering van het Kadaster
in 1832, de Heer W.P. Baraaart.
Het gebied omvatte toen zo'n 1000
hectare. In 1851 was de heerlijkheid in
Oudere spellingen van 'duinmeier' zijn:
'duinmaaijer, duinmeyer of duinmeijer'.
handen van de familie Van Reenen
gekomen. Het is in de loop der jaren
versplinterd tot kleinere percelen,
waarvan op een gedeelte in 1906 de
badplaats Bergen aan Zee is gesticht
door de familie Van Reenen. Rond de
jaren '20 is het grootste gedeelte in
handen gekomen van de provincie; het
maakt nu deel uit van het Noordhol
lands Duinreservaat.
Omstreeks 1500 waren de konijnen in
Holland in zo'n grote getale aanwezig,
dat zij op vele plaatsen een ware plaag
vormden voor de boeren. In de zgn.
'Informacie' van 1514 (rapporten van
de onderzoekscommissarissen die in
dienst waren van de grafelijke over
heid) lezen we over Bergen 'dat veel
van den conijnen gegeten wert', en de
inwoners van o.a. Bergen klaagden
over de schade die zij door de konijnen
aan hun gewassen ondervonden.
De pacht in 1588 voor het duingebied
was f 200 per jaar. Daarnaast moest de
duinmeier ook jaarlijks een windhond
geven aan de rentmeester van de Heer
van Bergen; in die tijd was dat de
Graaf van Holstein-Schaumburg, die de
Heerlijkheid via uiterste wilsbeschik
king d.d. 15 februari 1568 had verkre
gen van Hendrik van Brederode, die
Jachttafereel in de duinen op de
kaart van Biaeu.
dezelfde dag aan borstvliesontsteking
overleed.
De duinmeiers moesten jaarlijks nog
eens 300 gaten boren, zodat de konij
nen daarin hun nesten konden maken
en veilig waren voor stropers, zodat
deze hun nesten niet konden opdelven.
Dat de populatie van de konijnen later
weer een ongekende hoogte had aan
genomen moge blijken uit het feit dat
in 1661 werd besloten het schadelijk
gedierte uit te roeien. De Staten van
Holland en Westfriesland kenden daar
voor zelfs aan de Heer van Bergen,
voor onkosten en jachtverlies een jaar
lijkse som toe van f 700, waarvan de
ene helft door de Staten en de andere
helft door de ingezetenen betaald
moesten worden. Deze toestand duur
de voort tot in de 19e eeuw; de Heer
van Bergen genoot het bedrag nog in
1806.
De Schoorlse duinen
Deze duinen waren van oudsher grafe
lijk bezit. In een akte aanwezig in het
abdij-archief van Egmond, gedateerd
21 maart 1441, verbood Philips, hertog
van Bourgondië, een ieder te fretteren
(konijnen vangen met behulp van een
fret) of wild te vangen in de duinen
gelegen tussen Groet en Camp. Dezelf
de Philips verbood een ieder bij akte
van 27 januari 1447 konijnen te vangen
in de duinen gelegen in de omgeving
van Hargen.
Tussen de houtvester van Holland en
de gemeente Schoorl werd in 1591 een
akkoord gesloten over het gebruik van
de Schoorlse duinen. In 1685 werden
de Schoorlse en Groeter achterduinen
met de dorpen Schoorl, Groet en
Camp nog ingetekend op een kaart
door de landmeter Ysaac Haringhui-
sen. De duinen behoorden toen in erf
pacht aan de toenmalige heer van o.a.
Schoorl en Camp, Jan Adriaan van
Egmond van de Nijenburg.
Tot 1894 waren de duinen van
Schoorl in bezit van de Domeinen. Dat
jaar werd de Nederlandse Heide Maat
schappij opgericht. Het bezit werd in
1899 overgedragen aan het in dat jaar
opgerichte Staatsbosbedrijf. Het
Schoorlse bos- en duinterrein werd
hiermede het eerste gebied in Neder
land waarvan het Staatsbosbedrijf, later
omgedoopt in Staatsbosbeheer, beheer
der werd.
Grensincidenten
De duinmeiers konden geen concur
rentie gebruiken en dat er meermalen