M.Meijer&Zn.
Stinkend en luidruchtig
fAPOMtlIft
MANTELS
MODERNE MINUIEN
Rechtsboven: Het aantal
winkels nam in onze eeuw
sterk toe. Vooral de
Langestraat werd de
winkelstraat bij uitstek.
Daar haalde de huisvrouw
haar spullen. De foto werd
genomen in 1885.
Linksboven:
Kledingwinkels werden
razend populair. Hier maakt
M. Meijer in 1917 reclame
voor zijn japonnen, mantels
en kragen.
Hieronder: Wie kende niet
de snoepwinkel van
.1. Bruin in het Fnidsen?
niet te vergeten een Buitensociëteit, waar de
deftige burgers zich konden verpozen. Ook de
watersport werd in Alkmaar beoefend. Buiten de
Boompoort waren roeischuitjes te huur, zodat men
op zomerse dagen op het Zeglis kon spelevaren.
Bemiddelde poorters beschikten over een
zogenaamd "speelschuytjenk waarmee aanvankelijk
op de Schermeer en later op het Alkmaardermeer
werd gezeild. De stad Alkmaar handhaafde
onverbiddelijk haar recht op deze meren en voerde
zelfs processen als het nodig was, zodat de burgers
in alle rust een hengeltje konden uitwerpen, zonder
door naijverige broodvissers uit Akersloot en
Uitgeest te worden lastig gevallen. Evenals bij
andere Hollandse steden werden ook bij Alkmaar
de zogenaamde speeltuinen aangelegd. Een stuk
grond buiten de stadspoort werd verkaveld en
welgestelde poorters kochten of pachtten een
perceel, waarop dan een huisje of theekoepel werd
gezet. Daar bracht men zijn tijd door met tuinieren,
hengelen en veel gepraat.
De ouderen zullen zich herinneren dat vroeger de
mensen op straat veel luidruchtiger waren. Venters
liepen luid roepend met hun handkarren door de
straten, slagersjongens repten zich op hun
transportfietsen fluitend voort en kinderen gingen
zingend naar school. En dan waren er de geuren,
's Morgens de reuk van aanmaakhout en turf, van
paarden, open vuilnisbakken, broodbakkerijen,
smederijen, bierbrouwerijen en niet te vergeten de
stank van de grachten. Zo moet men zich een stadje
van enige eeuwen geleden voorstellen: stinkend,
maar o zo lief.
In de middeleeuwen moet het lawaai soms
oorverdovend zijn geweest. Het klokgelui van
kerken, kloosters en gasthuizen, het gehamer op
hout en metaal van de vele bedrijfjes, want de
ambachtslieden hadden hun bedrijf aan huis. En
ook vond men tussen de huizen de scheepswerfjes,
taanketels, visrokerijen, brouwerijen en andere
geluids- en geurrijke bedrijven. Op de stadswallen
stonden de vele molens, die voor tal van doeleinden
werden gebruikt, en op het Nieuwland - Alkmaars
eerste industrieterrein - de vele zoutketen,
kalkovens, looierijen en touwbanen. De paarden
werden vóór de smederijen in de zogenaamde
travalje beslagen en overal stonden of hingen
360 koopwaren uitgestald. De huizen waren voorzien
.steeds iets aparts
en .voor oen laaöjten prijs!
Mei de laatste snufjes hebben wüonze
collecties aangevuld. Nieuwe stoffen,
mooie tinten - sierlüke garneeringen
Wij ontvangen dagelijks
zendingen
nieuwe modellen
met
LANGESTRAAT 3-8,