Visvangst schelpen uit Akersloot aangevoerd. Die van Egmond, Wimmenum, Bergen en Schoorl kwamen er op grote schaal. Ook het stadsbestuur hield de kwaliteit in het oog en stelde in 1774 een Keure en Ordonnantie op 'nopens de schulpen, in Alkmaar gebragt wordende'. Het heeft nog een kleine tweehonderd jaar geduurd, maar van de eens zo bloeiende industrie is in Noord-Holland nu niets meer over. De kalkbranderijen aan het Zeglis zijn gesloopt, die aan de Hoevervaart leven slechts in de naam Kalkovensweg voort. Alleen de kalkovens van de firma Ruigewaard in Akersloot zijn gered, door overplaatsing naar het Buitenmuseum te Enkhuizen. boeren uit de polder. Vaak waren de bewoners geen eigenaar van de grond die ze bewerkten, en verhuurden zij zich als oogsthulp, verrichtten dijk en baggerwerk, deden vrachtdiensten of verdienden wat bij als helmplanter en dekknecht. In het begin van de zestiende eeuw voeren vele dorpelingen mee op haring- en kabeljauwvangst. In Sint Pancras woonden in die tijd zeker 67 seizoenvissers en in Noord-Scharwoude liefst honderd. Petten had toen zeven of acht visserspinken. In de zeventiende eeuw visten de Bergenaren met platboomde schepen vanaf het strand en zelfs nog zo recent als 1900 had Warmenhuizen een bescheiden eigen vloot met de officiële registratielettersWMH. De bevolking van de oude dorpen op de 308 geestgronden was over het algemeen armer dan de Toch was er natuurlijk maar één dorp dat geheel leefde van de visserijEgmond aan ZeeHet gaf het een sterk eigen karakter en maakte de bevolking taaier en volhardender dan elders. Veel van de Linksboven: Bloembollenveldjes aan de Kerkelaan te Limmen omstreeks 1920. De bollenschuur met het masardedak is een typische verschijning in de dorpen waar tulpen en hyacinthen rond de eeuwwisseling hun intrede deden. Limmen stond vanaf de middeleeuwen rechtstreeks ondereen 'hogeoverheid'. Vóór 1581 onder de graaf van Holland, daarna onder de Staten van Holland en Westfriesland. Nog steeds is Limmen een zelfstandige gemeente, ook al is niet zeker hoe lang dat nog duurt. Rechtsboven: Het Rijk der Duizend Eilanden vanuit de lucht gezien: een prachtig spel van licht en water. We zien hier het dorp Broek op Langedijk en de Heerhugowaard op de achtergrond. De foto stamt uit 1955, een jaar of tien vóór de ruilverkaveling het landschap volkomen zou veranderen. Al sinds de 16de eeuw brachten Langedijker tuinders hun groenten in kleine schuitjes naar Alkmaar. Ze legden aan aan het Zeglis en ventten de groente uit in de stad. Midden: Dorpstafereel in Broek op Langedijk omstreeks 1900. Langs de smallemet klinkers bestrate dijk ligt de bebouwing dicht opeen: de keurige hekjes geven het geheel een eigen cachet. Ook hier wekte de komst van de fotograaf de belangstelling van jong en oud!

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Ach Lieve Tijd Alkmaar | 1988 | | pagina 16