Slechte stal of woning? Linksboven: In de 20ste eeuw kwam er langzaam een verandering in de woonsituatie van de lagere sociale groepen. Er ontstonden woningbouwverenigingen die eenvoudige maar degelijke woningen lieten neerzettenzoals in de SpoorbuurtLater volgde ook de overheid met sociale woningbouw. Rechtsboven: Hier een blok van de arbeiderswoning bouwvereniging Rochdale. Deze 'rode' vereniging was opgericht door leden van de Sociaal-Democratische Arbeiders Partij. Midden: Zoals het hele maatschappelijk leven was ook de woningbouw volgens de hokjes en schotjesgeest ingedeeld. Elke zuil had zijn eigen vereniging. Deze foto is genomen op 21 augustus 1920 bij de inzegening van het eerste bouwblok aan de Baansingel door Deken Ooms (vierde van links). De panden waren gebouwd in opdracht van de Rooms-Katholieke Woningbouwvereniging Goed Wonen. Eerste van links is kapelaan B. Bosman. voor zichzelf te zorgen. De bedelingsinstellingen zochten volgens Liefdadigheid naar Vermogen niet voldoende naar verbetering van de levenswijze van de armen. Hierdoor werd luiheid en zedeloosheid in stand gehouden. Liefdadigheid naar Vermogen pleitte voor een individuele aanpak. Iemand die bij Liefdadigheid naar Vermogen aanklopte om hulp werd thuis door een armbezoeker ondervraagd. De armbezoekers waren ambachtsbazen en ambtenaren die goed bekend waren in Alkmaar. Als Liefdadigheid naar Vermogen tot hulp besloot, werd deze steeds door de armbezoekers thuis bezorgd. Geholpen werden vooral mannelijke gezinshoofden in geval van ziekte, werkloosheid of gebrek aan geld voor een handeltje.Twee voorbeelden: 'No. 16 een man die steeds als werkman zijn brood had verdiend, was ten gevolge eener herhaalde bloedbraking tijdelijk zonder werk en zonder eten met zijn gezin, bestaande uit vrouw en vijf kinderen. Hem werden versterkende middelen en zijn gezin voedsel en brandstof verstrekt, tot een bedrag van f 13,17. De man is thans hersteld en weder aan het werk'. 'Aan no. 12 werden manufacturen verstrekt ten bedrage van f 8,-; de man vent daarmede in het boerenland en is gebleken dat daardoor, gevoegd bij hetgeen zijne vrouw met stoppen en werkhuizen verdient, in beider onderhoud wordt voorzien'. Het aantal aanvragers bij Liefdadigheid naar Vermogen groeide in de loop van de jaren negentig. Zo werden in 1896 al 117 huishoudens gesteund met renteloze voorschotten, beddegoed, kleding, versterkende middelen voor zieken en brandstof. De woonomstandigheden van de Aikmaarse armen waren vaak miserabel. Het was de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen die dit probleem voor het eerst 287

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Ach Lieve Tijd Alkmaar | 1988 | | pagina 19