fAfi
i>
- ^<v ,'^hr
Algemeen kiesrecht
'i
trC- VfT»
p-r l
i-- -
Linksboven: De installatie
van burgemeester Jhr. F. H.
van Kinschot had plaats in
januari 1934. Het
burgemeestersechtpaar
werd op waarlijk grootse
wijze ingehaald bij het
stadhuis. De Alkmaarse
Post schreef erover: 'De
plechtigheden, de
feestelijkheden zijn achter
de rug, er wacht weer werk,
dat de arbeid goede
vruchten moge afwerpen,
het spel kan beginnen. Jhr.
van Kinschot heeft het
politieke steekspel goed
gespeeld'.
Rechtsboven: In 1919 legde
burgemeester R. G. Ripping
om gezondheidsredenen
zijn ambt neer en vestigde
zich in Hilversum. Nog één
keer kwam hij met zijn
vrouw terug in Alkmaar, op
23 juli 1921, om de hem
aangeboden 'Rippingbank'
in de Hout bij de
hertenkamp in te wijden.
Mevrouw Ripping schreef
in haar dagboek, dat dit
voor hen een prachtige dag
was geweest.
harnas overleed. Ook hij was een autoritaire
magistraat, die zich van de bevolking isoleerde.
Zijn voorganger was de liberale P. A. de Lange, die
het burgemeestersambt na vijfjaar had neergelegd
om zijn werk als gewoon raadslid voort te kunnen
zetten. In de jaren na 1848 waren politieke
tegenstelling zich meer gaan manifesteren.
Maclaine Pont was als streng protestant anti-liberaal
en anti-katholiek en hij liet deze gevoelens duidelijk
blijken. In 1860 kwam hij met een voorstel om het
burgerweeshuis een exclusief hervormd karakter te
geven. Dit werd na veel strijd verworpen, wat een
pijnlijke nederlaag voor hem betekende.Toch is er
in de lange bestuursperiode van deze burgemeester
veel tot stand gebracht. Woningverbetering, het
dempen van stinkende grachten zoals de Laat, en
de aanleg van de duinwaterleiding behoren tot de
zaken die het leefklimaat gunstig hebben beïnvloed.
Ook de aansluiting van Alkmaar op het
spoorwegnet is aan Maclaine Pont te danken. Het
had niet veel gescheeld of de spoorlijnen hadden
Alkmaar links laten liggen.
De opkomst van het socialisme aan het einde van de
vorige eeuw betekende dat er een tijd van onrust
aanbrak. De situatie was er dan ook naar. Steeds
meer mensen wensten invloed te kunnen uitoefenen
op het politieke bedrijf en het bestuur. De
economische opbloei met begeleidende
verschijnselen als industrialisatie en groei van
grootbedrijven dreef vele arbeiders in
vakverenigingen en radicale politieke groeperingen
bijeen. Ook zij wilden een deel van de groeiende
welvaart en protesteerden tegen de soms
hemeltergende sociale omstandigheden in de
bedrijven en hun woonbuurten. De emancipatie
van tot dan toe onmondige inwoners ging aan
Alkmaar zeker niet onopgemerkt voorbij. De
217