Autoritaire magistraten
Rechtsboven: Ter
herinnering aan de
ambtsperiode van
Archibald Maclaine Pont
werd deze vaas in de Hout
geplaatst. Het materiaal was
niet duurzaam genoeg om
eeuwenlang de weergoden te
kunnen trotseren. De vaas
werd daarom weggehaald.
Midden: De kunstenaar
B. G. ten Berge geeft ons een
beeld van het
Noordhollands Kanaal
omstreeks 1862. Het
stadsbestuur en vooral
burgemeester Fontein
Verschuir ijverden sterk
voor het doortrekken van
het kanaal door onze stad.
nieuw gerechtsgebouw. Daarvoor werd een terrein
op de hoek van de Geestersingel en de
Kennemersingel aangewezen. Achter het gebouw
kwam een nieuw Huis van Bewaring. Vele jaren
heeft het Alkmaarse rechtbankgebouw aan zijn
bestemming beantwoord en zijn uiterlijke
verschijning werd een vertrouwd element in het
stadsbeeld. Op den duur werd het echter te klein.
In 1967 is de eerste zitting gehouden in het met een
vleugel vergrote gebouw, dat tevens een nieuwe
voorgevel kreeg naar een ontwerp van de
Alkmaarse architect P.H.Tauber.
Op twintig, overigens politiek niet onbelangrijke
jaren na 1838-1858), is Alkmaar in de vorige eeuw
bestuurd door twee mannen die een zwaar stempel
op de gemeentepolitiek hebben gedrukt. De eerste
isjhr. G. Fontein Verschuir. In hem worden de grote 215
Linksboven: Eén van de
kleurrijkste burgemeesters
die Alkmaar ooit heeft
gekend, was Archibald
Maclaine Pont, die de
scepter zwaaide van 1858 tot
1899. Doorzijn
overheersend, eigenwijs en
vaak uiterst conservatief
optreden verwierf hij niet de
liefde en achting van de
gehele burgerij.
Onder: Een
spraakmakende
burgemeester kende
Alkmaar in de persoon van
Gijsbert Fontein Verschuir,
die leefde van 1764 tot 1838.
verwierf de Alkmaarse rechtbank de status van
arrondissementsrechtbank. Sinds de opheffing van
de rechtbank in Hoorn, waara3n een spannende
strijd met Alkmaar vooraf was gegaan, beslaat het
Alkmaarse arrondissement het grootste deel van
Noord-Holland boven het IJ. De rechtbank en het
stadsbestuur hebben vreedzaam samengeleefd in
het stadhuis, tot daaraan een plotseling einde kwam
in de vroege morgen van 19 februari 1890. Toen
brandde de vleugel waarin de rechtbank was
gevestigd als gevolg van een defecte schoorsteen
geheel af. Hierbij ging het rechterlijk archief met
11.000 registers van de burgerlijke stand met de
bijlagen verloren. Dit verlies wordt nu na honderd
jaar nog regelmatig betreurd door velen die bij een
onderzoek naar hun familie op een hiaat stuiten.
De gemeente stond weliswaar andere lokalen in het
stadhuis tijdelijk aan de rechtbank af, maar de
minister van Justitie kwam tot de overtuiging dat de
voorkeur moest worden gegeven aan een geheel