Linksboven: Toen de kwaliteit van het glas steeds beter werd, kwamen er zelfs aparte winkels voor glas. Naast het gewone, gewalste vensterglas, waardoor men de buitenwereld enigszins 'hobbelig' waarnam, kwam het fraaie vlakgeslepen spiegelglas in de mode. Vooral in de grote maten was dit duurder, maar men kon toch niet bij de concurrenten achterblijven? Eén van de eerste speciaalzaken in Alkmaar was die vanA.F. Kerrebijn aan het Luttik Oudorp omstreeks 1900. Rechtsboven: De winkel van Jacob Kuyt aan de Laat nr. 133 omstreeks 1930, waar zo te zien prachtige kinderwagens te koop waren van het nieuwste lage model. De ouderwetse wagen met de hoge wielen werd alleen nog gebruikt door moeders die te arm, of te zuinig waren. Deze winkel is enige tijd geleden gesloopt, om plaats te maken voor nieuwbouw. Midden: Aan het begin van deze eeuw zag het er op de hoek Kooltuin-Torenburg zo uit. In het pand genummerd C2 was de bierbottelarij De Otter gevestigd. Zowel de tabakszaak op de hoek als de bierbottelarij, werden in 1969 gesloopt. Pas in 1980, met de renovatie van het oostelijk stadsdeel, werd dit gedeelte van Alkmaar weer volgebouwd. handel verplaatste zich langzaam maar zeker van buiten naar binnen. De meeste van deze vroegste winkels bevonden zich in dat deel van de stad waar ook de belangrijkste markten werden gehouden: op de Mient, hetVerdronkenoord en het Fnidsen, dat tot het eind van de negentiende eeuw de belangrijkste winkelstraat van Alkmaar was. Er waren winkels van blikslagers, borstelmakers en schoenmakers. Bakkers verkochten hier hun eigen gebakken brood en verse koek; ook andere eerste levensbehoeften zoals grutterswaren en diverse stoffen waren hier te koop. De namen van deze winkels getuigen vaak van veel fantasie. Zo waren er in Alkmaar kruidenierswinkels als de Appelton, de Theeboom en het Klaverblad; tabak werd gekocht in de Rotgans, de Moor, deTwee Morianen, de Rookende Huisman of de Snuifmolen; voor koek kon men terecht in de Zoete Inval of de Bijenkorf; voor schoenen in de Gekroonde Laars of Sint Crispijn; voor ijzerwaren in de Spijkerton. De vele luifels in de nauwe winkelstraten waren de stadsoverheid een doorn in het oog. Niet alleen vormden ze voor het verkeer hinderlijke obstakels, ook namen ze een hoop licht weg, zowel in de winkels als op straat. Vandaar dat er omstreeks 1740 een verbod van kracht werd nieuwe luifels te plaatsen. Veel richtte dit aanvankelijk niet uit, omdat de meeste winkeliers door goed onderhoud probeerden de luifels, waar zij zo aan waren gehecht, zo lang mogelijk te behouden. Maar in de loop van de negentiende eeuw waren de meeste luifels toch wel verdwenen, waardoor de handel zich nog meer binnen de winkels ging afspelen. Met de geleidelijke verbetering van de kwaliteit van het glas werd het mogelijk grote ramen in winkelpuien aan te brengen, zodat de handelswaar steeds beter tentoongesteld kon worden. In Alkmaar zijn nog vrij veel negentiende-eeuwse winkels bewaard gebleven, speciaal in het Fnidsen en omgeving. Een voorbeeld is de sigarenwinkel 191

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Ach Lieve Tijd Alkmaar | 1988 | | pagina 19