De Rookende Huisman
Linksboven: Een
doorkijkje in 1906 naar de
Grote Kerk via het
Zevenhuizen, waar
verschillende winkels waren
gevestigd.
Rechtsboven: Met de
geleidelijke verbetering van
de kwaliteit van het glas,
werd het mogelijk steeds
grotere ramen te maken. De
winkels werden herkenbaar
aan de nu nog steeds
gebruikelijke grote
etalageruiten. Hier de
winkel van de firma Pen in
aan de Mient in 1904.
Links: De Kraanbuurt,
gefotografeerd door C. v.d.
Aa op 13 februari 1903 om
precies 12.45 uur. Op de
plek waar nu de
'bloemenschuit' het beeld
bepaalt, bevond zich
vroeger een apotheek,
gedreven door Schouten. In
de winket op de hoek, één
van de laatste met een luifel,
verkocht A.C. Faesen
kruideniers- en
grutterswaren. Er tegenover
was bij Ben Kuyper in zijn
Allemansgading' alles te
koop op het gebied van
woninginrichting.
W. STÏÏIJFBER&Eïf,
KOLONIALE- GRUTTERSWAREN,
A I k ui aar,
LAAT, HOEK ZAKKEN8TRAAT, 468.
Boter, Kaas, Vet, Spelt, Eyeren, Tatiat, Sipen,
KAASKLEÜRSRL,
CHOCOLADE, KOFFI.I, I II KI..
Hollandsoh Bier, Genever enz.
J. IX TANDER,
Tabak, Snuif, Sigaren, koflij, Thee,
KHÜ1DBNÏBRSGRUTTERSWAREN ENZ,
Ritaevoort, A, 343. ALKMAAR
M A G A f.l V
Mm, Zifa, Lijm tl Wollen fanfictn,
MANTELS DOEKEN KEOENMANTEIS
Laken*: en BukBkings, BotHen on Dekens
D. TECKER,
Voortiwi. KIIKNKAMI' V RONK
HOÜTTILSTRAAT. B 52. ALKMAAR.
dorpen aangelegd, grotendeels op kosten van de
stad, die hier het meeste belang bij had. De
belangrijkste weg was die die onderlangs de
duinrand richting Haarlem liep. Deze wegen
werden 'verhard', zodat ze het hele jaar door
begaanbaar bleven. Dit verharden gebeurde door
het storten van puin, zand en modder dat was
opgebaggerd uit de stadsgrachten. Waar de
hoofdwegen de stad verlieten, werden
toegangspoorten gebouwd. Al het verkeer dat de
stad over land binnenkwam, moest dus één van de
stadspoorten passeren. De overheid kon zo het in-
en uitgaande verkeer controleren en eventueel
belasting heffen. Deze accijnzen moesten dan
voldaan worden in de accijnshuisjes, die bij de
poorten stonden.Toen in 1866 deze vorm van
belasting werd afgeschaft, verloren de poorten en
accijnshuizen hun functie. De één na de ander
verdwenen ze uit het stadsbeeld, met uitzondering
190 van de Accijnstoren aan de Bierkade.
Ook al zijn de markten tot in de twintigste eeuw
verreweg het belangrijkst voor de handel geweest,
toch waren er in Alkmaar al vroeg ook winkels.
Verschillende zestiende- en zeventiende-eeuwse
afbeeldingen laten zien hoe zo'n winkel er uitzag.
Een groot verschil met de winkels van vandaag de
dag is dat de verkoop hoofdzakelijk buiten op de
stoep voor het pand plaatsvond. Een grote luifel
aan het huis moest kopers en koopwaar beschermen
tegen weersinvloeden. Onder de ramen, vaak
voorzien van glas-in-lood panelen, bevonden zich
houten luiken die, als ze uitgeklapt waren, dienst
konden doen als uitstalplank voor koopwaar. In de
achttiende eeuw maakte het glas-in-lood geleidelijk
aan plaats voor houten spijlen; ook verdwenen de
luiken en kwamen er boven de stoep uitgebouwde
vitrinekastjes. De huizen begonnen steeds meer
winkels in de hedendaagse vorm te worden. De