Heiligendagen
Linksboven: Dat het
kaasdragersgilde zeer
oranjegezind was, blijkt uit
deze foto van C. v.d. Aa.
Het voltallige gilde met de
vader als aanvoerder
poseert hier ter gelegenheid
van de inhuldiging van
koningin Wilhelmina op 6
september 1898. De
voorgevel van het
Waaggebouw is prachtig
versierd in de vaderlandse
driekleur met oranje
sjerpen. Vanuit de
bovenramen kijken
medewerkers van het
telegraafkantoordat van
1866 tot 1917 in het
Waaggebouw was
ondergebracht,
nieuwsgierig toe.
Rechtsboven: Het
kaasdragersgilde plechtig
bijeen ter gelegenheid van
het 300-jarig jubileum in
1922. Aanwezig zijn onder
anderen de toenmalige
burgemeester mr. W.C.
Wende/aar en wethouder
A.F. Thomsen.
Midden: Nogmaals een
karakteristieke foto van de
kaasmarkt, maar nu eens
van de andere kant. Ronde
Edammers, kaasberries,
kaasdragers, kaaszetters,
kaaskopers, 't verse,
afgemaaide gras: voor ons
pittoresk, maar voor
vroegere generaties de
gewoonste zaak van de
wereld.
zelf vaak bevoordeeld met betere standplaatsen en
lagere marktgelden. Op de jaarmarkten was
iedereen gelijk, dus vormden die dé gelegenheid
voor verkopers van ver om hun waren te slijten.
Bovendien duurden de jaarmarkten vroeger altijd
veel langer dan de gewone markten, zodat het ook
de moeite loonde voor handelaren uit verre oorden
om naar Alkmaar te komen.
Het eerste bericht over jaarmarkten in Alkmaar
dateert van 1339. Toen kregen de Alkmaarders van
hun landsheer, de graaf van Holland, Willem IV,
drie jaarmarkten. Eén op midvasten, enkele weken
voor Pasen, één op Sint Jacobmissie (25 juli) en de
derde op Bamis 1 oktober)Er werd bepaald dat
kooplui uit Vlaanderen, Brabant, Denemarken of
welk ander land dan ook, door het gebied van de
graaf naar Alkmaar mochten trekken, zij het dat ze
wel tol moesten betalen. De markten zouden elk
drie weken duren. Veertig jaar later kreeg Alkmaar
een vierde jaarmarkt, op Sint Mauritiusdag (22
september). De jaarmarkt, die elk jaar op een vast
tijdstip werd gehouden, werd meestal genoemd
naar de heilige, wiens naamdag ten tijde van de
markt werd gevierd. Bamis is bijvoorbeeld de
naamdag van Sint Bavo. Ook andere kerkelijke
hoogtijdagen konden hun naam aan een jaarmarkt
geven. Zo was er een Alkmaarse paasmarkt.
Heiligendagen werden met opzet vaak als
middelpunt van de markt gekozen, omdat ze
makkelijk waren te onthouden en omdat velen dan
vrij hadden. Ook kwamen er op zulke dagen met
processies heel wat mensen naar de stad die het geld
graag lieten rollen. De jaarmarkt begon met een
hoogmis. Daarna werd de kerkklok geluid om
iedereen te laten horen dat het marktrecht inging.
Tijdens de jaarmarkt heerste er namelijk een ander
recht dan normaal. Mensen van buiten die 183