in een tijdschrift, een gebeurtenis die haar introduceerde bij ds. Hasebroek. Ze werden goede vrienden. De band was vooral hecht met diens zuster Betsy, die zelf ook niet onverdienstelijk schreef. TruitjeToussaint bracht weer een andere Alkmaarder, een kennis van haar, mee naar de bijeenkomsten. Het was een jonge klerk van het stadhuis, W.J. Hofdijk, die dichtte en daardoor later de bijnaam 'minstreel van Kennemerland' kreeg. Hofdijk vond er voor zijn werk wel waardering maar paste door zij n boerse gedrag toch niet goed i n de wat deftige kring. Hasebroek vond dat hij 'veel inbeelding en weinig Bildung' had. Hofdijk schreef veel. Zijn romantische Kennemer Balladen hadden veel succes. Over het Spaanse beleg van 1573 schreef hij 'AlcmariaVictrix', een boek dat het beeld van Alkmaar, als eerste stad die de Spanjaarden weerstond, heeft vormgegeven. 168 Willem Hofdijk bleef echter niet in Alkmaar, maar vertrok als leraar naar Amsterdam, waar zijn roem een grote hoogte bereikte. TruitjeToussaint schreef haar bekendste historische roman 'Het huis Lauernesse' in de tijd van de Heilooër Kring. Ze is een vruchtbaar en belangrijk schrijfster van verhalen en romans geworden. Haar landelijke bekendheid straalde af op Alkmaar, dat haar dan ook in 1845 tot ereburger benoemde. Ze was in Alkmaar de eerste vrouw die dat predikaat werd verleend. In 1912, honderd jaar na haar geboorte, werd aan het begin van de Kennemerstraatweg een borstbeeld van haar opgericht. Voor echte Alkmaarders doet dat nog steeds dienst als herkenningspunt. TruitjeToussaint verbleef regelmatig elders in het land, maar had tot 1851 haar vaste woonplaats in Alkmaar. Ze bewoonde vanaf 1848 een huis aan de Bierkade. In Den Haag had ze kennisgemaakt met de schilder Johannes Bosboom, die vijf jaar jonger was dan zij. Linksboven: Zoals de meeste steden heeft ook Alkmaar zijn 19de-eeuwse muziektent. Hij staat hier in de Alkmaarder Hout, het druk bezochte stadswandelpark. Het stedelijk muziekkorps trad er regelmatig op voor het flanerende publiek. Rechtsboven: In 1924 vierde de afdeling Alkmaar van de Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst het 50-jarig bestaan. Toonkunst was in Alkmaar in 1874 ontstaan door de samenvoeging van de Liedertafel Arion en de dameszangvereniging. De eerste dirigent van het koor werd Adolph Smabers. Et- was ook een Toonkunstorkest dat bestaan heeft tot 1953 (en in 1956 is heropgericht). Het orkest dat hier is gefotografeerd stond onder leiding van J.H. Oushoorn. Midden: Een concert van Toonkunst op het terras van de sociëteit in de Alkmaarder Hout in 1924. Midden op de rechterpagina: De oude heer Bruinvis, die op zijn 70ste jaar pas stadsarchivaris werd, heeft een belangrijk deel van zijn lange werkzame leven besteed aan de bestudering van de geschiedenis van zijn vaderstad. We zien hem hier met een van de oude geschriften in de ruimte waar hij bij voorkeur zat: het archiefdepot achter het museum. De bril en borstel zijn nog steeds gewaardeerde attributen van de huidige gemeentearchivaris.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Ach Lieve Tijd Alkmaar | 1988 | | pagina 20